Decharge is een (schriftelijke) uitspraak waarin de aandeelhouders bevestigen dat het bestuur zijn taak dit jaar naar behoren heeft uitgevoerd en zij de bestuurders ontlasten van hun aansprakelijkheid voor het gevoerde beleid.
Decharge wordt vaak omschreven als de ontheffing van de aansprakelijkheid van bestuurders voor het door hen gevoerde beleid. Na het verlenen van decharge kan een bestuurder namelijk niet langer aangesproken worden voor (rechts)handelingen die hij heeft verricht in de periode waarop de decharge betrekking heeft.
Decharge komt uit het Frans en betekent zoveel als kwijting. Met decharge verlenen wordt het beleid goedgekeurd en wordt de bestuurder van verdere plicht ontheven. Kortom de aansprakelijkheid van een bestuurder voor het gevoerde beleid wordt gekweten. Bijvoorbeeld na het goedkeuren van de jaarstukken.
Bij een vereniging is het de algemene ledenvergadering die decharge verleent.
Decharge van het bestuur is een besluit van de algemene vergadering van de vereniging. In dit besluit word je ontslagen van aansprakelijkheid. In dit besluit is dan opgenomen dat jij jouw bestuurswerk correct hebt achtergelaten en afgerond.
Volgens de wet is de bestuurder van een vennootschap verplicht om zijn taak behoorlijk te vervullen. Wanneer de bestuurder dit niet doet, kan hij persoonlijk aansprakelijk worden gesteld voor de schade die is ontstaan. Dit wordt ook wel bestuurdersaansprakelijkheid genoemd.
Als alle aandeelhouders tevens bestuurder zijn, geldt ondertekening van de jaarrekening door alle bestuurders ook als vaststelling van de jaarrekening. Deze vaststelling leidt automatisch tot decharge van de bestuurders.
Bij een vereniging met beperkte rechtsbevoegdheid, ook wel een informele vereniging genoemd, is de vereniging niet aansprakelijk voor het doen of nalaten van het bestuur. Bij een informele vereniging zijn alle bestuurders hoofdelijk aansprakelijk voor de nakoming van alle schulden van de vereniging.
De kascommissie bestaat uit minimaal twee leden van de VvE en heeft als taak het controleren van de jaarstukken en bijgevoegde notities van het bestuur. Wanneer de kascommissie deze goedkeurt, geeft het een positief advies aan de VvE vergadering, die vervolgens een definitieve goedkeuring kan verlenen.
Hoe krijg je decharge? Om op een juridisch juiste manier decharge te krijgen moet het een officieel punt op de agenda van de ALV zijn. Als je afscheid neemt als bestuurslid kun je daarom het beste zelf vroegtijdig vragen of de voorzitter of secretaris het onderwerp op de agenda van de ALV zet.
Kwijting houdt in dat de bestuurder(s) niet langer verantwoordelijk kan worden gehouden voor hun taken als bestuurder gedurende dat boekjaar. Het vormt eigenlijk een bevestiging dat de bestuurders hun werk naar behoren hebben verricht en dat hen niets te verwijten valt.
Aan de syndicus kan ook kwijting verleend worden. Dit is de beslissing waarbij de vereniging van mede-eigenaars, bijeengekomen in algemene vergadering, het door de syndicus in het verleden gevoerde beleid goedkeurt en hem bevrijdt van aansprakelijkheid voor het gevoerde beleid.
Van Dale omschrijft 'kwijting' als "betaling van schulden" of "afbetaling". Een 'kwitantie' wordt omschreven als een "schriftelijk bewijs van betaling”. Een algemeen gangbare omschrijving van 'kwijting verle- nen' is "een schriftelijke verklaring van een schuldeiser dat de schuldenaar zijn schuld heeft voldaan".
Decharge wordt omschreven als het verlenen van kwijting aan een bestuurder voor het gevoerde beleid. Door decharge te verlenen doet de vennootschap afstand van het vorderingsrecht op een bestuurder.
Raad van commissarissen
Dit heet ook wel een raad van toezicht (rvt). De raad van commissarissen houdt toezicht op het bestuur en het beleid van de organisatie.
Zelf bestuursfunctie opzeggen
Als je jouw bestuursfunctie wilt opzeggen moet je dat schriftelijk doen. Een mailtje is ook voldoende. Dit stuur je aan de andere bestuurders. In het bestuur gaan jullie bespreken hoe jullie een nieuw bestuurslid gaan vinden.
Heeft de vereniging geen raad van commissarissen of is er geen accountant ingeschakeld? Dan is de vereniging verplicht een kascommissie in te stellen. Deze bestaat uit leden van de vereniging en controleert de penningmeester. Winst mag niet onder de leden worden verdeeld.
Als kascommissie moet je alle boeken en bescheiden van de vereniging kunnen bekijken.Denk hierbij aan de financiële administratie en de ledenadministratie, maar ook de notulen van bestuursvergaderingen. Het bestuur is verplicht om deze informatie te verstrekken. Vervolgens kun je beginnen aan de kascontrole.
Ja, verenigingen moeten volgens de wet een voorzitter, secretaris en penningmeester hebben. Maar je kunt in de statuten wel anders bepalen. Bijvoorbeeld een andere of juist geen functieverdeling. Ook kan je de functies combineren.
De algemene ledenvergadering is vaak de baas van de bestuurders van een vereniging. Wanneer de bestuurder in dat geval werk doet en daar een vergoeding voor krijgt, is hij in dienst bij de vereniging.
Enkele voorbeelden van onbehoorlijk bestuur van een vereniging of stichting zijn: Het niet tijdig informeren van de toezichthouders over belangrijke zaken voor de stichting of vereniging. Het niet voldoen aan de gestelde eisen voor subsidie. Verwaarlozen van de boekhouding.
Voorbeelden van bestuurlijke fouten
Of u gaf een toezichthouder niet genoeg informatie. Of een bedrijf heeft financiële schade door uw schuld. Na een fout kunt u een schadeclaim krijgen van bijvoorbeeld de overheid, werknemers of klanten.
Decharge houdt in dat de bestuursverantwoording wordt goedgekeurd en daarmee ook het gevoerde bestuur. Het is mogelijk dat de verantwoording (jaarrekening en jaarverslag) een correct beeld geeft van het gevoerde bestuur en daarom wordt goedgekeurd, maar dat de ledenvergadering het niet eens is met het gevoerde bestuur.
Het dechargeren, kwijten of uitslaan van een persoon is het ontlasten van een persoon van een bepaalde verantwoordelijkheid, zijnde een takenpakket, functie, ambt of verplichtingen in het algemeen.
'12 Decharge, ook wel 'kwijting' genoemd, is geen wettelijk begrip. Het is in de praktijk ontstaan en in de literatuur en door de rechtspraak nader ingevuld. De wet spreekt alleen van kwijting in de art.2:101/210 lid 3 en 2:138/248 lid 6 Burgerlijk Wetboek.