De houtduif eet in de lente vooral knoppen en kiemplanten. In de nazomer wordt overgeschakeld op oogstresten (korrelmaïs en granen), klaverzaadjes, eikels en beukennootjes, terwijl in de winter ook bessen van klimop en plantenwortels op het menu staan.
De duiven krijgen meestal twee keer per dag granen en peulvruchten (o.a. maïs, erwten, tarwe, gerst) en minstens één keer per dag schoon drinkwater. Fabrikanten van dierenvoer mengen de granen en peulvruchten, zodat je een kant-en-klare 'mengeling' bij de dierenspeciaalzaak kunt kopen.
Buiten de vraag of het wettelijk gezien mag, is brood of ander 'menseneten' niet goed voor vogels. Dit geldt niet alleen voor duiven, maar ook voor de eendjes en ganzen in het park. Brood is eenzijdig voedsel én er zit teveel zout in. De Vogelbescherming geeft aan dat broodkruimels geen kwaad kunnen, maar met mate.
Op het menu staat voornamelijk plantaardig materiaal, zoals zaden, knoppen en bladeren. Net als oogstresten (granen) zijn deze te vinden op akkers, maar ook in de bebouwde omgeving is voldoende voedsel te vinden. Zoals in tuinen, maar ook rondslingerende etensresten zijn in trek.
Veel van hen slapen snachts op een tak. Ze zetten dan hun pees achter hun pootje op slot. Dit doet de duif maar ook fazanten doen dit. Spechten hebben ook zo'n mechanisme, maar die slapen tegen bomen aan.
Een duif kan geen twee dagen zonder water maar wel zeven dagen zonder eten.
Er zijn verschillende geuren waar duiven niet van houden. Sterke kruidengeuren als van peper, knoflook of mottenballen staan ze niet aan en kun je dus in je tuin verspreiden.
De duiven mogen niet worden gevoerd, omdat ze hun voedsel - zoals zaden en scheuten van planten - in de natuur vinden. Van verkeerd voedsel, zoals brood, patat en rijst, kunnen de duiven ziek worden. Bovendien: als duiven teveel eten krijgen, hoeven ze minder tijd aan foerageren te besteden.
duiven zijn kieskeurig en zullen dat eten wat goed voor hen is, en zullen niet eten wat niet goed voor ze is. groenten: wortelen, petercelie, allerhande kruiden die in snoepzaad zit, geen fruit, geen planten, wel pindanoten maar dan ongebrand en ongezouten.
In de winter gaan houtduiven zwerven waarvan een klein deel wegtrekt in zuidwestelijke richting om te overwinteren. De meeste houtduiven blijven in Nederland en een klein deel trekt weg naar België en Frankrijk. Er komen ook duiven uit het noorden en noordoosten die hier komen om te overwinteren.
Havermout: havermout kan je zowel als strooivoer op de grond gebruiken als op de voedertafel. Zaadeters zoals mussen, mezen, vinken, groenlingen en roodborstjes houden hiervan. Meelwormen en insecten: bevatten veel proteïnen en zijn bijzonder voedzaam voor vogels.
Het gaat erom dat rijst (witte rijst) een belangrijke bijdrage kan leveren aan duivenvoer, met name voor de laatste (2) voedingen. Zeker als het heet is en zeker als we denken aan onze jonge duiven op de vlucht.
Je mag vogels gerust ongekookte rijst geven. In laden waar de rijst groeit wordt het ook zo van de planten af gegeten door vogels.
Zoek de eigenaar met het jaartal en ringnummer. Zet de duif in een doosje of hokje zodat de eigenaar de gelegenheid heeft om de duif op te halen of op te laten halen. Je kunt de duif ook een eind van huis (op zijn minst 10 km) los laten. De kans is dan groter dat de duif verder vliegt naar het thuishok.
Duiven worden twee keer per dag gevoederd, vroeg in de ochtend en laat in de middag of begin van de avond. Een kwartier na het verstrekken van het voer moet de voederbak leeg zijn, anders wordt teveel voer gegeven. Al snel na de geboorte worden jonge duiven door de ouders gevoerd met kropmelk of duivenmelk.
Voer twee tot drie keer per dag kleine beetjes. Dertig tot vijfendertig gram voer per dag is voldoende. Soms hebben je duiven iets meer of minder nodig en hier zit het verschil tussen een duivenmelker en een duivenliefhebber.
Duiven en andere vogels zijn natuurlijk dol op kippenvoer. Als je je kippen op de grond voert, zitten ze gegarandeerd klaar om een graantje mee te pikken. Op zich geen probleem, maar misschien geef je ze liever op een andere plaats voer en help je de kleinere vogeltjes liever met Menu Nature.
De stadsduif is geslachtsrijp vanaf ongeveer 5 maanden uit. Gemiddeld worden ze 7 jaar oud, met een vermoedelijke maximale leeftijd van 20 jaar. Een duivenpaar blijft bij elkaar 'tot de dood hen scheidt'.
Gezelschapszoekers. Het liefst leven duiven in grotere gezelschappen. Mocht je overwegen om duiven te gaan houden, dan adviseert huisarts Piet om voor minimaal twee soortgenoten te gaan.
Wetenschappers denken dat duiven deze geuren gebruiken om een soort kaart in hun hoofd te maken. Wanneer duiven nog thuis zijn, leren ze welke geuren uit welke richting komen. Worden de duiven op een nieuwe plek vrijgelaten, dan weten ze dankzij dezelfde geuren waar ze zijn heengebracht.
Huisduiven voeden zich vooral met droge zaden. Daarom drinken ze in verhouding vaak en veel. Voor ze het water drinken, pikken er eerst in om het te proeven. Pas dan steken ze de snavel tot de neusgaten in de vloeistof en zuigen het op (dit wordt zuigdrinken genoemd).
Reukvermogen. “Geuren zijn belangrijke aanwijzingen voor duiven aan de hand waarvan ze kunnen begrijpen waar ze zich bevinden in relatie tot hun woonplaats”, verklaart ze op BBC News. De wetenschappers onderzochten de invloed van het reukvermogen van duiven op hun navigatievermogen doormiddel van een experiment.
Duiven hebben geen mooi gezang maar het geluid wat ze produceren noemt men “koeren” (roekoe roekoe). Dit geluid wordt vooral door de duivers (mannetjes) gemaakt als ze willen paren met een duivin (vrouwtje) of als ze willen imponeren tov indringers.
Duivenoverlast voorkomen
Duiven zijn altijd op zoek naar water en voedsel. Als er veel water en voedsel in je tuin of op je balkon te vinden is, komen duiven daar meteen op af.