De visueel analoge schaal (VAS) is een lijnstuk van 10 cm lengte waarop men een subjectief gevoel of een mening kan uitdrukken op een continuüm. De VAS schaal is het meest bekend in pijnonderzoek, waar de patiënt aanduidt op het lijnstuk hoeveel pijn hij ervaart.
De NRS-score (Numeric Rating Scale), soms ook wel VAS-score (Visuele Analoge Schaal) genoemd, is een meetinstrument om pijn te scoren. De NRS is een schaal van 0 – 10.
De VAS en de NRS worden geregeld met elkaar verward. Bij de VAS markeert de patiënt zelf op een lijn van 10 cm hoe intens de pijn is. Bij de NRS geeft de patiënt zonder visueel hulpmiddel aan hoe intens de pijn is, waarbij een score van 0 staat voor 'geen pijn' en een score van 10 voor 'de ergst denkbare pijn'.
Waarom een pijnscore
Het is belangrijk dat uw pijn goed behandeld wordt. De pijnscore is een manier waarmee de arts of verpleegkundige met u in gesprek kan gaan, om te evalueren hoe het gaat met de pijnklachten en wat het effect van een behandeling is.
Een pijnscore onder de 4 wordt beschouwd als acceptabele pijn; pijn die te doen is. Een score boven de 4 betekent dat u waarschijnlijk extra pijnstillers nodig heeft. Heeft u op meerdere plaatsen pijn ? Gaat u dan uit van de pijn die u als ergste ervaart.
Pijnmeting. Om te komen tot vroege herkenning en behandeling van pijn gedurende de ziekenhuisopname, wordt geadviseerd bij elke patiënt 3 keer per dag de pijn te meten om zodoende ook acute pijn en fluctuaties gedurende dag inzichtelijk te krijgen (vaak verergerd pijn gedurende de dag).
Inleiding Pijnmeetinstrumenten zijn een hulpmiddel bij het bepalen van de pijnintensiteit en tevens nuttig om de effectiviteit van de pijnbestrijding (farmacologisch of non-farmacologisch) te bepalen. Bij pasgeborenen en jonge kinderen is het desondanks moeilijk om onderscheid te maken tussen pijn of onrust/angst.
Pijnanamnese (volwassenen)
De pijnanamnese is een handig en goed hulpmiddel om pijn en de problemen daarom heen in kaart te brengen. Het is een verpleegkundig meetinstrument. In korte tijd krijgt u veel informatie over de pijn van uw cliënt/patiënt.
Een veelgebruikt en betrouwbaar middel om de pijn te meten bij volwassenen is de Visual Analoge Scale (VAS) en de Numeric Rating Scale (NRS).
Op dit moment bestaat er in de medische wereld nog geen objectieve methode om pijn te meten. Meestal moeten patiënten zelf aangeven in welke mate ze fysiek ongemak ervaren door de pijn te beoordelen op een schaal van één tot tien.
De Pain Assessment Checklist for Seniors with Severe Dementia (PACSLAC-D) bestaat uit 24 items. De items zijn geclusterd in drie categorieën: gelaat, verzet/afweer en sociaal/emotioneel. Als een item aanwezig is tijdens de observatie, dan wordt deze gescoord.
Pijn die er ineens is, heeft vaak een duidelijke oorzaak: iets in uw lichaam is beschadigd of werkt niet zoals het hoort. De zenuwen in het beschadigde lichaamsdeel geven een seintje naar uw hersenen en u voelt pijn. We noemen dit acute pijn.
De Barthel-schaal meet het fysieke functioneren aan de hand van 10 activiteiten: eten, zich verplaatsen van bed naar stoel en terug, persoonlijke verzorging (gezicht, haar, tanden, scheren), gebruik van het toilet, baden, stappen op een vlakke ondergrond, trappen op- en aflopen, aan- en uitkleden, stoelgang maken en ...
Het doel van de Nortonschaal is het beoordelen van het risico voor het ontwikkeling van decubitus. Zij bestaat uit 5 items die betrekking hebben op de algemeen lichamelijke toestand, de geestelijke toestand, activiteit, mobiliteit en incontinentie.
Signalen van pijn zijn meestal zichtbaar in gezichtsuitdrukking, gedrag en stemming van je naaste. Deze zeggen misschien wel net zoveel als woorden. Een lijst die je kunt gebruiken om pijn te herkennen is de Pain Assessment in Impaired Cognition (PAIC 15). Deze wordt veel gebruikt in de zorg.
PAIC 15 helpt de zorgverlener bij het herkennen van vijftien signalen van pijn, verdeeld over drie categorieën: gezichtsuitdrukkingen, lichaamsbewegingen en stemgeluiden. Bij elk pijnsignaal staat een korte omschrijving.
De Lastmeter is een korte vragenlijst. U geeft aan hoe het met u gaat en welke problemen u mogelijk heeft op lichamelijk, emotioneel, sociaal, praktisch en spiritueel gebied.
Het is van belang dat pijn tijdig erkend en herkend wordt, zeker bij kwetsbare groepen zoals ouderen. Deze ouderen hebben een groot risico op pijn, vanwege het feit dat ze vaak meerdere aandoeningen hebben, maar ook omdat het zenuwstelsel veroudert.
Hulpmiddel om metingen of waarnemingen te doen, bijvoorbeeld thermometer of vragenlijst.
Om pijn te meten wordt er gebruik gemaakt van een gezichtjesschaal. Het eerste gezichtje kijkt vrolijk, het laatste gezichtje huilt hard (veel pijn). Het kind wijst aan met welk gezichtje zijn/haar pijn overeenkomt. We gebruiken voor deze kinderen de VAS score.
Nociceptieve pijn ontstaat door schade aan weefsel, bijvoorbeeld bij een wond of ontsteking. Deze pijn noemen we ook wel weefselpijn. Bij schade aan het weefsel komen er stoffen vrij die kleine nociceptoren (pijnzenuwvezels) prikkelen. Deze pijnzenuwvezels geven een sein aan de hersenen waardoor we pijn ervaren.
De pijnladder is een stappenplan voor de medicamenteuze behandeling van pijn. Het is oorspronkelijk ontwikkeld door de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) voor het behandelen van pijn bij kanker. Dit behandelschema wordt tegenwoordig bij de behandeling van alle nociceptieve pijn gevolgd.
Indeling fases van dementie
Een andere veel gebruikte indeling is de omschrijving van de vier fases van ik-beleving bij dementie; de bedreigde ik of cognitieve fase; de verdwaalde ik of emotionele fase; de verborgen ik of psychomotore fase; de verzonken ik of zintuiglijke ervaring.