De Internationale Arbeidsorganisatie schat dat meer dan 2 miljard werkenden wereldwijd actief zijn in de informele sector. Onder de informele economie verstaan we het geheel van economische activiteiten, bedrijven, banen en werkenden dat zich afspeelt buiten de wet of bescherming van de overheid.
De informele economie omvat alle werk dat niet geregistreerd is en dat zich onttrekt aan toezicht van de overheid. Er wordt geen belasting over betaald. Het overgrote deel van de armen is voor hun inkomen op deze werkgelegenheid aangewezen.
Wat zijn informele bedrijven? Informele bedrijven zijn niet gereguleerd, hun werknemers zijn niet geregistreerd en ze betalen geen belastingen. Ze zijn niet 'officieel' en worden vaak over het hoofd gezien door de overheid.
De informele sector= het niet officiële deel van de economie ook wel scharreleconomie genoemd. De activiteiten van deze sector komen meestal niet in in statistieken van de overheid terecht. Zoals schoenenpoetsers, kleine bedrijfjes, kleine boeren enz. De formele sector= het officiële deel van de economie.
De informele sector bestaat uit inkomen dat wordt verdiend door ongeregistreerd werk. In arme landen is de informele sector vaak groot. In die landen werken bijvoorbeeld krantenverkopers of schoenenpoetsers op straat om geld te verdienen, zonder dat zij daar belasting over betalen.
Productie in enge zin: De productie in de formele sectoren, oftewel de productie door bedrijven en de overheid. Wanneer je betaald werk doet, werk je in de formele sector. Je hebt dan een arbeidsovereenkomst en je staat geregistreerd bij de belastingdienst.
Formeel betekent dan 'zakelijk, officieel, tot het publieke domein behorend', informeel 'niet-zakelijk, ongedwongen, tot de privésfeer behorend'. Bijvoorbeeld: een formeel gesprek, een informele aanspreking.
De formele organisatie wordt gevormd door de vastgelegde afspraken, functieomschrijvingen, procedures, en dergelijke, de governance. De informele organisatie is de wijze waarop de organisatie daadwerkelijk functioneert.
Er is onderscheid tussen formele groepen (vast omschreven doelen en normen, vastgelegde regels en procedures, bepaalde rollenstructuur en hiërarchie) en informele groepen (stilzwijgende binding zonder vastgelegde doelen en normen, rollenstructuur en hiërarchie).
De economie kan doorgaans worden verdeeld in vier soorten economische sectoren: de primaire sector, secundaire sector, tertiaire sector en quartaire sector.
De informele activiteiten kunnen we kortweg karakteriseren als de cultuur van een organisatie: activiteiten die de eigenheid van de organisatie meer karakteriseren dan welke stapeling van formele activiteiten ook.
– De informele stad is niet illegaal, maar extra-legaal.Zij valt buiten de bestaande regelingen en overheden en bezit als zodanig geen gemeentehuis, politiebureau of postkantoor. – De informele stad en de informele economie zijn blijvend.
De formele sector is het deel van de economie waarvan het verdiende geld gegeven wordt aan de belasting.Dit telt mee in het bnp.De informele sector is het tegenovergestelde hiervan.
De informele sector of scharreleconomie = Het niet-officiële deel van de economie, ook wel scharreleconomie genoemd. De activiteiten van deze sector komen meestal niet in de statistieken van de overheid terecht.
Waarom wordt de informele sector de smeerolie van de stedelijke economie genoemd? Omdat 60% vd bevolking in deze sector hun geld verdient en dit werk de stad voorziet in vervoer, allerlei werk wat ervoor zorgt dat de economie blijft draaien in deze steden.
Informele zorg gaat over alle zorg die niet vanuit een beroep verleend wordt en waar geen loon tegenover staat. Dit gaat over de mantelzorger(s), een actief sociaal netwerk, burgerinitiatieven en vrijwilligers. De zoektocht is steeds hoe deze informele zorgers goed met elkaar én met de formele zorg kunnen samenwerken.
Bij informeel leiderschap denk je misschien aan een leider zonder stropdas. Maar een informeel leider is iemand die leidt zonder formele autoriteit. Deze persoon neemt zelf initiatieven en betrekt anderen daarbij.
Bedrijfscultuur is de verzameling van normen, waarden en verwachtingen binnen een bedrijf. Het gaat dus niet enkel over wat het bedrijf doet, maar ook over hoe dit gedaan wordt. Het zijn dus zowat de ongeschreven regels, die zoveel mogelijk door alle medewerkers van het bedrijf worden gedeeld.
gemoedelijk (bn) : aangenaam, behaaglijk, genoeglijk, gezapig, gezellig, informeel, knus, ongedwongen, vriendelijk. familiair (bn) : amicaal, familiaar, gemeenzaam, informeel, ongedwongen, onvormelijk, vertrouwelijk.
Formele arbeid is bij een werkgever die bekend is bij de kamer van koophandel en bij de belasting en waar ook BTW en premies worden afgedragen. Informele arbeid is niet-geregistreerde arbeid. Daar wordt geen belasting of premies betaald en kan dus goedkoper werken.
Informele zorg omvat alle zorg en ondersteuning waar je niet voor betaalt en die niet door een professional wordt verricht. Het gaat in de eerste plaats om zelfzorg, maar ook mantelzorg, occasionele burenhulp of georganiseerd vrijwilligerswerk zijn vormen van informele zorg.
Formele arbeid is werk dat door de overheid wordt geregistreerd. Onder formele arbeid valt al het werk waarover belasting wordt betaald. Als je in loondienst bent, verricht je formele arbeid. Ook een ondernemer betaalt belasting en verricht formele arbeid.
Werken voor de overheid, betekent midden in de samenleving staan. Voortdurend zijn er maatschappelijke ontwikkelingen die invloed hebben op de inhoud van je werk. Dat maakt een job in public services heel dynamisch. Ook de publieke sector investeert trouwens in zijn werknemers, zodat jij kan blijven groeien.
Secundaire sector: Bedrijven die grondstoffen verwerken tot een eindproduct, zoals de bouw en de metaalindustrie. Beroepen bijv. kraanmachinist, verwarmingstechnicus. Tertiaire sector: Bedrijven die diensten verlenen om winst te maken, zoals de horeca, transportbedrijven, banken en detailhandel.