Een lens voor portretfotografie heeft meestal een brandpuntsafstand van meer dan 85 mm, zoals de Canon RF 85mm F2 MACRO IS STM. Deze lens is voorzien van een lichtgewicht constructie en 5-stops beeldstabilisatie voor perfecte portretfotografie vanuit de hand.
Een objectief met vast brandpunt is populair bij portretfotografen. Ze zijn lichtsterk en hebben over het algemeen een groot diafragma opening die zelfs tot f/1.2 kan gaan. Zo krijg je een mooie scherptediepte en bokeh effect. De klassieke portretlenzen van 50mm en 85mm zorgen voor een natuurlijk perspectief.
Handig voor portretfotografie
Je kunt al veel verschillende portretten maken met maar één flitser en twee lichtvormers: een softbox en een paraplu. Een reflectiescherm is dan een onmisbare accessoire waarmee je schaduwen kunt oplichten. Gebruik daarvoor een lampstatief met een speciale houder voor een reflector.
De meeste vaste brandpunt lenzen tussen de 85 en 135 mm worden ook wel portret lenzen genoemd. Dit komt omdat ze de ideale brandpunt afstand hebben, maar ook omdat ze een groot diafragma hebben. Met een groot diafragma van bijvoorbeeld F1.
Bij portretten is het altijd mooi een grote diafragma-opening te gebruiken. Dit betekent dat je een zo laag mogelijk f-getal hanteert, bijvoorbeeld iets tussen f/2.8 en f-5.6.
Voor een portretfotografie kun je je camera het beste instellen op 1/250 seconde. Personen bewegen nu eenmaal. Wil je een foto maken van een spelend kind, een sporter of een beweeglijk hier, dan kun je je sluitertijd het beste instellen op 1/1000 tot 1/1250 seconde.
Tips voor scherpstellen
Bekijk hoe je het het AF-veld kunt veranderen. Zet het focuspunt in het midden. Stel scherp met het middelste focuspunt op het belangrijkste deel (wat je scherp wilt hebben) van de foto. Blokkeer / dus laat de ontspanknop niet los / draai de camera naar de gewenste compositie en “klik”.
Een lens die diversiteit en functionaliteit biedt, het bereik maakt de 24-70 mm lens een opmerkelijke metgezel voor een breed scala aan fotoshoots. Van groothoekopnamen tot close-upportretten en alles daartussenin, deze lens is er een waar veel fotografen meteen voor springen.
Over het algemeen heeft een portretlens een brandpuntsafstand tussen de 50 en 135 millimeter. Deze lengte van de lenzen zijn handig en maken de mooiste foto van een persoon.
Het grote voordeel van primelenzen is dat ze lichtgevoeliger zijn. Het diafragma is veel groter en zorgt voor een kleinere scherptediepte. Daarnaast is de algemene beeldkwaliteit beter omdat de lens geoptimaliseerd is voor een specifieke brandpuntsafstand.
Probeer in ieder geval niet stiekem mensen te fotograferen. Maar benader ze met een glimlach en een praatje, dat kan ook in gebarentaal. Maak duidelijk dat u graag een foto wilt maken en pas na toestemming gaat u aan de slag. Laat ook altijd het resultaat zien, dat kan goed met uw digitale camera.
Slijp je potlood goed en teken de omlijning van de ogen waarbij de bovenste lijn precies door het midden van de ogen loopt. Teken vervolgens de pupillen en de lijn waar je de mond gaat tekenen. Schets tot slot ook alvast een deel van de haarlijn met licht gebogen lijnen.
Dit is een grote lensopening en dus weinig scherptediepte. Bij groepsportretten kun je beter een kleiner diafragma gebruiken, zoals F11 of F16. Dit stel je het makkelijkst in door in de Av- of A-stand te fotograferen. Hierbij stel je zelf een diafragmawaarde in en kiest je camera een passende sluitertijd.
Met een telelens kun je amper fatsoenlijke groepsfoto's nemen. Kies dus eerder voor een groothoek of gebruik de kitlens die bij je camera kwam. Vaak is een gebied ergens tussen de 18 en 35mm een prima uitgangspunt. Ook met wat minder scherptediepte zijn leuke groepsfoto's te maken.
De beste oplossing is natuurlijk een lens gebruiken die geschikt is voor macrofotografie. Zo'n lens kenmerkt zich door het gebrek aan vervorming in de hoeken en minimaal een 1:1 vergroting. Dat houdt in dat op een sensor van 36 x 24 mm, een onderwerp van dezelfde grote beeldvullend op de foto kunt krijgen.
Als je echter landschappen wilt vastleggen bij weinig licht of als je zelfs een sterrenhemel gaat fotograferen, moet je zeker lenzen met een groter diafragma overwegen (f/2.8 zoom of een nog grotere f/1.4 prime). Deze lenzen zijn ook ideaal als je bewegingen, zoals vliegende vogels, scherp wilt vastleggen.
Voor kinderen fotograferen is het belangrijk dat je niet een grote zoom lens gebruikt. Je wilt namelijk niet dat alles gaat vervormen. Dit gebeurt over het algemeen bij een zoomlens wel. Vandaar dat een 35, 50 of 85mm lens perfect is.
Kies een lichte systeemcamera als je vaak op stap bent.
Kies een zwaardere spiegelreflexcamera als je een camera zoekt die goed in de hand ligt en die professioneel aanvoelt. De kwaliteit van de hier genoemde systeemcamera's en spiegelreflexcamera's is even goed.
Over het algemeen wordt een lens tot 24mm een groothoeklens genoemd. Er zijn groothoeklenzen die een vast brandpunt hebben. Hier kun je alleen brede beelden mee maken. Hoewel 24mm de standaard is voor een groothoeklens, lopen de brandpuntsafstanden bij dit type lens best uiteen.
Veel fotografen beginnen met een objectief als de Canon EF-S 18-55mm f/3.5-5.6 IS STM. Als je op full-frame overstapt, kun je met een veelzijdig objectief zoals de Canon RF 24-105mm F4-7.1 IS STM in je uitrusting de meeste scenario's aan.
Nikon AF-S 16-35 mm f/4.0G VR ED
Een objectief met een bereik van 16-35 mm is een populair groothoekzoom objectief voor de fullframe camera. Het biedt behoorlijke groothoek en flexibiliteit bij het zoomen.
Bij volwassenen hebben de lees- en/of focusproblemen meestal andere oorzaken dan bij kinderen. Bij volwassenen (40 jaar en ouder) ontstaan lees- en focusproblemen meestal doordat het accommodatievermogen van de ogen minder wordt. Vaak ontstaan de klachten door een onderliggende brilsterkte (hypermetropie).
Het aantal scherpstelpunten kan per camera variëren van 9 tot wel meer dan 60. Bij de moderne mirrorless camera kan dat aantal zelfs oplopen tot meer dan 5000 (Canon EOS R) .
Jezelf verschuilen achter de camera kan, maar een goed zelfportret laat juist iets zien van jezelf. Door hem onder een hoek te houden, houd je de camera uit beeld, maar je kan dan het kader niet goed zien. Via een spiegel kan je dus nooit een portret recht van voren maken.