Rook is de grootste boosdoener. Het is een opstijgend mengsel van gassen, dampen en roetdeeltjes.
U mag dus alleen naar binnen gaan als er géén rook is en u de ruimte volledig kunt overzien. In alle andere gevallen is de situatie te gevaarlijk voor de BHV. Voordat u gaat blussen, moet u weten wat er brandt zodat u het juiste blusmiddel kunt kiezen. Niet alle branden kunnen met dezelfde blusstof worden uitgemaakt.
Gevaar onderschatten
'Rookinhalatietrauma's komen veel voor. Wij waarschuwen daarom altijd: 'Waar rook is, is geen BHV'er', maar het gevaar wordt onderschat. Als een kamer vol staat met rook, moet je nooit naar binnen gaan. Rook zit vol met koolmonoxide en giftige stoffen.
Rook is het zichtbare van de in de lucht zwevende verbrandingsproducten. Witte rook bestaat vooral uit waterdamp, zwarte rook vooral uit roet (materie). Wanneer er brand is waarbij chemische stoffen zijn betrokken, verwacht je dat de rook gevaarlijker is dan bij een gewone brand.
Rook bestaat uit heel veel kleine deeltjes die van een verbrande stof afkomen en door de lucht zweven. Zulke kleine deeltjes noemen wij vaste aerosollen. Deze deeltjes zweven door de lucht, maar ze stijgen ook. Dit komt omdat vuur de lucht verwarmt en warme lucht stijgt.
Veel mensen denken dat rook van een brand met chemische stoffen veel gevaarlijker is dan rook van een gewone brand. Maar alle rook is schadelijk. Ook rook die niet van een brand komt, bevat giftige stoffen, zoals dioxinen.
Alarmeren altijd op eerste plaats
De volgorde is belangrijk, het alarmeren en het voorkomen en beperken van persoonlijk letsel zijn de kerntaken die de bhv'er altijd als eerste zal uitvoeren. Hij moet er dan ook voor zorgen dat hij in staat is om dit te doen.
Sommige stoffen, zoals koolmonoxide en fijn stof, komen bij vrijwel elke brand vrij. Andere stoffen worden voornamelijk gevormd als er specifieke materialen in de brandhaard aanwezig zijn. Voorbeelden zijn zoutzuur en dioxinen bij verbranding van PVC.
Rook is door zijn snelle verspreiding, verduisterend effect en giftigheid de belangrijkste doodsoorzaak bij brand. Feit is dat alle rook giftig is. Naast giftig is rook ook nog onvoorspelbaar en kan het zich potentieel heel snel door de kleinste kieren verspreiden.
De belangrijkste risico's op een rijtje: Hitte. Rook. Explosiegevaar.
“Rook verspreidt zich veel sneller dan brand. Dat kan een veilige ontruiming heel lastig maken. Het zicht raakt belemmerd, en rook kan ook warm en giftig zijn waardoor irritatie aan de huid en ogen ontstaat. Bovendien kan rook op de longen slaan, waardoor mensen minder goed functioneren.”
De gecorrigeerde loopafstand is voor bijna alle gebruiksfuncties vastgesteld op 30 m. Dit hangt samen met het uitgangspunt dat mensen 30 seconden met ingehouden adem en een snelheid van 1 m/s door een ruimte met rook kunnen lopen. Voor een celfunctie is de maximale loopafstand evenals voorheen 22,5 m.
Het punt is dat de rook zwaarder moet zijn dan de omgevingslucht. Als je de rook kouder maakt dan de omgevingslucht, gaat de dichtheid omhoog en wordt een kubieke meter rook dus zwaarder dan een kubieke meter omgevingslucht.
Een CO2-blusser is vooral geschikt voor branden van vloeistoffen en van apparaten die onder spanning staan. Het veroorzaakt geen schade, en laat geen reststoffen achter. Je vindt deze brandblussers dan ook veel bij laboratoria, bij hoogspanningsinstallaties, en op plekken met veel elektronische apparatuur.
Blauwe rook
Blauwe rook heeft, net als zwarte rook, te maken met verbranding van de brandstof. Wanneer niet alleen diesel of benzine wordt verbrand maar er wat smeerolie meekomt wordt de rook blauw. Geen probleem wanneer je dit ziet als je tijdens het rijden je voet van het gaspedaal haalt.
Uit de enquete blijkt ook dat de belangrijkste redenen om te beginnen met roken nieuwsgierigheid, rokers in de sociale omgeving en een positieve verwachting van de smaak zijn. Rokers steken meestal een sigaret op omdat ze er zin in hebben en omdat ze het ontspannend vinden.
De precieze gezondheidsschade door derdehands rook is nog niet bekend. Onderzoekers schatten dat 5 tot 60% van de gezondheidsschade die wordt toegeschreven aan meeroken, in werkelijkheid wordt veroorzaakt door derdehands rook. Ook als iemand alleen maar buiten rookt, kan er toch derdehands rook mee het huis in komen.