Je kan stucplaten ook in de lengterichting op de rachels schroeven; dan zie je minder effect van eventuele oneffenheden en kan (moet) je de plaatranden wel vastschroeven. Maar dan is een rachel van 50 x 22 wel handiger: minder dicht schroeven langs de rand v.d. plaat.
Zorg ervoor dat de kopse kanten van de stucplaten passend tegen elkaar aansluiten. Wanneer de kopse kanten niet goed aansluiten, dan bestaat het risico dat de open gipskern van de stucplaat te snel en ongelijkmatig water onttrekt aan de aangebrachte stuclaag. Hierdoor kunnen scheuren ontstaan.
Men snijdt de stucplaten steeds 1cm korter dan de afstand tussen de vloer en het plafond. Vervolgens brengt men de plaat op het frame aan, waarbij 1cm afstand tussen de plaat en de vloer wordt bewaard. De plaat wordt eerst goed bevestigd vooraleer men een volgende plaat aanbrengt.
Bevestig de stucplaten met gipsplaatschroeven van minimaal 25 mm lang bij metalen regelwerk en minimaal 35 mm lang bij houten regelwerk. Gebruik per stucplaat met een breedte van 400 mm minimaal 4 schroeven. Gebruik per stucplaat met een breedte van 600 mm minimaal 6 schroeven.
Beide platen hebben dus diverse overeenkomsten. Toch zijn er ook genoeg verschillen te benoemen: De uitstraling van beide platen: stucplaten zijn gemaakt van bruin karton, terwijl het karton van gipsplaten wit of grijs is. De structuur van het karton: stucplaten zijn zo ontworpen dat je er direct op kan stukadoren.
Platen van 9,5mm dikte worden best enkel gebruikt om op de muur te verlijmen met L-gips. Voor (voorzet)wanden is het interessanter met Gyproc® platen van 12,5 mm te werken. Platen van 9,5mm dikte worden best enkel gebruikt om op de muur te verlijmen met L-gips.
Regelwerk stellen met uitvulplaatjes
Het regelwerk bestaat uit vurenhouten latten, welke bevestigd worden aan het plafond of muur. Op deze latten worden later de platen of schrootjes bevestigd. De meest gebruikte maat is 22 x 50 mm, welke zowel horizontaal als verticaal geplaatst worden.
Breng de rachels om de 40 cm (hart-op-hartafstand) haaks op de balklaag aan met snelbouwschroeven 25 mm. De maximale hart-op-hartafstand van de balken bedraagt 60 cm. Laat rondom 1 cm ruimte tussen rachel en muur in verband met het werken van de omringende constructie.
Vul aan de zijkanten van de plaat de schroefgaten en plaatnaden met voegenvuller. Voor de schroefgaten gebruik je een plamuurmes, het vullen van de brede naden gaat het gemakkelijkst met een stucspaan. Werk zorgvuldig en zorg dat de gehele 'verdieping' mooi egaal gevuld is. Haal overtollige voegenvuller direct weg.
Voor het vast maken van de gipsplaten tegen het frame, dient u speciale gipsplaatschroeven te gebruiken. Deze schroeven (meestal zwarte uitvoering) gaan niet roesten en zorgen voor een trillingsvrije / brandwerende verbinding. Daarnaast raden wij aan om een speciaal bitje voor de gipsplaatschroeven aan te schaffen.
De hartafstand tussen de regels moet 30 cm zijn. Als je stucplaten gebruikt houd dan een hartafstand van 40cm aan tussen de regels aan. Controleer regelmatig of de regels op de juiste hoogte zitten. Vul als het nodig is de ruimte tussen regel en plafond op met stukjes hardboard.
Ja! Gipsplaten hebben een sterkte zuigende werking, daarom is het belangrijk de platen voor te strijken en dan pas te behangen, verven of stuccen.
Door de combinatie van plaatmaterialen met een verschillende basissamenstelling (hout en gipskarton), kunnen er spanningen en nadelige gevolgen ontstaan. Gyproc® raadt af om een combinatie van een OSB-plaat en een Gyproc® plaat te gebruiken.
Hiervoor worden eerst houten latten op het plafond bevestigd. Dit gaat het makkelijkst als de latten in de breedte van het plafond aangebracht worden (horizontaal). Vervolgens worden de stucplaten in de tegenovergestelde richting (verticaal) op de latten geschroefd.
Bij het aanbrengen van pleisterlaag moet u het materiaal niet proberen te besparen of er mee overdrijven. Daarom is aangenomen dat de minimale dikte van binnenpleister 5 mm bedraagt - gips met de hand aangebracht en 8 mm – gips machinaal aangebracht.
U kunt er voor kiezen om de gipsplaten op uw plafond te laten spuiten met spackspuitwerk of traditioneel te laten stukadoren met gips. Een afwerking met spack heeft een structuur en wordt veel in nieuwbouwwoningen gebruikt. Het plafond laten stucen met gips is wat meer werk dan spackspuiten.
Gipsplaten AK zijn gipsplaten met afgeschuinde kanten aan twee of vier zijden van de plaat. Deze afgeschuinde kanten zorgen ervoor dat je de platen naadloos kunt afwerken; voegen en naden zullen dus niet langer zichtbaar zijn.
De minimumafmetingen van het regelwerk zijn 19 x 44 mm, de dikte is mede afhankelijk van de minimale nagel- of schroeflengte die nodig is om de delen te bevestigen. De indringing van de nagel of schroef in het regelwerk dient minimaal 1,5 maal de dikte van het te bevestigen profiel te zijn.
Omdat regelwerk vaak wordt gebruikt op zachte houtsoorten zoals douglas hout, kun je voor het installeren hiervan het beste spaanplaatschroeven verzinkt met torx aandrijving gebruiken. Deze zijn ijzersterk en geschikt voor constructies met een hoge draagkracht.
Kies voor gipsplaten met een dikte van 12,5mm
Gipsplaten met een dikte van 12,5mm zijn het meest geschikt voor de afwerking van een plafond. Deze platen zorgen samen met de metalen onderstructuur voor een stevigere basis ten opzichte van platen die 9,5mm dik zijn.
Het houten frame, ook wel rachelwerk genoemd, geldt als het fundament van de scheidingswand. Hiervoor worden vaak balken van Vurenhout gebruikt. De dikte van de te gebruiken balken is afhankelijk van de dikte van het deurkozijn en de te gebruiken MPF platen en gipsplaten.
Je kan de gipsplaten horizontaal of verticaal bevestigen. De verticale methode is de meest handige en biedt meer stevigheid.
Laagste punt bepalen
Stellen van het regelwerk kan met krijtslaglijnen langs de wanden, touwtjes over het plafondvlak of een laserlijn. De stap daarna is het vaststellen van het laagste punt. Dat dient als uitgangspunt voor het gehele regelwerk.