Zorg ervoor dat je minimaal 2 tot 3 uur voor de start van de wedstrijd of jouw doel ontbijt. Doe dit zo koolhydraatrijk mogelijk. Kies voor producten die laag zitten in vetten en zout. Goede keuzes zijn cornflakes, wit brood en fruit.
Wit brood of rijst met omelet, havermoutpap met rozijnen en smoothies van fruit met yoghurt. Tussen het ontbijt en de start van de etappe blijven de renners eten: winegums, gels, rijpe bananen, rijstcakejes met honing of sportrepen.
Tijdens de rit (vb.
Per uur dient de renner 60 tot 90g koolhydraten in te nemen door middel van gemakkelijk verteerbare voedingsmiddelen (preparaten) zoals sportrepen, -gels en –dranken. Sommige renners verkiezen ook gewone voeding zoals peperkoek of bananen, maar dit eerder in het eerste deel van de rit.
De renners krijgen vaak koolhydraatrijke toetjes zoals pannenkoeken. Het ontbijt bestaat uit de gebruikelijke omelet, rijst en vruchtensap, maar veel meer dan voor een vlakke etappe. Vaak nemen de renners ook pannenkoeken met jam om aan de gewenste 2 à 3 g aan koolhydraten per kilo lichaamsgewicht te komen.
De vezels in deze producten houden namelijk veel vocht (en dus gewicht) vast en zorgen voor veel volume in je maag. Vooral bij intensieve inspanning verhoogt dit het risico op maag- en darmklachten. Kies de dag voor de wedstrijd dus liever voor wit brood, witte pasta en eet na de race weer netjes je fruit en groenten.
Een vol bord pasta levert ongeveer 30-40 gram minder koolhydraten dan een vergelijkbaar bord met witte rijst. Dit is gelijk aan het koolhydraatgehalte van twee bananen. Pasta is dus niet de meest efficiënte koolhydraat-leverancier, vooral voor grootverbruikers kan het nuttig zijn om te kiezen voor witte rijst.
Heb je een wedstrijd? Dan kun je een banaan beter voor of na de wedstrijd eten, omdat een banaan niet alleen maar uit snelle suikers bestaat. Een uur voor de wedstrijd werkt een banaan bijvoorbeeld uitstekend om nog even wat lichts en voedzaams naar binnen te werken.
Tijdens ritten op matige intensiteit die langer dan een uur, maar korter dan twee uur duren, kunnen wielrenners het beste elk uur 9-12 milliliter per kilogram lichaamsgewicht drinken, verspreid over het uur. Voor een wielrenner van 70 kilogram is dit dus 630-840 milliliter per uur.
"En de organisatie bepaalt wie waar slaapt, niet de renners zelf." Soms heb je een slaapplek dichtbij de start, maar zijn de bedden ronduit verrot. Een andere keer moet je ver reizen, maar heb je een heerlijk matras. Of je komt op een kamer waar het gordijn niet lekker sluit, of het bloedheet is.
Hoeveel? Met 100-120 gram havermout zit je goed vol en heb je genoeg brandstof in de tank om een paar uur gas te geven.
Bij het ontbijt wordt vaak sinaasappelsap en koffie gedronken, waarna ongeveer een uur later gestart wordt met smoothies, energiedranken en water. Tijdens de touretappe drinken de wielrenners water en energiedranken. Er wordt tijdens de etappe gestreefd naar een vochtinname van 1 tot 2 bidons per uur.
Pannenkoeken zijn ook ideaal voor fietsers, zeker in dit koude en gure weer. Als je gaat sporten in de kou, heb je namelijk meer energie nodig om jezelf warm te houden én om de ingeademde lucht op te warmen en te bevochtigen. Je hebt er dus alle baat bij om voldoende te eten voor een winterse fietstocht.
Winegums heel normaal
Maar chips en winegums zijn wel normaal in het wielrennen. "Je moet binnen het half uur na de wedstrijd suiker en koolhydraten aanvullen en dat kan met met een handje winegums heel snel. Veel renners eten ook van die gummibeertjes." Winegums zijn prima, zegt ook sportdiëtiste Antoinette Drexhage.
WAT ZIJN DE SYMPTONEN VAN EEN HONGERKLOP? De symptomen van een hongerklop zijn overduidelijk. Tijdens de inspanning voel je je plotseling extreem vermoeid en zwak. Ook is je bloedsuiker laag, begin je te zweten, trillen en ervaar je veel verzuring in de spieren.
Normaliter kan de zweetproductie variëren tussen de 500 en 1000 ml per dag, maar voor een sporter kan dat twee keer zoveel zijn. Marathonlopers kunnen meer dan 3 liter zweet produceren en voor wielrenners kan dat nog veel meer zijn. Een marathonloper is tijdens zijn/haar wedstrijd meerdere uren in actie.
Voeding tijdens wielrennen
Dan raadt Jumbo Foodcoach je 20 gram koolhydraten per uur aan. Wanneer je langer dan twee uur gaat wielrennen, is minimaal 40 gram koolhydraten per uur het advies. De sportvoeding tijdens het wielrennen kan bijvoorbeeld een energiereep, gelletje of isotone drank zijn.
Bidons, grote bidons
Als je rekent om 1 zo'n bidon per uur te drinken, zit je al snel goed. Je kunt door 2 bidons mee te nemen dus voor zo'n 2 uur drinken meenemen. Ga je langer dan 2 uur fietsen, vul je bidons dan bij een benzinestation.
Na afloop van een fietstraining of toertocht
Probeer na afloop per half uur zo'n 40 gram gemakkelijk verteerbare en goed opneembare koolhydraten te gebruiken. Hierbij kan je denken aan: pasta, rijst, aardappelen, bananen, brood, suiker, zoet beleg en koolhydraatsupplementen.
Bananen hebben een positieve werking op de slaap. Dit komt door het aminozuur tryptofaan waar banaan rijk aan is. Tryptofaan zorgt voor de aanmaak van serotonine. Daarnaast zit er magnesium en kalium in bananen.
Door een banaan te eten voor het sporten heb je snel meer energie en het zorgt ervoor dat die energie langer aanhoudt. Eet dit stuk fruit tot een uur voordat je gaat sporten, zodat je alles uit je energieniveau kunt halen en een niet te vol gevoel hebt.
Geen ideale start dus! Kies voor de toertocht liever voor een energierijk maar licht verteerbaar ontbijt zoals: Brood met mager beleg zoals magere platte kaas, mager vlees of smeerkaas, Havermoutpannenkoeken, boekweitpannenkoeken met confituur, siroop, platte kaas, fruit…
Gezonde keuzes zijn koolhydraatbronnen die veel voedingsvezels bevatten. Bijvoorbeeld volkoren graanproducten als volkorenbrood, volkorenpasta, volkoren bulgur en zilvervliesrijst. Ook peulvruchten, groente en fruit zijn goede bronnen van koolhydraten.
Iemand van ongeveer 70 kg, verbruikt rond de 650 kcal per uur. Hiermee is wielrennen dus zeer voordelig voor gewichtsverlies. Om optimaal calorieën te verbranden is het aan te raden om een intensievere intervaltraining te doen van bijvoorbeeld een uur, in plaats van een rustigere duurtraining van 3 uur.