Ridders waren er vooral om oorlog te voeren. Ze voerde ook oorlog in de omgeving van Jeruzalem. De paus stuurde ridders om dit gebied te veroveren. Ridders moesten lange reizen maken om bij Jeruzalem te komen.
Ridders ontstonden in de vroege middeleeuwen. Door de opkomst van het feodalisme (leenstelsel), was er ruimte voor een klasse (adel) die zijn kracht haalde uit militaire macht. Door de komst van de lans en speer, werd de cavalerie (leger ter paard) steeds belangrijker.
Je bent pas echt ridder als je de ridderslag krijgt van een koning of een hertog of graaf. jaar, dus op je veertiende kan je schildknaap worden. Ben je 21 jaar dan word je pas ridder als jij jouw opleiding hebt voltooid en ook een ware ridder blijkt te zijn.
In vredestijd had een ridder de plicht belastingen te innen voor de koning, wegen en bruggen te repareren en lokaal de orde te handhaven. De belangrijkste taak was echter de koning en het land te dienen in de strijd. Iemand die tot ridder was geslagen, moest elk moment bereid zijn zich in het harnas te steken.
Een ridder (een woord afgeleid van "rijder" als leenvertaling van het Oudfranse "chevalier") was in de middeleeuwen een bereden en bepantserde soldaat (ruiter).
In het eerste geval heeft ieder mannelijk lid van de betreffende adellijke familie recht op de titel. In het tweede geval wordt de titel vererfd in Salische lijn. Dat wil zeggen dat de oudste mannelijke afstammeling van de eerste drager van de titel zich ridder mag noemen.
In de middeleeuwen waren de ridders altijd mannen van adel. Dat kwam doordat je rijk genoeg moest zijn om zelf je uitrusting te kunnen betalen en doorgaans beschikten alleen de edelen over genoeg geld. In de vroege middeleeuwen waren ridders vooral mannen van lage adel.
Een echte ridder moest sowieso het verschil tussen mijn en dijn kennen. 'De lepels waarmee wordt gegeten, mag je niet meenemen. ' Ook mocht een waardige ridder nooit eten wanneer anderen dronken noch met volle mond praten of drinken.
Er bestonden wel degelijk vrouwelijke ridders, zoals de Engels Petronilla de Grandesmill (12e eeuw). In Europa is Jeanne d'Arc (15e eeuw) wellicht de bekendste vrouwelijke held. Ze speelde een beslissende rol in de Honderdjarige oorlog tussen Engeland en Frankrijk, en geldt als nationale trots van Frankrijk.
Hun speciale wapenuitrusting kostte erg veel geld. En om dat geld te verdienen, boden ridders zich aan bij graven en prinsen, en vochten mee in hun legers. In ruil voor dat meevechten konden de ridders geld lenen van hun heer. Van dit geld kochten ze een groot stuk land, en dat lieten ze bewerken door boeren.
De beroemdste ridder
Eduard van Woodstock, de Zwarte Prins, was een uitstekend tacticus. Op zijn 16e behaalde hij twee overwinningen in de Honderdjarige Oorlog met minder mannen dan de vijand.
Dit klassieke middeleeuwse slagwapen duikt op in de 14e eeuw, vooral in Duitsland, waar het de Morgenstern ging heten. Er was een primitieve variant, een knuppel met spijkers die door opstandige boeren werd gebruikt, maar oorspronkelijk werd de morgenster door gespecialiseerde wapensmeden ontwikkeld.
Koning Artur en zijn Ridders van de Ronde Tafel zijn vandaag misschien wel de meest bekende middeleeuwse literaire personages.
Wetenschappers hebben ontdekt dat ridders uit de vijftiende eeuw enorm gehinderd werden door hun harnas. De harnassen uit die tijd wogen zo'n dertig tot vijftig kilo. Wetenschappers vroegen zich af welke invloed het harnas op de prestaties van de ridder hadden en probeerden het uit.
In de loop van de Late Middeleeuwen verminderde het belang van de ridders op het slagveld door militaire veranderingen. Een van die veranderingen is de ontwikkeling van de kruisboog en longbow.
Een ridderslag of accolade is het verlenen door een (adellijk) heer van de ridderlijke waardigheid door middel van het leggen van diens zwaard op beide schouders van een persoon.
Dame Shirley Bassey (1254 ptn, geridderd op 19 juli 2000)
Shirley Bassey was in 2000 de eerste popzangeres die de ridderorde ontving. Omdat vrouwen volgens het Britse onderscheidingensysteem geen 'knight' kunnen worden, worden ze benoemd tot dame en krijgen ze ook die aanspreektitel mee.
2.828 Nederlanders zijn vandaag koninklijk onderscheiden voor hun bijdrage aan de samenleving. Onder hen zijn 998 vrouwen en 1830 mannen. Nederland is sinds vandaag 18 Ridders in de Orde van de Nederlandse Leeuw rijker. Daarnaast zijn 49 Officieren, 325 Ridders en 2.436 Leden in de Orde van Oranje-Nassau benoemd.
In welke tijd leefden de ridders? De ridders leefden in de tijd van de monniken en ridders (500-1000) en de tijd van steden en staten (1000-1500). In de tijd van de monniken en ridders bestonden er grote verschillen tussen de groepen en standen. Bij de geboorte was al bepaald tot welke groep je behoorde.
Naast vlees en vis, waren brood en bier in de middeleeuwen het voornaamste eten. Men kende erwten, bonen, wortelen en knollen, maar berichten daarover zijn schaars.
We onderscheiden over het algemeen drie standen: de geestelijkheid, de adel en de boeren en burgers. Onder de geestelijkheid rekenen we de mensen die in de kerk werkten, zoals monniken, priesters, bisschoppen en nonnen. Er was een constante strijd tussen de geestelijkheid en de adel om de macht.
De middeleeuwse samenleving was ingedeeld in standen. Bovenaan stond de koning of keizer met daaronder de geestelijken. Daarna de edelen (graven, hertogen en ridders) en onderaan de boeren en burgers. Rond 800 behoorde Nederland tot het Frankische rijk, met Karel de Grote als koning.
Het ontstaan van de adel
In ruil voor hun steun en veel geld aan de leenheer waren zij vaak in staat om hun leen erfelijk te maken. Op die manier hadden zij voor hun familie speciale privileges (voorrechten) gekregen die nog eeuwenlang zouden gelden.