Cluster 1: blinde, slechtziende leerlingen; Cluster 2: dove, slechthorende leerlingen of met een taal-spraakontwikkelingsstoornis; Cluster 3: lichamelijk gehandicapte en/of verstandelijk gehandicapte en langdurig zieke leerlingen (somatisch); Cluster 4: kinderen met psychische stoornissen en gedragsproblemen.
Onder cluster 2 van het speciaal onderwijs vallen de scholen voor dove en slechthorende kinderen en kinderen met een communicatieve beperking, een taalontwikkelingsstoornis (TOS).
Onder cluster 4 vallen scholen voor zeer moeilijk opvoedbare kinderen, kinderen met psychiatrische stoornissen, stoornissen in het autistisch spectrum of ernstige gedragsproblemen en scholen die verbonden zijn aan pedologische instituten.
Op cluster-1-scholen kunnen leerlingen terecht die blind of slechtziend zijn. Vaak hebben deze leerlingen naast de visuele beperking ook één of meerdere andere ondersteuningsbehoeften. De meeste leerlingen met een visuele beperking gaan naar het reguliere onderwijs met extra ondersteuning.
Cluster 4-scholen zijn geschikt voor leerlingen: met gedragsproblemen of een psychische stoornis. met bovenstaande problemen, maar verbonden aan een pedologisch instituut, waar ze hulp bieden aan kinderen met ingewikkelde leer-, gedrags- of emotionele problemen.
Cluster 1: blinde, slechtziende leerlingen; Cluster 2: dove, slechthorende leerlingen of met een taal-spraakontwikkelingsstoornis; Cluster 3: lichamelijk gehandicapte en/of verstandelijk gehandicapte en langdurig zieke leerlingen (somatisch); Cluster 4: kinderen met psychische stoornissen en gedragsproblemen.
Er zijn verschillende soorten speciaal (basis)onderwijs. Er zijn bijvoorbeeld scholen die speciaal onderwijs (SO) bieden aan leerlingen die zeer moeilijk leren, deze leerlingen hebben vaak een IQ onder de 70. Er zijn ook scholen die speciaal onderwijs bieden aan kinderen met een lichamelijke of meervoudige beperking.
Voordat de school uw kind toelaat, moet de school bij het samenwerkingsverband een toelaatbaarheidsverklaring aanvragen. Dit is een bewijs dat uw kind recht geeft op een plek in het speciaal onderwijs. Deskundigen adviseren het samenwerkingsverband of uw kind (voortgezet) speciaal onderwijs nodig heeft.
Speciaal basisonderwijs (SBO)
Het speciaal basisonderwijs is voor kinderen die het niet redden op een gewone school. Het gaat vaak om kinderen met leerproblemen of gedragsproblemen, zoals ADHD, dyslexie, autisme of kinderen die moeite hebben met leren.
Het speciaal basisonderwijs (SBO) is bedoeld voor leerlingen die het niet redden op de gewone basisschool. Leerlingen die leerproblemen en|of gedragsproblemen hebben. Kinderen kunnen meerdere hulpvragen tegelijk hebben. Kinderen die het te moeilijk vinden om het op de gewone school bij te benen.
In het regulier onderwijs zijn er scholen die geschikt zijn voor kinderen met autisme. Zij hebben bijvoorbeeld een leerkracht die is gespecialiseerd in autisme en kunnen de ondersteuning bieden die je kind nodig heeft. Kijk naar wat jouw kind nodig heeft en informeer bij de school of ze dat kunnen bieden.
Je wilt graag het beste voor je kind, maar weet misschien niet zo goed wat het nodig heeft. Kinderen met autisme hebben behoefte aan structuur, duidelijkheid en voorspelbaarheid. Autisme gaat niet helemaal over, maar je kan er wel mee leren omgaan.
Je ontvangt hulp, ondersteuning en zorg voor je kind met autisme. Die zorg kost geld en je hebt recht op een vergoeding van die hulp die je ontvangt. De vergoedingen die je hiervoor ontvangt lopen via de gemeente, je zorgverzekering, de Sociale Verzekeringsbank of via de Belastingdienst.
Het vso is voor kinderen die de basisschool afgerond hebben. De meeste kinderen in het vso komen vanuit het speciaal onderwijs, maar ook kinderen uit het speciaal basisonderwijs of het regulier onderwijs kunnen soms terecht op het vso.
Elke school krijgt een vaste som geld voor het onderwijs aan een kind. Dat geldt voor gewone scholen en voor scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs. Daarnaast krijgt een school via het samenwerkingsverband een deel van het landelijk budget voor (extra) ondersteuning.
RENN4, het Regionaal Expertisecentrum Noord Nederland, is een gecertificeerde onderwijsorganisatie voor leerlingen met: (ernstige) gedragsproblematiek en/of psychiatrische stoornissen; leerproblematiek; verstandelijke beperking.
Huiswerk: Kinderen met ADHD vinden het zelf moeilijk om te plannen en structuur aan te brengen, ondersteuning daarbij is onmisbaar. Heen en weer schriftje en / of agenda's zijn belangrijke hulpmiddelen. Leer het kind samen met de ouders een agenda bij te houden.
Montessori is een onderwijsconcept voor de voorschool, basis- en voortgezet onderwijs. Op een montessorischool leren kinderen zelfstandig werken en zitten zij met meerdere jaargroepen in een klas. Tegenwoordig combineren montessorischolen vaak montessorimateriaal met reguliere taal- en rekenmethodes.
Bijzondere scholen kunnen leerlingen soms weigeren. Dat kan bijvoorbeeld als ouders de grondslag van de school niet onderschrijven. Voor aanmelding op een school voor voortgezet onderwijs moet de school zich baseren op het basisschooladvies.
De voordelen. Het belangrijkste voordeel van speciaal onderwijs is dat er extra aandacht is voor je kind, of dat nu een gedragsprobleem is of een psychische stoornis. Ook zijn de klassen een stuk kleiner en laat de docent de kinderen nooit alleen. De dochter van Michel – “een frietje moeilijk” – kwam “enorm tot rust”.
Het speciaal basisonderwijs (SBO) is bedoeld voor leerlingen die het niet redden op de reguliere basisschool. Het betreft leerlingen die leerproblemen en/of gedragsproblemen hebben. De kinderen kunnen meerdere hulpvragen tegelijk hebben.
In het algemeen is IQ nog steeds de beste voorspeller voor schoolsucces. Fossen vond een vrij sterke samenhang (een correlatie van . 64) tussen IQ en schooltype in het voortgezet onderwijs in een gemengde steekproef van basisschoolleerlingen en leerlingen uit het speciaal (basis)onderwijs (Fossen, 2005).
ZMLK-onderwijs is een onderwijsvorm gericht op zeer moeilijk lerende kinderen, kinderen met een verstandelijke handicap/beperking of ernstige leerproblemen.
Op een school voor sbo (speciaal basisonderwijs) leren leerlingen hetzelfde als op een reguliere school. Het sbo valt namelijk net als het reguliere basisonderwijs onder de Wet op het Primair Onderwijs (WPO). In de WPO staan kerndoelen (Art. 9 lid 5 WPO).