De galwesp 'boort' met haar legboor (feitelijk de angel) een eitje in het blad.Daardoor ontstaat er een gele, groene of zelfs rode uitstulping: dit is een gal. Aan de vorm en de kleur van de gal is af te leiden van welke soort galwesp het eitje afkomstig is.
Galwespen lijken op de wespen die we kennen maar zijn kleiner en steken niet. Ze vormen dus geen gevaar voor de mens. Volgens het ILVO is het de eerste keer dat de galwesp opduikt in ons land. Het is een van de meest schadelijke insecten voor tamme kastanjebomen, zegt Greet Ribbels.
In de gallen die gevormd worden ontwikkelen de larven van de galwesp; de gal doet dus dienst als voedselbron, maar ook als bescherming tegen natuurlijke vijanden (parasieten en predatoren) en allerhande weersomstandigheden.
Galappels ontstaan in juni. Dan legt een vrouwtjesgalwesp in of vlakbij de nerf van een eikenblad een eitje. Als reactie op deze irritatie maakt het eikenblad een gal aan, een abnormale uitgroei van plantenweefsel.
Wetenschappers hebben meer dan 80 verschillende gallen ontdekt op eikenbomen. Want niet alleen galwespen kunnen zorgen voor gallen, er zijn ook soorten muggen, vliegen, luizen en mijten die hun eitjes leggen in bladeren. Gallen kunnen overal op de plant zitten.
Maak er bladaarde of compost van
Maak op een schaduwplek een korf van kippengaas. Gooi ze vol bladeren, en maak goed nat; nat blad verteert sneller. Es, beuk, berk, kers, olm, haagbeuk, linde, eik, populier en wilg verteren het snelst, binnen een jaar. De hoop omkeren hoeft niet.
Het bladerenpakket zorgt er voor dat niet genoeg zuurstof door kan dringen tot het gras. Het gazon zal verstikken. De bladeren zorgen er verder voor dat het gazon gaat rotten doordat het niet kan drogen. Om er voor te zorgen dat je gazon in glorie blijft is het dus van groot belang om het blad te verwijderen.
De galwesp is eigenlijk geen wespensoort. Ze ziet er namelijk niet uit als een gewone wesp. Ze is kleiner, niet gestreept en ze heeft vaak een roodbruine tot zwarte kleur, afhankelijk van de soort. Galwespen vallen geen mensen lastig, maar bepaalde soorten kunnen bloemen, planten en bomen wel aantasten.
Een (planten-) gal is een woekering van een plant, ontstaan door een parasiet of symbiont, meestal een insect (een galwesp, galmug, gewone vijgenwesp, vlieg, bladluis of galmijt) dat zijn eieren in de plant legt.
Een plantengal is een afwijking van het normale uiterlijk van een plant als gevolg van een specifieke reactie op de aanwezigheid van een bepaald organisme. Die organismen kunnen heel verschillend zijn zoals insecten, mijten, schimmels en bacteriën.
Bij gallen die reeds ontstaan zijn is beweging het beste om het overvloedige vloeistof op te lossen. Maar als de oorzaak niet wordt aangepakt, zal de peesschede zich iedere keer weer opnieuw vullen. Gallen kunnen worden ingesmeerd met diverse middeltjes zoals coolgel of klei.
Gallen. De bekendste soort is de eikengalwesp (Cynips quercusfolii) die op de onderkant van eikenbladeren 3 centimeter grote gele tot rode galappels veroorzaakt.
De volwassen sluipwesp eet honingdauw of nectar en bezoekt daarvoor bloemen. Sluipwespen die zich met nectar kunnen voeden, leven veel langer en leggen veel meer eieren dan sluipwespen zonder voedsel. De belangrijkste hulp voor deze nuttige rovers is een bloemrijke akkerrand of éénjarige bloemenrand langs gewassen.
Wespen komen af op vlees en zoetigheid, maar houden niet van de geur van citroen, kruidnagel en geranium. Er is onderzoek gedaan naar geuren waarbij wespen uit de buurt blijven en deze passen goed in een kruidentuin.
Als we dus jonge koninginnen wegvangen in het voorjaar of massaal wespen doden in de zomer lopen we een enorm risico op grootschalige insectenplagen. Die plagen kunnen ons, onze dieren of onze gewassen enorm aantasten. Oogsten kunnen verloren gaan en ziektes kunnen uitbreken onder ons en onze dieren.
Zelfs lekkere worst, vleeswaren en vis trekt wespen aan. Dus niet alleen salami en tonijn trekt wespen aan, maar ook bijvoorbeeld chorizo, ham en prosciutto. Het klinkt vreemd, maar ook eiwitrijk voedsel trekt wespen aan. Nu weet je meteen waarom wespen ook graag rond je vlees op de barbecue zoemen.
Eikenbladeren bevatten relatief veel looizuur, waardoor ze de kiemkracht van planten negatief kunnen beïnvloeden. Het blad verteert erg langzaam en het looizuur maakt de bodem zuur. Planten die van een zure grond houden maak je wel blij met eikenblad, zoals blauwe bes, rododendron, heide of hortensia's.
Gebruik een hark, bladzuiger, grasmaaier of bladblazer om de bladeren op te ruimen. Kleine hoeveelheden bladeren kunnen in de gft-bak. Breng grote hoeveelheden bladeren naar het containerpark. Gebruik bladeren als compost, meststof of winteronderkomen voor dieren.
Bladeren van de bomen, laten liggen of opruimen? Als je teveel bladeren hebt leg je ze op een hoop in een hoekje van de tuin. Laat ze daar enkele maanden liggen om te verteren of rotten en zie hoe ze veranderen in de beste compost die je ooit gezien hebt.
Maar bladeren in de borders kun je het best laten liggen. En wel om de volgende redenen: Isolatie Het blad vormt namelijk een isolerende laag rond de planten, zodat ze beter beschermd zijn tegen de vorst. Fijn voor de dieren Je doet er dieren zoals egels, muizen en insecten een groot plezier met de bladeren.
Eikels (vooral groene) en groen eikenblad bevatten tannine. Deze stof kan bij paarden vergiftigingen veroorzaken. Met name groene eikels zijn giftig, maar ook eikenbladeren zijn niet ongevaarlijk.
Eiken- of beukenblad verteert heel langzaam en is daarom niet zo geschikt voor de composthoop. Het is wel heel geschikt als winterdek voor vorstgevoelige vaste planten. Het blijft lekker droog en zal niet rotten terwijl het toch een goede isolatielaag geeft. Dit kun je nog meer doen met blad in de tuin.
Er zijn vele soorten sluipwespen. Voor ons zijn ze niet gevaarlijk, dat wil zeggen: ze steken niet. Ze kunnen zelfs behulpzaam zijn bij het bestrijden van allerlei schadelijke insecten. Enkele sluipwespen worden op grote schaal uitgezet voor de biologische bestrijding van plaaginsecten, zoals bladluizen en witte vlieg.
Sluipwespen staan bekend om hun vermogen eieren in of op andere insecten te leggen. Dit doen ze door met hun legboor het insect binnen te dringen. Sommige sluipwespen spuiten tegelijkertijd verlammend of dodelijk gif in het insect.