Rode lampen om het vliegverkeer te waarschuwen zijn verplicht voor alle windmolens die hoger zijn dan 150 meter. De lampen moeten in principe de hele nacht aanstaan. "Dat kan zorgen voor overlast bij omwonenden", aldus de provincies en de windmolenbranche.
Hogere windmolens hebben 's nachts rode lampen aan staan. Deze obstakelverlichting is wettelijk verplicht vanwege de veiligheid van het vliegverkeer. Omwonenden ervaren echter soms overlast van deze verlichting.
Normaal gesproken staan de lampjes constant preventief te knipperen, om te voorkomen dat laagvliegende vliegtuigen of helikopters de windmolens over het hoofd zien en er tegenaan vliegen. Bij Windpark Krammer kunnen die lichtjes uit.
Daarnaast staat een windturbine af en toe stil om hinder van slagschaduw in de omgeving te beperken. Slagschaduw is de schaduw die wordt veroorzaakt door de wieken van een windmolen. De bewegende schaduw kunnen voor omwonende hinderlijk zijn wanneer de schaduw over ramen/woningen gaat.
Harde wind brengt ongeluk
Hierbij kantelen de kop en de wieken zodat de wind alleen tegen de scherpe zijde van de wieken waait. Van de voorkant lijken ze dan dunnere wieken te hebben. Daardoor vangt de windmolen bijna geen wind meer en komen de wieken tot stilstand, rustig wachtend op een aangenamer briesje.
Windmolens draaien gemiddeld circa 80% van de tijd. Ze staan stil tijdens een storing of onderhoud (3% van de tijd, dit is minder dan de helft van een kolencentrale of gascentrale en vergelijkbaar met bijvoorbeeld een auto). Onderhoud wordt bij voorkeur gepleegd op windstille momenten om productieverlies te voorkomen.
Als het juist heel hard waait, meer dan 25 m/sec (windkracht 10), worden de turbines vanwege veiligheidsredenen stilgezet. In het geval dat slagschaduw valt op de ramen van nabije woningen worden de molens automatisch stilgezet zodra ze de afgesproken norm voor slagschaduw overschrijden.
In 3 tot 6 maanden draaien wekt een windturbine evenveel energie op als er nodig is voor de bouw, het onderhoud en de afbraak. Een windmolen gaat zo'n 20 jaar mee.
De gemiddelde economische terugverdientijd van een windturbine op land is minder dan 8 jaar en op zee korter dan 12 jaar. Factoren die de terugverdientijd verkorten: Grotere afmetingen en hoogte van een windturbine wat i.h.a. resulteert in een hogere opbrengst.
Duurzame energiebronnen
Het aandeel zonne-energie was bijna 10%. Dat er zoveel meer duurzame energie van wind afkomstig is, heeft onder andere te maken met het vermogen van een windturbine. Zo levert een moderne windturbine aan de Nederlandse kust jaarlijks ongeveer net zoveel stroom op als 36.000 zonnepanelen.
De energieopbrengst van windmolens op land onbetrouwbaar is, omdat het niet altijd voldoende waait. Windmolens leveren met weinig wind betrekkelijk weinig energie op. Windmolens vervuilen het beeld van de horizon en kunnen geluidsoverlast veroorzaken. Het bouwen en afbreken van windmolens kost ook energie.
De rotor: het puntje van de windturbine
De wieken draaien door de wind. Als de wieken draaien, draait de rotor. Deze beweging wordt omgezet in schone elektriciteit.
Financieel gezien kost een windmolen 3 miljoen + € 363.000 per jaar. Daarvoor moet een windmolen minimaal 15 jaar draaien om zichzelf (fabriceren, plaatsen, onderhouden en slopen) terug te verdienen.
Voor de plaatsing van één windmolen kan een ondernemer rekenen op een vergoeding van 40.000 – 50.000 euro per jaar. Ook een zonneweide brengt aardig wat in het laatje. De bijverdienste is volgens de fiscalist niet zonder risico.
Duurzame energie wordt wereldwijd jaarlijks met zo'n $ 121 miljard subsidie gesteund, volgens het Internationaal Energie Agentschap (IEA). In Nederland wordt een deel van de daadwerkelijke kostprijs voor windenergie betaald door de Subsidie Duurzame Energie (SDE+).
Het basis salaris van het werken aan land en op zee komen nog redelijk overeen. Zo verdien je bij beiden (bruto) tussen de € 2.600,- (junior) tot € 3.600,- (ervaren) euro per maand. Afhankelijk of je veel overuren draait of vaak een weekend (consignatiedienst) extra draait kan dit salaris nog wat hoger uitvallen.
Uitschakelen gaat door het 90 graden verdraaien (pitchen) van de wieken waardoor deze dwars op de wind, in vaanstand, komen te staan en de molen daardoor vanzelf stil gaat staan.
Dat zit 'm vooral in de productie: een standaard 3 mW windturbine op land bevat 300 ton staal en ijzer, naast ruim 8 ton aan andere metalen. De fundering vraagt 900 ton beton.
Om de 26 windmolens op het land te funderen is 45 kilometer betonnen heipaal nodig. Per windmolen 66 palen van 23 tot 30 meter lengte en 500 mm vierkant om één windmolen met een maximale rotorhoogte van 198 meter hoogte te kunnen funderen.
Dit komt omdat windturbines op zee gecompliceerder zijn om te bouwen. De fundering en plaatsing van een dergelijke molen is niet eenvoudig. Dicht langs de kust hebben we te maken met vogeltrekroutes. Verderop in zee kun je er lastig bijkomen.
Sommige mensen hebben meer last van geluid van windmolens dan andere mensen. Of je last hebt van geluid hangt af van de sterkte en het soort geluid. Maar het verschilt ook van persoon tot persoon.
Een zonnepaneel van 250 W levert jaarlijks gemiddeld 250 kWh aan stroom. Om dus aan dezelfde hoeveelheid stroom te komen als een windmolen van 3 MW, moeten er 28.000 zonnepanelen worden geplaatst. Hoewel zonnepanelen naar verhouding minder stroom leveren dan windmolens, hoeft het één het ander niet uit te sluiten.
Nederland heeft relatief weinig zonuren (zonne-energie), nauwelijks hoogteverschillen (waterkracht) en minder ruimte voor windmolens (windenergie).
Dat maakt het aantrekkelijk voor boerenbedrijven. De EAZ-Twaalf wekt per jaar ongeveer 35.000 kWh op bij een windsnelheid van 5m/s. De kosten van een molen bedragen zo'n 50.000 euro, een bedrag dat in zeven tot tien jaar terugverdiend wordt.