De nekspieren van pasgeboren baby's moeten zich nog ontwikkelen. Als je baby net geboren is, kan hij zijn hoofd nog niet zelfstandig optillen. Daarom is het belangrijk om het hoofd van je baby in het begin goed te ondersteunen. Daarna kan je baby zijn hoofd even optillen.
Vanaf 6 à 8 weken begint de baby zijn hoofd ook op te tillen als hij op zijn rug ligt. In het begin kan dat nog heel wiebelig zijn, en pas bij 6 maanden zal hij zijn hoofd zelf goed en stil kunnen rechthouden. Het ondersteunen van het hoofd van je baby is vooral de eerste drie maanden echt belangrijk.
Het is daarom heel belangrijk het hoofdje steeds goed te ondersteunen. Doe je dat niet of schud je de baby hard door elkaar, dan kunnen kleine bloedvaatjes in de hersenen scheuren door de beweging met alle gevolgen vandien zoals blindheid, doofheid, stuipen, leermoeilijkeheden, hersenbeschadiging of zelfs de dood.
Probeer uw kindje niet met twee handen onder de oksels op te pakken, hierbij kan het kindje gemakkelijk overstrekken. U kunt het kindje beter oppakken door één hand op de buik van de baby te leggen en het kindje op die hand te draaien.
Je kunt zijn hoofdje tegen je schouder leggen en hem onder zijn billen vasthouden en met je andere hand zijn hoofdje ondersteunen. Je kunt hem ook in de ronding van je arm leggen. Hij leunt dan met zijn hoofdje op je bovenarm en met de billen op je onderarm. Met je andere hand houd je zijn buikje vast.
Buikligging en zijligging
Leg je baby niet op zijn zij. Met deze houding is het risico op wiegendood groter. Ook ontstaat na enkele weken de kans dat je baby op zijn buik rolt. Bij de ene baby gebeurt dit wat eerder dan bij de andere.
Is het alleen wat gepruttel, dan kun je het even aankijken. Als het echt huilen wordt, probeer je baby dan in bed te troosten met wat aaien en door er naast te zitten. Werkt dat niet en gaat je baby harder huilen? Pak je kind dan op om het te troosten en leg het weer neer als het helemaal gekalmeerd is.
Een baby is voor honderd procent afhankelijk van de zorg van anderen en kan nog niets zelf. Je jonge baby is dus nog helemaal afhankelijk van jou en je kan hem dus niet verwennen. Laat het goedbedoelde advies van je kraambezoek dus maar voorbij vliegen. Als hij huilt, is er iets met hem aan de hand.
Ze houden hierbij hun hoofd al goed in balans. Rond 6 maanden vinden heel wat baby's het leuk om vanuit rugligging met de handen overeind te worden getrokken. Je kind zal zijn of haar hoofd zelf rechtop houden, zijn of haar rug krommen en zelf flink meetrekken.
Kinderen kunnen allerlei symptomen krijgen als gevolg van het hersenletsel, bijvoorbeeld verminderde eetlust, overgeven, moeite met ademhalen of slikken, verminderd bewustzijn of zelfs een coma, epileptische aanvallen, verlaagde spierspanning of slapheid.
De gevolgen van overstrekken kunnen vervelend zijn voor zowel de baby als voor de ouders. Een kindje die zich af en toe overstrekt tijdens het huilen, hoeft geen reden tot zorgen te zijn. Als het je kindje echter erg vaak overkomt, kan hij gaan achterlopen in zijn motorische ontwikkeling.
Als je baby voortdurend de rugspieren aanspant en het hoofdje achterover drukt, overstrekt de baby zich. Het lijfje is dan voortdurend strak en gespannen, wat een naar gevoel geeft. Daardoor huilt een baby die zich overstrekt vaak meer dan normaal.
De zwaarste baby's worden geboren in mei
De zwaarste baby's worden namelijk in de maand mei geboren. Ze wegen zo'n 200 gram meer. Gemiddeld wegen baby's bij de geboorte rond de 3500 gram, al wordt er van een normaal geboortegewicht gesproken als een baby 2500 tot 4000 gram is.
De meest opvallende symptomen van het KISS-syndroom bij baby's zijn duidelijke voorkeurshoudingen en een scheve stand van het hoofd. Andere symptomen zijn: Scheef ruggetje. Asymmetrisch bewegen van armen en benen.
Het helpt bij het ontwikkelen van de motorische vaardigheden en fijne motoriek. Het is een aanloopje naar andere fysieke vaardigheden zoals omrollen zitten en kruipen. Door regelmatig op het buikje te liggen wordt een afgeplat hoofdje voorkomen. Het helpt je baby meer controle te krijgen over het hoofdje.
1 maand oud: 2 of 3 keer per dag een oefening van 1 tot 5 minuten per keer. 2 maanden oud: toewerken naar 20 tot 30 minuten per dag verspreid over verschillende sessies. 3 maanden oud: 45 tot 60 minuten per dag. 4 maanden oud: 80 tot 90 minuten per dag.
Signalen van oververmoeidheid bij baby:
Vreemd genoeg zijn oververmoeide baby's vaak overactief: ze maaien met armpjes en beentjes en ze lijken om steeds meer aandacht en prikkels te vragen: als je met ze rondloopt kijken ze geïnteresseerd rond en stopt het huilen.
Leg uw kind op zijn rechterzij en til hem in deze houding langzaam op. Hierdoor zal uw kind het hoofdje naar links mee omhoog nemen. Laat uw kind rechtop zitten en beweeg het lijfje naar rechts. Om de ogen horizontaal te laten komen zal uw kind het hoofdje naar links proberen op te tillen.
Verwennen kan ook te maken hebben met aandacht geven. Bijvoorbeeld als je kind steeds wil dat jij hem meer verhaaltjes voorleest en je hier aan toe geeft. Een beetje verwennerij op z'n tijd kan geen kwaad, maar doe je dit te vaak en te veel dan kan je kind verwend raken en beloon je eigenlijk verkeerd gedrag.
Baby's hebben een aangeboren behoefte aan lichamelijke intimiteit. Die hunkering naar aanraking heet bij baby's tot ongeveer zeven weken huidhonger. Vandaar dat heel wat baby's vlak na de geboorte op je blote huid worden gelegd. Ze genieten heel erg van knuffelen.
Kinderen die gaan huilen als ze in bed worden gelegd zijn meestal kinderen die niet gewend zijn om uit zichzelf in slaap te vallen. Het kortdurende huilen hoort voor hen bij het gewennen aan het zelf in slaap vallen.
Je kunt je baby een paar minuutjes laten huilen, in de hoop dat de baby zichzelf in slaap 'jengelt', maar als de baby na een paar minuten nog niet slaapt, ga dan naar je baby toe om hem te troosten.
Maar als je baby regelmatig overdag weigert te slapen, of juist steeds 's nachts wakker wordt, dan kan dit leiden tot een verstoord slaappatroon. Signalen van zo'n verstoord slaappatroon uiten zich in veel huilen waarbij de baby niet neergelegd wil worden en het alleen in jouw armen slaapt.