De letter M is de dertiende letter in het moderne Latijnse alfabet. De M geeft de klank /m/ weer, zowel in de klassieke als in de moderne talen. De vorm is afkomstig van de Griekse letter Mu (Grieks) (Μ, μ) die zelf is gebaseerd op de Semitische letter Mem. Dit pictogram was waarschijnlijk een uitbeelding van water.
De molaire massa, symbool M, van een stof is de massa van een mol van die stof. De eenheid is gram per mol (g/mol). De molaire massa (een molaire grootheid ) is een stofeigenschap.
De letters van het alfabet zijn: A, B, C, D, E, F, G, H, I, J, K, L, M, N, O, P, Q, R, S, T, U, V, W, X, Y, Z.
De letter M is de dertiende letter in het moderne Latijnse alfabet. De M geeft de klank /m/ weer, zowel in de klassieke als in de moderne talen. De vorm is afkomstig van de Griekse letter Mu (Grieks) (Μ, μ) die zelf is gebaseerd op de Semitische letter Mem.
De molaire massa van een stof wil zeggen, het aantal gram van één mol van die stof. Een mol betekent eigenlijk simpelweg de hoeveelheid stof van een materie. Om de molaire massa te berekenen in scheikunde gebruikt men de volgende formule: M = m : n.
De molair (M) is de verouderde naam voor de eenheid van molaire concentratie of (verouderd) molariteit en komt overeen met 1 mol per liter: 1 M = 1 mol/liter. De molair is geen SI-eenheid.
druk is het volume van 1 mol gas 22,4 liter ongeacht welk gas het is. Bij een andere temperatuur en druk is dat volume anders, maar wel voor elk gas weer hetzelfde (dus: bij 100°C heeft elk gas een volume van bijv. 27 liter).
Een kuub wordt aangegeven met het symbool m3 en komt overeen met 1000 liter. Bij het berekenen van de inhoud wordt uitgegaan van een kubus met de afmeting: 1 meter (lang), 1 meter breed en 1 meter diep. De hoeveelheid liter per kuub blijft ongeacht de inhoud (water, zand of beton) ongewijzigd 1000 liter.
Een mol van een bepaalde stof heeft een massa (in gram) die gelijk is aan de massa van het molecuul of het atoom van die stof uitgedrukt in u. Dit heet de molaire massa. Water heeft bijvoorbeeld een molecuulmassa van 18,016 u, dus een molaire massa van 18,016 g/mol. Ofwel: 1 mol water heeft een massa van 18,016 gram.
Mol en volume van een vloeistof
De eenheid van molariteit is mol/L of M. Deze eenheid wordt gegeven in de opdracht. Je kunt van mol naar volume gaan door het aantal mol te delen door de molariteit. Als je het volume weet en je wil het aantal mol weten, dan vermenigvuldig je het volume met de molariteit.
We weten ook in hoeveel liter de stof is opgelost, de volume. De volume is 1,5 liter. Om de molariteit uit te rekenen delen we het aantal mol door de volume: 0,034 / 1,5 = 0,023 M (mol/L) NaCl.
Molverhoudingen of moleculaire verhoudingen geven de onderlinge verhoudingen aan tussen de verschillende elementen in een stof, of de verhouding tussen grondstoffen en producten bij een reactie. Deze molverhoudingen zijn gebaseerd op telling met behulp van mol.
Lengte X breedte = VIERKANTE METER.
1000 milligram is hetzelfde als 1 gram.
Dichtheid is de hoeveelheid massa die aanwezig is in een bepaald volume. Het vertelt je dus hoeveel van een stof er in een bepaalde ruimte zit. De formule om de dichtheid te berekenen is p=m ÷ v. p is de dichtheid.
pH bereken je als volgt: pH = -log[H +]. [H +] is de concentratie H + ionen in een oplossing. Hoe hoger de concentratie, hoe meer H +ionen er in een oplossing zijn, dus hoe zuurder de oplossing is.
De sterkte van medicatie wordt in verschillende manieren uitgedrukt. De concentratie kan bijvoorbeeld in een %-vorm zijn gegeven, aantal mg per ml of aantal IE per ml. Doel is dat je steeds gaat kijken naar wat de patiënt voorgeschreven krijgt (V) in mg. Dit deel je door wat er aanwezig is (in mg) per 1 ml.
Als je het aantal liter vermenigvuldigt met 1000, krijg je het aantal milliliters. Een milliliter (ml) is een inhoudsmaat en 1 ml is één duizendste van een liter.
Een mol van een bepaalde stof heeft een massa (in gram) die gelijk is aan de massa van het molecuul of het atoom van die stof uitgedrukt in u (atomaire massa-eenheid). Dit heet de molaire massa. Water heeft bijvoorbeeld een molecuulmassa van 18,016 u, dus een molaire massa van 18,016 g/mol.
Molair volume van een vloeistof of vaste stof
= molaire massa in g·mol−1, = massadichtheid in g·cm. De molaire massa is getalsmatig gelijk aan de atoommassa (in het geval de stof een chemisch element is) of molecuulmassa (in het geval van een chemische verbinding) in atomaire massa-eenheden (u) van die stof.
Om het gehalte te berekenen, vermenigvuldigen we met de molaire massa van KMnO4 (158,03 g/mol). Het gehalte KMnO4 is dus 7,45 · 10−2 mol/L · 158,03 g/mol = 11,8 g/L.
100 = 1. 101 = 10. 102 = 10 x 10 = 100 = honderd. 103 = 10 x 10 x 10 = 1000 = duizend.
Een mol is 6,02* 1023 deeltjes. 6,02* 1023 moleculen waterstof is precies 1 mol moleculen waterstof.