Het bombardement was de reactie van de Duitse invallers op het verzet van de Nederlandse troepen (vooral bij de Afsluitdijk, op de Grebbeberg en aan de Moerdijkbruggen), waardoor de Duitse opmars werd vertraagd.
Anders dan Rotterdam of Arnhem is Amsterdam de oorlog betrekkelijk ongeschonden doorgekomen. De stad werd slechts een paar keer gebombardeerd. Wel is er in die vijf jaren weinig gebouwd, en was er van de infrastructuur in mei 1945 echter nauwelijks iets over. Er was geen gas, geen licht, geen voedsel.
Het besluit om Rotterdam te bombarderen kwam van de hoge Duitse legerleiding, onder druk van opperbevelhebber van de Luftwaffe, Hermann Göring. Generaal Schmidt kreeg de opdracht het verzet in Rotterdam met alle middelen te breken.
Tussen 13.27 uur en circa 13.40 uur vindt het grote oppervlaktebombardement op Rotterdam-Centrum, Kralingen en Rotterdam-Noord plaats. De afgeworpen lading verwoest meer dan 30.000 woningen en panden. In totaal komen als gevolg van dit bombardement 800 tot 900 mensen om.
Door gebrek aan bouwmaterialen tijdens de oorlog is weinig van dit plan gerealiseerd. Alleen de scheepvaartverbinding tussen Rotte en Leuvehaven kwam gereed. Op het plan van Witteveen kwam kritiek dat het plan te zeer gericht was op herstel en te weinig vernieuwend was.
In de stad van voor de oorlog was het altijd sneller om in plaats van paard en wagen van de ene wal naar de andere wal te sturen met een boot. Er kon ook veel meer. Passagiersschepen, stoomschepen, duwboten, loodsboten, zeilschepen en avontuurlijke pieremachochels. De haven van Rotterdam lag er vol mee.
De Duitsers hebben als doel Frankrijk te verslaan. Via Nederland en België willen ze de Franse verdedigingslinie aan de oostgrens omzeilen. Door Nederland te bezetten kunnen de nazi's bovendien voorkomen dat Engeland een uitvalsbasis op het Europese vasteland opzet.
Een dag na het bombardement, op 15 mei 1940, tekent tekent generaal Winkelman in een schoolgebouw in Rijsoord de capitulatie van Nederland. De stad brandt nog dagenlang. Zeker 800 mensen komen om en 80.000 Rotterdammers worden dakloos. De bommen en de branden daarna verwoesten 25.000 woningen en 11.000 andere panden.
De strijd om Nederland duurt al vier dagen en dat is veel langer dan verwacht. Van hogerhand wordt bepaald dat Rotterdam hoe dan ook veroverd moet worden, vanwege de strategische haven. Het Duitse leger stelt daarom een ultimatum: als Nederland zich niet op tijd overgeeft, wordt Rotterdam gebombardeerd.
De chaos in de, op dat moment, grootste havenstad van de wereld is compleet, in plaats van de haven te verwoesten kozen de Duitsers ervoor dichtbevolkte delen van de havenstad plat te gooien.
Tot aan de bevrijding vielen er 1029 burgerdoden in de regio Rotterdam door 'friendly fire'. Tussen 1940 en 1945 werden er door geallieerde luchtmachten meer dan 7300 brisantbommen en 42.000 brandbommen afgeworpen op de havenstad. Dat gebeurde op 250 verschillende dagen en nachten.
280.000 Nederlandse soldaten opgeroepen
Tijdens de mobilisatie van 1939 en in de Meidagen van 1940 waren 280.000 beroeps- en dienstplichtige militairen onder de wapenen. 6.000 van hen raakten gewond. En meer dan 2.300 kwamen om op het slagveld tussen 10 en 17 mei 1940, of zij overleden later aan hun verwondingen.
Het kleine Nederlandse leger werd volkomen onder de voet gelopen door de Wehrmacht en het moest zich na vijf dagen vechten, op 14 mei, overgeven na het Bombardement op Rotterdam. Zeeland capituleerde pas op 18 mei, na het Bombardement op Middelburg.
In Rotterdam woonden in 1940 (inclusief de in 1941 geannexeerde gebieden) 620.000 inwoners dus zo'n 2,1 % van de Rotterdamse bevolking was van Joodse afkomst.
Hoe gewoon is het dat we de Jodenvervolging in Rotterdam herdenken? De Jodenvervolging in Rotterdam tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft grote littekens achtergelaten. Na het bombardement van 14 mei 1940 zijn er nog ongeveer 12.000 Joden in Rotterdam.
In 1939 breekt de Tweede Wereldoorlog uit met de Duitse inval in Polen. Op 10 mei 1940 vallen Duitse troepen Nederland binnen. Binnen 5 dagen is de strijd afgelopen. De Nederlandse regering gaat in ballingschap en vestigt zich in Londen.
Wederopbouw is het begrip dat gebruikt wordt voor de herbouw van Nederland na de verwoestingen van de Tweede Wereldoorlog. In de architectuur en stedenbouw betreft het vooral de periode van 1945 tot ongeveer 1968. Rotterdam is dé Wederopbouwstad van Nederland.
Er zijn op dit moment geen aanwijzingen voor specifieke dreigingen voor Nederland, maar de ontwikkelingen in het conflict volgen elkaar snel op. Dat maakt dat het dreigingsbeeld snel kan veranderen.
Op 28 juni 1914 werd de troonopvolger van Oostenrijk-Hongarije, de prins Frans Ferdinand, doodgeschoten in Sarajevo, Bosnië en Herzegovina. De dader heette Gavrilo Princip en was een aanhanger van een Servische nationalistische beweging. Deze gebeurtenis wordt als aanleiding van de Eerste Wereldoorlog gezien.
Op 10 mei 1940 begon voor Nederland de Tweede Wereldoorlog met de inval van het Duitse leger. Nederland had tot die tijd de neutraliteitspolitiek bedreven. Door geen partij te kiezen voor een van de oorlogvoerende partijen hoopte Nederland, net als tijdens de Eerste Wereldoorlog, buiten het strijdgewoel te blijven.
De stad Rotterdam ontstond rond het jaar 1000 met een paar boerderijen langs de Rotte. In de 15e eeuw was het al uitgegroeid tot een echte stad. Om te laten zien hoe Rotterdam er in die tijd uitzag, hebben archeologen met hulp van studenten van het Grafisch Lyceum een aantal animatiefilms gemaakt.
De Rotterdamse hoek in Creil (Flevoland) dankt zijn naam aan de aanvoer van puin van het bombardement op Rotterdam op 14 mei 1940. Op 14 mei is het centrum van Rotterdam gebombardeerd door de Duitsers. Niets bleef meer overeind staan.
De wederopbouwperiode begon al in de Tweede Wereldoorlog, kort na de Duitse inval en duurde tot 1965. Oorlogsschade werd hersteld en om te voldoen aan de groeiende vraag naar woonruimte verrezen in hoog tempo nieuwe, moderne woonwijken.