Meisjes binden een beschermingskoord, rakhi, om de pols van hun broer. Wanneer een zus de rakhi ombindt bij haar broer zegt ze een mantra op, een gebed. Ze vraagt haar broer om bescherming en liefde. Als hij de rakhi accepteert, bevestigt hij zijn liefde en belooft hij dat hij altijd klaar zal staan voor zijn zus.
Raksha Bandhan (26 augustus) is een hindoefestival ter ere van binding en verbondenheid. Raksha betekent bescherming, bandhan betekent band.
Dit feest vindt plaats in de maand sravana (2e helft van de maand augustus), op de dag wanneer het volle maan is.
India kent 3 nationale feestdagen waarop alle bedrijven verplicht moeten sluiten: Republic day - 26 januari. Independence Day - 15 augustus. Gandhi Jayanti - 2 oktober.
De hindoeïstische jaartelling is voor de meeste hindoes begonnen met de overwinning van koning Vikram. Dit was in het jaar 57 voor Christus. Sommige hindoes laten hun jaartelling beginnen met de kroning van de Indiase koning Shalivakan. Dit was in het jaar 78 na Christus.
Hindoes zelf noemen hun geloof sanatana dharma wat 'eeuwige leer' betekent. Hindoes geloven dat je reïncarneert na je dood. Hoe fijn je volgende leven is, wordt bepaald door hoe je je in je huidige leven gedraagt, karma. De religie heeft vele goden, maar eigenlijk geloven hindoes maar in één god.
In het Sanskriet betekent Raksha Bandhan "gehechtheid of knoop van bescherming". De term Raksha betekent bescherming, en Bandhan is het werkwoord om te hechten. Het is een oud hindoefestival dat liefde en plichten tussen broers en zussen viert.
Als gevolg van verschillen in filosofische opvattingen en verschillen in voedingsbehoeften bij moderne hindoes, wordt alle vlees, behalve geiten-, schapen-, kippenvlees en vis als taboe beschouwd.
Hindoes eten geen rundvlees omdat de koe een heilig dier is. Daarom zijn er zelfs speciale tempels voor dit dier waar gelovigen offers brengen aan beelden van koeien. Een van de redenen dat koeien heilig zijn, is omdat hindoes geloven dat de oermoeder wel eens de vorm van een koe aanneemt.
Het hindoeïsme komt uit India en is de oudste godsdienst op aarde. De hindoes vereren veel goden en godinnen. Ze denken dat alle goden eigenlijk verschillende vormen van één goddelijke oerkracht zijn. De heilige boeken zijn de Veda's.
De Davidster De Davidster of het Davidschild is het bekendste symbool van het Jodendom. Het is een zeshoekige ster die bestaat uit twee in elkaar geschoven driehoeken, het hexagram. De Davidster is genoemd naar het 'Schild van Koning David' dat hij volgens een legende droeg.
De islam is de jongste van alle wereldreligies en komt op in de zevende eeuw in het huidige Saoedi-Arabië. Moslims geloven dat Allah de enige ware God is en dat Mohammed zijn profeet is. Ze menen dat het woord van Allah letterlijk is opgeschreven in hun heilige boek, de Koran.
' Mensen in India vormen zich een beeld van Jezus Christus dat aansluit bij hun eigen cultuur. Voor hindoes krijgt Jezus een plaats tussen de leraren en goden van de eigen religie.
Dit werd het derde oog. In zijn uitgerekte oorlellen draagt Shiva verschillende oorringen, die het mannelijke en het vrouwelijke symboliseren. Shiva heeft vier armen die steeds verschillende attributen kunnen vasthouden, afhankelijk van de gedaante waarin de god verschijnt.
Ook het hindoeïsme kent een vastentijd, al is die niet echt aan een gebeurtenis verbonden. Hindoes kunnen vasten voor een van hun vele godsdienstige feesten, of om geld te besparen dat zij aan de armen kunnen geven. Ze mogen zelf bepalen hoe lang en hoe ze vasten.
Krishna is de God van de Liefde en de Kracht. Hij is zo belangrijk omdat hij de mensen leert hoe je een goed leven leidt. Het belangrijkste verhaal over Krishna is de Bagavad Gita. Daarin wordt beschreven hoe Krishna, Arjuna te hulp komt.
Vijf leefregels zijn voor moslims erg belangrijk. Ze proberen zich in het dagelijks leven aan deze Vijf Zuilen te houden: geloven in Allah, bidden, liefdadigheid, vasten en: bedevaart naar Mekka. Bij de islam is heel duidelijk omschreven wat je moet doen om een goede gelovige te zijn.
Godsdienst is een geloof beleden binnen een bepaalde (kerk)gemeenschap. De grootste godsdiensten zijn het christendom (2,4 miljard mensen, 31% van de wereldbevolking), de islam (25%), het hindoeïsme (15%) en het boeddhisme (5%).
Rond 610 ontvangt Mohammed ibn Abdallah, een ongeletterde koopman uit het Arabische handelsstadje Mekka, een boodschap van God. Het is de eerste openbaring in een lange reeks, die zich zal ontwikkelen tot het heilige corpus van de Koran.
Joden bidden drie keer per dag. 's Morgens, 's middags en 's avonds. Bidden kan zowel thuis als in de synagoge. Bij het morgengebed dragen de mannen behalve hun keppeltje, ook een gebedskleed of tallith. Op werkdagen dragen strenge joden 's morgens ook twee gebedsriemen met daaraan twee kleine doosjes.
Tijdens sabbat mogen gelovige joden onder andere niet werken, niet sporten en geen elektriciteit gebruiken. Gelovige joden hebben speciale gebeden en rituelen tijdens sabbat. Volgens de Tora, het heiligste joodse boek, heeft God de wereld in zes dagen geschapen. Op de zevende dag rustte hij uit.
De zeven-armige kandelaar (Menora) was de kandelaar die in de Tempel stond.
Veel vrouwen in India hebben een stip op hun voorhoofd. De tikka staat symbool voor bescherming en zou het boze oog afwenden. Er zijn vele kleuren, vormen en symbolen. De stip of streep waarmee Indiërs hun voorhoofd versieren, dat is een tikka of kumkum - typisch Indiaas.
Tijgers: heilige dieren in China
De tijger is in China één van de vier oudste vereerde dieren. De andere vier zijn de schildpad, draak en feniks. Anders dan de leeuw in Afrika, wordt in China de tijger gezien als de koning van het dierenrijk.
De meeste Hindoes zijn ervan afkerig, omdat het om een heilig dier gaat. Historisch hebben Indische landbouwers sterk beroep gedaan op runderen om hun werkkracht, hun melk en hun mest, en leidde dat respect tot een verbod op slachten en eten.