Een anafoor is een stijlfiguur, die bestaat uit het herhalen van steeds weer een of meerdere woorden aan het begin van elkaar opvolgende zinnen of zinsdelen. Deze stijlfiguur is veelgebruikt in de retoriek.
Stijlfiguren kunnen een tekst aantrekkelijker maken, maar dat hoeft niet. De anafoor heeft een positieve invloed op de aantrekkelijkheid: deze tekst trekt heel veel aandacht en is erg leesbaar; ook is de anafoor voor een groot deel begrijpelijk.
Een anafoor is een verwijswoord dat refereert aan iets wat al eerder in de tekst genoemd is. In de zinnen hieronder is hij de anafoor die verwijst naar “mijn broer” en is dat de anafoor die verwijst naar de voorgaande zin (en dus naar het niet starten van de auto).
Stijlfiguur waarbij een woord of kleine woordgroep enkele malen herhaald wordt en er zo bij de lezer wordt 'ingehamerd'. de schaduw van je hond, maar verlaat me niet. En niemand komt niemand dan niemand tegen.
Twee of meer zinnen of zinsdelen die met hetzelfde woord (of zelfde paar woorden) beginnen. Anaforen worden vooral gebruikt in gedichten en tegenwoordig in songteksten.
Bij het oxymoron (de klemtoon ligt op mo) gaat het om twee begrippen die op het eerste gezicht niet samen lijken te gaan, al worden ze wel zo gepresenteerd. Een bekend voorbeeld is 'Er viel een oorverdovende stilte. ' Dat is eigenlijk gek: oorverdovend hoort juist bij lawaai.
Een climax is een veelgebruikte stijlfiguur voor een hoogtepunt waarnaar wordt toegewerkt doordat in een opsomming (enumeratie) van gelijksoortige elementen hun betekenis steeds in kracht toeneemt.
Bij een chiasme worden twee woorden in een omgekeerde volgorde herhaald. Die twee woorden zijn precies hetzelfde óf ze lijken op elkaar. Een chiasme maakt je tekst leuker. Het betekent kruisstelling en komt van de Griekse letter Chi, ofwel X.
Een hyperbool is een stijlfiguur waarbij iets opzettelijk in grote mate wordt overdreven. Het beoogde effect is versterkend en vaak ironisch of komisch.
Een litotes is een stijlfiguur waarbij men door middel van een ontkenning of een verkleinvorm iets schijnbaar verkleint of afzwakt, maar juist met de bedoeling het des te sterker te doen uitkomen.
Wat wordt bedoeld met een metafoor? Een metafoor is een vorm van beeldspraak: je gebruikt een woord of beeld voor iets anders, waarmee het een overeenkomst vertoont. Zo is het schip der woestijn een metafoor voor een kameel: de kameel wordt vergeleken met een schip.
Een asyndeton is het stijlfiguur dat nevenschikkende voegwoorden weglaat in een opsomming. Waar je een dagelijkse taal 'en' zou zetten, staat dan alleen een komma. Een voorbeeld: De wind was sterk, krachtig, stormachtig, kil.
Een voorbeeld van een paradox is: 'Kalm aan, en rap een beetje! '. Op het eerste gezicht lijkt deze zin niet logisch omdat 'kalm' en 'rap' een tegenovergestelde betekenis hebben. Wanneer je iets langer nadenkt en de zin nogmaals lees, dan staat er eigenlijk dat iemand snel rustig moet worden.
Climax: Een reeks woorden die in betekenis steeds sterker worden. Bijvoorbeeld: Hij werd kwaad, woedend, nee, witheet toen hij dat zag.
De betekenis van alliteratie is dat de beklemtoonde beginklank van opvolgende woorden hetzelfde is. Bijvoorbeeld: 'Wie weet waar Willem woont? '. In de literatuur worden alliteraties gebruikt om de tekst tot leven te brengen.
Bij alliteratie (door het veelvoudig gebruik in de Germaanse literatuur ook wel Germaans rijm genoemd) zijn de eerste klinkers of medeklinkers van twee of meer beklemtoonde woorden hetzelfde. De woorden staan vaak naast of dicht bij elkaar, maar dit is geen harde eis.
Een retorische vraag is een stijlfiguur waarbij iemand een vraag stelt, en daar geen antwoord op verwacht. Iemand zou bijvoorbeeld kunnen roepen: [Ben je helemaal gek geworden?] De steller van de vraag verwacht hier natuurlijk geen ja of nee op, maar wil aangeven dat hij denkt dat je gek bent.
De termen pleonasme en tautologie hebben allebei betrekking op het gebruiken van verschillende woorden die ongeveer hetzelfde betekenen. Het zijn dus allebei gevallen van 'twee keer hetzelfde zeggen'. Als dat bewust en met een reden gebeurt, vallen pleonasmen en tautologieën onder de stijlfiguren.
(Distanzstellung, disiunctio, hyperbaton of metatesis) Term uit de stijlleer voor die vorm van transmutatio waarbij woorden die syntactisch bij elkaar horen uiteen worden geplaatst, bijv. 'Jan zag ik, en Piet, en Klaas. '.
Letters die kleuren hebben, geluiden met een smaakje: twee voorbeelden van het verschijnsel synesthesie. In het brein van mensen met synesthesie bestaat een sterke koppeling tussen de hersengebieden die informatie verwerken van verschillende zintuigen.
Het parallellisme ook parallellie is een stijlfiguur waarbij twee (of meer) zinswendingen naar inhoud of naar vorm min of meer gelijk zijn. Vaak wordt deze stijlfiguur toegepast om de betreffende zinnen of zinsdelen meer nadruk te geven. Parallellisme is kenmerkend voor de Bijbelse poëzie.
Een eufemisme is een woord of een formulering met een verzachtend, verhullend of verbloemend karakter. Eufemismen worden gebruikt ter vervanging van aanduidingen die men bedreigend, kwetsend, onfatsoenlijk, onaangenaam of in een andere zin te negatief vindt.
Een anticlimax is een stijlfiguur, waarbij in een opsomming (enumeratie) de betekenissen in kracht afnemen. Het is het tegenovergestelde van een climax.
Anticlimax definities
opeenvolging van steeds zwakkere woorden of uitdrukkingen: schreeuwen - roepen - zeggen - fluisteren. In dramatisch werk wordt de anticlimax vaak toegepast om een zekere ontspanning te verkrijgen, waarna het hoogtepunt (de climax) des te meer indruk maakt.