Wi is een bevestigend partikel, dat net als de AN-tegenhanger hoor gebruikt wordt om in mededelende zinnen de inhoud extra te bevestigen. In een zin als Je mag het niet vergeten, wi! krijgt de hoorder door die wi nog eens een extra aanmaning om de mededeling zeker ter harte te nemen.
Sara: Hey, oe est? (Hallo, hoe gaat het?)
Een school waarvan de meerderheid van de leerlingen van allochtone afkomst is. In Vlaanderen noemt men dit ook wel concentratiescholen.
't Is e snelle = het is een knappe (vrouw).
Het Vlaams woordenboek » ammezeert uch.
Poep(en) In Nederland wordt zich ontlasten gemeenzaam betiteld met het woord poepen. De Belg spreekt hier onder meer over kakken en – in kindertaal – kaka doen.
Het Vlaams woordenboek » microgolf.
Het is een positieve en liefkozende omschrijving voor een “brokje energie”, een “spring-in 't veld”, een kind waarbij je ogen op je rug moet hebben, een lieve vrouwelijke rakker.
Een klet is een irritante kerel.
Lieveling = 1) Bemind persoon 2) Beminde 3) Benjamin 4) Enfant chéri 5) Enfant cherie 6) Engel 7) Favoriet 8) Gunsteling 9) Gunstelling 10) Hartendief 11) Hartenlap 12) keppe 13) Koosnaam 14) Lieveke 15) Lieverd 16) Mignon 17) Nakomertj...
'Kotjesvolk' was de naam die men in de Vlaamse Westhoek gaf aan de duizenden vluchtelingen die in 1914 toestroomden en zich installeerden in hutjes die men maakte van al wat ze vonden: hout, golfplaat, karton. Sommigen woonden daar wel vier jaar in die 'kotjes' en werden daarom 'kotjesvolk' genoemd.
School waar verhoudingsgewijs heel weinig kinderen van allochtone afkomst op de schoolbanken zitten.
Het Vlaams woordenboek » mammie.
Het gewone woord is nee.
Neen komt vooral in België nog voor.
De belangrijkste troeven vinden West-Vlamingen zelf: de nabijheid van de kust en de zeelucht, het platteland en de rust, de vriendelijkheid van de mensen, de cultuur en het eten, en hun eigen accent. West-Vlamingen vinden zichzelf ook vriendelijk, behulpzaam en gastvrij, en menen harde werkers te zijn.
Het Vlaams woordenboek » merci.
(de ~ (m.), - 's) In Zuid-Nederland een naam voor den aap, en zooals De Bo (1873) opmerkt, bepaaldelijk voor het jong van den aap.
Een ploert kon van alles zijn: een losbol, een bekrompen persoon, iemand die niet studeert, een patser, een schurk en nog meer. Die laatste betekenis ('schurk, schoft, naarling') is tegenwoordig het bekendst. Verder komt ploert voor in de uitdrukking de koperen ploert, een synoniem van de zon.
Weinig woorden zijn zo West-Vlaams als een "stute".
Je hoort wel eens "botteram" of "beuteram" maar dat is natuurlijk een gewone boterham met wat West-Vlaams haar op. De "stute" is iets waar al onze andere Vlaamse landgenoten die het plezier ontberen om West-Vlaming te zijn geen hol van begrijpen.
Amai is een uitroep die veel gebruikt wordt in Vlaanderen. De betekenis van amai is te vergelijken met de Nederlandse uitdrukking oei! of jeetje en wijst op een zekere verbazing.
(ww. plooide, heeft geplooid) Een feestje (vroegtijdig) verlaten, meestal om te gaan slapen.
In Nederland zeg je: “ik hou van jou”. Dat is in Vlaanderen: “ik zie u graag”.