Lichamelijke veranderingen U wordt kleiner, doordat uw botten poreus worden; Uw houding verandert, waardoor u krommer staat en loopt; U verliest lichaamsgewicht; Uw huid wordt minder soepel, waardoor steeds meer rimpels ontstaan en bloedvaten zichtbaar zijn.
'Vooral de functies die te maken hebben met het denkvermogen gaan met de leeftijd achteruit. Die noemen we de cognitieve functies, zoals je aandachts- en concentratievermogen, denksnelheid en geheugen. De hippocampus, die betrokken is bij het geheugen, is eveneens gevoelig voor veroudering.
Meer vermoeid zijn, een gebrek aan energie of spierkracht en ook erectieproblemen kunnen voorkomen. Bij vrouwen heeft de veranderende hormoonhuishouding een veel directer effect. Ze merken het aan een steeds onregelmatiger wordende menstruatie. Tot deze uiteindelijke helemaal wegblijft.
Bij het ouderdom horen symptomen als vergeetachtigheid, een verminderd gezichtsvermogen, achteruitgang van het gehoor of longontsteking. Tevens hebben ouderen meer kans op vallen en botbreuken, doordat de spieren en gewrichten minder soepel zijn.
Zwakker wordende spieren en botten, achteruitgaand zicht en gehoor, gebrek aan eetlust, hartproblemen, ziektes als kanker, dementie. Het maakt het leven er niet leuker op. Toch is het vaak best mogelijk om met dergelijke ouderdomsgerelateerde problemen nog lang een goed, gezond en zelfstandig leven te hebben.
Naarmate mensen ouder worden horen en zien ze vaak slechter, en krijgen ze vaker last van artrose of botontkalking (osteoporose). Ook de kans op het krijgen van bijvoorbeeld dementie, een beroerte of parkinsonisme (zoals de ziekte van Parkinson) stijgt naar mate de leeftijd vordert (1, 2).
Vaak beperkingen in traplopen en in zwaar huishoudelijk werk
Vaak voorkomende ADL-beperkingen zijn beperkingen in het traplopen, zich verplaatsen buitenshuis, en in bad gaan of douchen. Met de trap op- en aflopen heeft bijna een op de tien 65-74-jarigen, en een kwart van de 75-plussers grote moeite.
Bij mannen in de overgang zijn de symptomen wat subtieler. Ze vallen wat minder op. De veranderingen in de hormoonspiegel gaan geleidelijker aan. Opvliegers, zweetaanvallen, minder zin in seks, verminderd libido, minder energie, een lusteloos gevoel zijn verschijnselen die erbij horen en die vrouwen ook ervaren.
Veelvoorkomende oorzaken van vermoeidheid bij 40-plussers zijn hormonale veranderingen, veranderingen in de levensstijl, slaapstoornissen, voedingstekorten of stress. Hormonale veranderingen, zoals de menopauze, kunnen vermoeidheid veroorzaken door schommelingen in hormoonspiegels.
Vanaf wanneer krimpen we? Zoals je 's ochtends op je langst bent (ervan uitgaand dat je dan uit bed komt), zo ben je in de eerste 20 jaar op je langst. Vanaf dan begint de krimp. 'Al krimp je vanaf 40 jaar pas echt, daarvoor zal het niet echt opvallen.
Je ooglens wordt minder flexibel
Wanneer je ouder wordt ga je dingen van dichtbij minder goed kunnen zien. Dit verschijnsel noemen we ook wel ouderdomsverziendheid en de eerste tekenen zijn meestal al zichtbaar vanaf een jaar of 40. Ouderdomsverziendheid komt doordat de ooglens minder flexibel wordt.
Net als de oorlellen waar de zwaartekracht een mensenleven lang aan trekt. De huid raakt er losser. Al met al kan een menselijk oor per jaar 0,22 millimeter groeien.
Ja, ouderen hebben het vaker koud dan jongeren. Daar zijn verschillende redenen voor: Verminderde stofwisseling: Naarmate mensen ouder worden, vertraagt hun stofwisseling op natuurlijke wijze, waardoor het voor hen moeilijker wordt om warmte te genereren en warm te blijven.
Veranderingen aan de hersenen
In de hersenen treedt een verlies van neuronen op. Die hersencellen zijn verantwoordelijk voor het geheugen, het reactievermogen en het evenwicht. Daardoor kunnen ouderen vergeetachtig worden, moeilijker stappen of valneigingen hebben.
Ze leren zich meer te richten op het positieve. Terwijl jongeren gevoeliger zijn voor alle negatieve informatie om zich heen. De amandelkern, het gebied in de hersenen dat verantwoordelijk is voor het regelen van je emoties, wordt minder geprikkeld naarmate je ouder wordt. Het semantische geheugen gaat ook toenemen.
We bewegen minder naarmate we ouder worden.
Dit alles zorgt dat je lichaam minder energie nodig heeft.Als je je voedingsgewoontes hier niet op aanpast, dan neemt je gewicht toe. Helaas zorgen al deze veranderingen er ook voor dat afvallen minder makkelijk gaat.
Foliumzuur (vitamine B11)
Zo ondersteunt het je weerstand, heeft het een positieve invloed op je immuunsysteem en kan het helpen om de vermoeidheid te verminderen. Ook levert vitamine B11 een bijdrage aan de weerstand tegen stress, is het goed voor je concentratievermogen, je geheugen en gemoedstoestand.
Met het ouder worden verandert de samenstelling van je lichaam. Zo nemen je spieren in omvang en kracht af, worden je botten brozer en wordt de verdeling van het vetweefsel over het lichaam minder gunstig. Omdat je spiermassa afneemt, heb je minder energie nodig en daarom ook wat minder eten.
Gemiddeld hebben mensen vanaf een jaar of 60 minder energie nodig. Voor de een is dat wat eerder en voor de ander wat later. Bovendien verandert dit niet van de een op de andere dag, maar heb je geleidelijk aan minder energie nodig. Ook kan ouder worden betekenen dat je minder beweegt.
Ook mannen gaan in de overgang! Penopauze is een afname van testosteron bij het ouder worden waardoor klachten ontstaan zoals bijvoorbeeld futloosheid, verminderd libido en erectieproblemen. Een te laag testosterongehalte kan een negatieve invloed hebben op uw levenskwaliteit.
Het is ook een koopkrachtige groep, want zij hebben maar liefst 80 procent van het totale Nederlandse vermogen in handen. Daarmee zijn 50-plussers een uiterst interessante consumentengroep voor banken, verzekeraars, horeca, recreatie en toerisme, zorgaanbieders en aanbieders van luxe consumentengoederen.
Wensen en behoeften ouderen
Mobiliteit lijkt ook sterk samen te hangen met andere zaken in het leven die ouderen belangrijk vinden, zoals zingeving, waardigheid en eigen regie. Verder hechten ouderen ook belang aan het hebben van een goede cognitieve gezondheid en een geschikte woonomgeving.
In 2019 was 88 procent van de 55-plussers gelukkig. Op de vraag of ze nu gelukkiger, even gelukkig, of ongelukkiger zijn dan toen ze 25 jaar waren, antwoordt bijna een kwart van de 55-plussers dat ze nu gelukkiger zijn dan vroeger. Het merendeel, 58 procent, is even gelukkig en 17 procent is ongelukkiger.
Kwaliteit van leven betekent voor ouderen dat ze kunnen doen wat ze fijn vinden en wat hun leven betekenis geeft, zoals naar buiten gaan of met de kleinkinderen spelen. Gezondheid is daar een voorwaarde voor. In een gesprek vanuit vertrouwen kunnen ouderen duidelijk maken wat ze belangrijk vinden.