Er klinkt; '' l'chaim'' in het hebreeuws als er geproost wordt. Het betekent; op het leven!.
Het is het grondwoord van een veelvoorkomende Joodse toost, L'Chaim, wat betekent " Op het leven! " Het jodendom legt veel nadruk op het leven en het belang van een goed leven, maar hoe leidt iemand een goed leven? In de woorden van Hillel: behandel anderen zoals je wilt dat ze jou behandelen.
Waar 'pleite' in het Nederlands meestal 'weg' betekent, betekent het in het Duits 'failliet'. Het oorspronkelijk Hebreeuwse woord pelita, waarvan zowel het Duitse als het Nederlandse 'pleite' is afgeleid, had echter beide betekenissen: zowel 'bankroet' als ook 'op de vlucht'.
Skol is een internationaal biermerk. De naam komt van het Scandinavische woord voor proost, "skål".
Voor ons lijkt het Zweedse proost bijna op die uit Ijsland, in Zweden zeggen ze namelijk “Skål” als ze hun glas heffen.
De barman heft het glaasje en roept 'Zum Wohl'. 'Op je gezondheid' of 'Proost' dus. Proost! Zum Wohl!
mesjogge: gek, dwaas. metaar-huisje: huisje op de begraafplaats waar een lijk werd gewassen en gekleed. mezoezo: betekent letterlijk 'deurpost'; vaak fraai versierd kokertje met daarin een opgerold stukje perkament met toepasselijke bijbelteksten erop.
Joden moesten dichter bij christelijke cultuur komen
Na 1787 voerden andere Duitstalige staten dezelfde regel in, en de namen verspreidden zich via het Jiddisch, de op het Duits gebaseerde taal die vrijwel alle joden in Midden- en Oost-Europa onderling spraken.
Mazzel tov wordt letterlijk vertaald als “veel geluk” maar wordt niet gebruikt zoals die uitdrukking in het Nederlands is, als een wens voor de toekomst. In plaats daarvan is de impliciete betekenis “(je hebt) veel geluk gehad” en de uitdrukking is een erkenning van dat feit.
Lechaim of l'chaim is een heel ander verhaal. Het is een Hebreeuwse heildronk die betekent 'op het leven'.
Elohim (Hebreeuws: אֱלֹהִים, ělohīm) betekent letterlijk "goden", maar is in de Hebreeuwse Bijbel vaak een aanduiding van de God JHWH en wordt in die zin ook als eigennaam gebruikt. Maar de term wordt ook gebruikt om "valse" goden aan te duiden.
Ekev vertelt ons dat het goede leven gebaseerd is op goede daden – wandelen in Gods wegen en de geboden naleven . We moeten deze dingen doen zonder enige beloning te verwachten: God doet recht aan de wees, weduwe en vreemdeling, dus moeten wij hetzelfde doen.
"Pannekoek" wordt gebruikt als een lichtvoetige belediging. Een beetje zoals iemand een "domkop" noemen in plaats van een "idioot".
In de 17e en de 18e eeuw had de Haarlemmerdijk een dermate beruchte status dat haar een uitdrukking is verleend: 'ruzie maken, standjes zoeken op straat'. De Haarlemmerdijk werd in 2012 verkozen tot de leukste winkelstraat van Nederland, maar kent een lange geschiedenis van ruzie, scheld- en vechtpartijen.
Bij schriep maakt het woordenboek echter geen betekenisonderscheid; dat woord wordt gedefinieerd als '{niet algemeen} gierigaard, vrek', d.w.z. 'iemand die gierig, vrekkig is, die veel moeite heeft geld uit of weg te geven', iemand die op zijn geld zit, kortom -vrijgevig is.
Veel Joodse namen hebben een Duitse oorsprong door de Oostenrijks-Hongaarse wet uit 1787, die Joden verplichtte een permanente achternaam van het gezin te registreren.
Door de grote Jiddische diaspora die ontstond als gevolg van immigratie uit Oost-Europa in de tweede helft van de 19e eeuw, bood het Jiddisch Joden in verre landen een taalkundig middel om met elkaar te communiceren.
Zeker, maar de meeste Joden in Centraal- en Oost-Europa spraken vroeger Jiddisch, een Germaanse taal (vergelijkbaar met Duits), die veel Hebreeuwse woorden bevat . Sommigen van hen gingen de Duitse taal in, en we gebruiken ze nog steeds.
Steden werden naar Joods gebruik vaak aangeduid met hun eerste letter volgens het Hebreeuwse alfabet. Zo werd Amsterdam dus Mokum Allef genoemd, waarvan alleen het deel Mokum door de jaren heen is overgebleven.
Stiekem. Als je iets stiekem doet, heb je een geheim. Dit is ook waar het woord van afstamt. Het Jiddisch 'sjtieke' betekent het namelijk 'heimelijk' of 'stil'.
De keppel of kippa is het hoofddeksel waarmee joodse mannen hun hoofd bedekken om een onderscheid te maken tussen het aardse en het hogere. Ook de uitspraken in de Misjna en Talmoed, volgens welke het in strijd is met de zedigheid om blootshoofds te lopen, spelen een factor bij het dragen van een keppel.
Vanuit een Duits perspectief
De Nederlanders worden gewaardeerd om hun innovatiekracht, hun handelsgeest en hun cultuur. Voor velen is de grens nauwelijks merkbaar; mensen gaan winkelen, uit eten, brengen hun vakantie in Nederland door – en redden zich prima. De meeste Duitsers weten echter heel weinig over Nederland.
Prost wordt doorgaans gedronken als toost op bier , en Zum Wohl wordt doorgaans gedronken als toost op wijn, schnaps of sterke drank.