ADHD-I: Deze vorm van Attention Deficit Hyperactivity Disorder staat ook bekend als ADD. Mensen met ADHD hebben vaak last van aandachtstekort of concentratieproblemen.Hyperactiviteit en impulsiviteit komen bij dit type ADHD vaak minder voor.
Type 2: voor deze mensen is concentratie geen probleem, stilzitten wel. Ze stuiteren, wiebelen of friemelen (of allemaal) en nemen impulsieve beslissingen. Type 3: dit gecombineerde type heeft alle kenmerken van adhd type 1 en 2:hyperactiviteit en impulsiviteit gaan gepaard met aandachtsproblemen.
Kenmerken ADHD
De kenmerken van ADHD zijn te verdelen in 3 gebieden: aandachtsproblemen, hyperactiviteit en impulsiviteit.
Met voeding en supplementen kun je ook heel veel doen om je systeem rustiger te krijgen. Er zijn allerlei testjes om uit te zoeken welke disbalans iemand heeft. Gaba bijvoorbeeld is een kalmerende neurotransmitter die veel mensen met ADHD tekort komen, dus een supplement kan rustgevend werken.
Veel mensen met ADHD hebben last van vermoeidheid. Alles kost veel moeite en energie. Dit kan vervolgens erger worden door slaapproblemen. Bij ADHD komt dit heel vaak voor.
Mensen met ADHD hebben een groot empathisch vermogen. Omdat ze 'verder' denken kunnen ze zichzelf makkelijk in de schoenen van de ander verplaatsen. Problemen oplossen is iets wat iemand met ADHD goed kan. Hij of zij kan van verschillende kanten het probleem bekijken en daardoor sneller tot een goede oplossing komen.
ADHD is een psychische stoornis die begint in de jeugd en die vaak persisteert tot in de volwassenheid. De kernsymptomen van ADHD zijn: aandachtstekort, hyperactiviteit en impulsiviteit.
Voorbeelden hiervan zijn vroeggeboorte, vroege traumatische ervaringen en een tekort aan voedingsstoffen. Slaaptekort leidt ook tot ADHD-kenmerken. Slaap en ADHD is eigenlijk een soort kip-en-het-ei-verhaal. Door ADHD heb je een grote kans op slaapproblemen, maar door slaapproblemen verergeren ook je ADHD-klachten.
Onderzoekers gaan ervan uit dat ADHD voor ongeveer 80 procent bepaald wordt door erfelijkheid. Er is nog geen specifiek gen voor ADHD ontdekt. Het wordt daarom gezien als een multigenetische aandoening.
ADHD is een neurobiologische stoornis. Er gaat iets niet goed in de hersenen; er is een tekort aan zogeheten neurotransmitters (dopamine en noradrenaline). Deze neurotransmitters zorgen ervoor dat informatie tussen de ene zenuwcel snel en goed worden doorgegeven aan een andere zenuwcel.
Dus als je je niet herkent in "druk" zijn kan het toch zijn dat er sprake is van hyperactiviteit. Daarnaast is het zo dat als je ADD hebt (het overwegend onoplettendheidtype), je weinig tot geen hyperactiviteitsklachten zal herkennen, al valt ook dit subtype onder de noemer ADHD.
ADHD is op zich niet te genezen. Het vormt een blijvende kwetsbaarheid. De behandeling heeft als doel de symptomen te verminderen en het ontstaan van bijkomende problemen te voorkomen en/of te beperken.
Aandachtsproblemen: korte spanningsboog hebben, snel afgeleid en verveeld zijn uitstelgedrag vertonen, geregeld van de ene naar de andere activiteit overschakelen zonder iets echt af te maken, moeite om hoofd- van bijzaken te onderscheiden, zich verliezen in details, slecht kunnen plannen en organiseren, slecht ...
De hersenen van mensen met ADHD reageren sneller op prikkels (impulsen, stemmingen en gebeurtenissen). Dit kan er toe leiden dat je je moeilijk kunt concentreren en snel afgeleid raakt. Je kunt ook impulsief gedrag vertonen. Vaak ben je lichamelijk overactief of onrustig (hyperactiviteit).
In tegenstelling tot wat vroeger werd gedacht, blijft echter een groot deel van de mensen bij wie ADHD in de jeugd is vastgesteld ook in de volwassenheid nog lichte tot ernstige beperkingen houden, vaak tot op hoge leeftijd. De ernst van de aandoening kan wisselen.
Comorbiditeit. De comorbide stoornissen die besproken worden, komen veel vaker tegelijk voor bij ADHD dan op grond van toeval te verwachten is. Het gaat hier om autismespectrumstoornissen, gedragsstoornissen, hoogbegaafdheid, motorische stoornissen, genetische stoornissen, tics, leerstoornissen en verslaving.
Hoe wordt ADHD behandeld? ADHD is niet te genezen. De behandeling is dan ook vooral gericht op het milderen van symptomen en het voorkomen of beperken van bijkomende problemen. De meest effectieve behandeling is een combinatie van psycho-educatie, gedragstherapie en medicatie.
ADHD is volgens Batstra een diagnose die gesteld wordt op basis van gedrag. Een zogenoemde 'behaviorally based diagnosis'. Batstra licht toe: “ADHD is geen hersenziekte, maar een definitie van als problematisch ervaren hyperactief, impulsief en ongeconcenteerd gedrag.
Autisme en ADHD komen vaak gezamenlijk voor, hoe vaak precies is nog onbekend. Wat betreft gedrag kennen de twee diagnoses opvallend veel overlap. Dit maakt het stellen van de juiste diagnose vaak lastig. De oorzaken van het gedrag kunnen totaal verschillend zijn.
Acceptatie helpt om ermee te leren leven. Medicatie voor ADHD helpt de symptomen te verminderen, coaching helpt om praktisch meer grip te krijgen op je leven, waardoor je minder last hebt van je ADHD. Het wordt wel eens gezegd dat volwassenen met ADHD door behandeling steeds beter met de symptomen kunnen omgaan.
Ieder kind heeft structuur nodig, maar een kind met ADHD heeft superstructuur nodig. Maak binnen het gezin of de groep afspraken met elkaar en hang die dan ergens op als het kind al kan lezen. Ook huisregels en taken moeten op die lijst terecht komen. Zo weet iedereen wat er van hem wordt verwacht.