Een duit in 't zakje doen, d.w.z. medepraten, medespreken in de eene of andere zaak; eene beschuldiging verzwaren; eig.
Iemand die zijn huik naar de wind hangt, verandert zijn standpunt als hem dat verstandig lijkt. De uitdrukking heeft vaak een negatieve ondertoon: wie zijn standpunten aanpast aan de omstandigheden, staat niet achter zijn overtuigingen, maar kijkt in de eerste plaats naar wat voor hem handig of voordelig is.
Uit den band springen,
d.w.z. zich niet houden aan tucht en regel.
In zijn wiek geschoten zijn betekent 'gekwetst, gegriefd of beledigd zijn'. Wiek betekent hier 'vleugel' (van een vogel).
Een huik is een lange zijden of stoffen kapmantel zonder mouwen. Het woord komt al sinds de 14e eeuw voor in het Nederlands, maar de etymologie is onzeker: taalkundigen vermoeden dat het afkomstig is uit het Frans of uit het Arabisch. Het werd gedragen in de Nederlanden en in Duitsland.
Toen de islam in de zevende eeuw ontstond, werd de plaatselijke praktijk van de sluier overgenomen. Zo hadden bijvoorbeeld rijke christelijke vrouwen in het Byzantijnse rijk de gewoonte om zich te bedekken opdat de `gewone' man op straat hen niet kon zien.
Veel moslima's kiezen ervoor om een hoofddoek te dragen omdat dit het makkelijker maakt hun religie uit te beoefenen of simpelweg doordat ze zich hierdoor beter voelen.
DE SLUIER. Er zijn vier soorten gewaden die sommige islamitische vrouwen dragen om hun gezicht te bedekken: de niqaab, de boerka, de gimaar en de sharfsharf.
Allah zegt ook: 'En zij moeten hun khimaar over hun boezems dragen. ' De khimaar is een kledingstuk waarmee de vrouw haar hoofd bedekt. Ook wordt zij opgedragen om deze khimaar over haar boezems te slaan, zodat niets van haar hals zichtbaar blijft.
“ergens het meest in te brengen hebben, eene eerste rol spelen, den toon aangeven, den boventoon voeren, mnl. vore singhen, of zooals men in Zuid-Nederland zegt ergens den eersten regel schrijven (Schuerm. 530 b). De uitdrukking is ontleend aan een strijkkwartet, waar de eerste viool de voornaamste rol vervult.”
Juist is iets op de keper beschouwen ('iets nauwkeurig onderzoeken/nagaan'). Keper is een weefterm; volgens Koenen (2006) betekent het 'de door een bepaalde wijze van weven ontstane strepen en ribben in een weefsel'.
Daarbij zijn er drie opties die vaak in een adem genoemd worden: vechten, vluchten en verstijven.
Volgens de woordenboeken is 'in de pan hakken' de juiste formulering. De betekenis is 'volledig verslaan' en de uitdrukking wordt gebruikt in verband met veldslagen en sportwedstrijden.
Ergens met de pet naar gooien betekent 'slecht werk afleveren', 'geen moeite doen', 'je ergens met een jantje-van-leiden van afmaken'. De herkomst van deze uitdrukking is helaas niet duidelijk.
Iemand naar de kroon steken.
Zijn best doen anderen te overtreffen.
Waar komt de kat uit de boom kijken vandaan en wat betekent het? De kat uit de boom kijken betekent 'afwachten'. Dus: niet meteen reageren, maar eerst goed kijken wat er aan de hand is, en op grond daarvan bepalen wat je het best kunt doen of zeggen.
Met den mond vol tanden staan (of zitten), d.w.z. niets zeggen ter verdediging, geen woord kunnen uitbrengen, beteuterd zijn; syn.
Wie meelacht met anderen, zonder zelf een reden tot lachen te hebben, lacht als een boer met kiespijn, vaak met een wat zuur gezicht.
Een cent was toen wel aanzienlijk meer waard dan tegenwoordig, maar zo'n fluitje was toch een eenvoudig dingetje. Het is een fluitje van een cent betekende 'het is zo gemakkelijk als het spelen op een fluitje van een cent', en vandaar 'het is een makkie (in het algemeen)'.
Met zijn neus in het vet (of in de boter) vallen, d.w.z. een (onverwacht) fortuintje krijgen; vooral juist komen als men ergens feest viert of smult; een voordeelig huwelijk sluiten.
Het spreekwoord betekent 'iets in de gaten houden'. Als je een oogje in het zeil houdt, let je op iets of iemand en ben je zorgvuldig aan het waarnemen. Al in de late Middeleeuwen werd het gebruikt: 'Oog in het seil houden'. Het 'zeil' in het spreekwoord komt uiteraard van de zeevaart.
Spreekwoorden: (1914) Zich de kaas niet van het brood laten eten, d.w.z. zich goed kunnen verdedigen, geen stumperd zijn, haar op de tanden nemen, zich het gras niet van onder de voeten laten maaien; zijn pottagie niet laten nemen, zooals vroeger ook gezegd werd1). Eig.
Oude koeien uit de sloot halen betekent '(opnieuw) beginnen over iets (vervelends) wat vroeger is voorgevallen', 'bijna-vergeten, vaak vervelende gebeurtenissen oprakelen'. Het gaat in deze zegswijze oorspronkelijk om het opvissen van kadavers van verdronken koeien.