Zo kunt u een kolfbeurt “inhalen”. Kolven in de nacht. 's Nachts afkolven heeft als voordeel dat u gebruikt maakt van het hormoon prolactine.Prolactine zorgt voor de aanmaak van melk en die is in de nacht het hoogst.
De eerste tijd is het goed om ook 's nachts te kolven. Probeer maximaal 4 uur tussen de kolfsessie 's nachts aan te houden. Als uw melkproductie goed op gang is en het kolven gaat prima, dan kan er 's nachts 6 uur tussen de kolfsessies zitten en soms langer. Houd hierbij altijd rekening met uw eigen gezondheid.
Kolfschema als de borstvoeding goed op gang is:
Elke drie uur kolven en in de nacht 6 uur ertussen laten is meestal voldoende. Heb je veel melk dan kun je proberen elke 4 uur te kolven en in de nacht max 6 uur ertussen laten.
Om een voorraad moedermelk op te bouwen, kun je het beste kolven na de ochtendvoeding. Dan kun je ongeveer 20 tot 50 cc kolven. Heb je veel en verslikt je baby zich soms de eerste minuten? Dan kun je tijdelijk voor de voeding even wat melk afkolven.
Als ze langer kolft, wordt ze niet beloond met meer melk. Maar een moeder die veel of late toeschietreflexen heeft, moet misschien wel 15 minuten of langer kolven om haar borst goed te legen.
Een keer een voeding uitstellen of overslaan zal meestal niet direct een probleem opleveren. Maar als je dat meerdere voedingen of dagen achter elkaar doet, kan het zijn dat je melkproductie achteruit gaat, waardoor je kind minder vaak bij je wil of kan drinken.
Als de baby aan de borst drinkt, stijgt het vetgehalte geleidelijk en wordt de melk vetter en vetter naarmate de borst leger wordt. De totale hoeveelheid melk – en dus niet alleen de achtermelk – die een baby dagelijks drinkt bepaalt de gewichtstoename van de baby.
Ook wel powerkolven, of powerpumping genoemd. In 2 tot 3 dagen geef je je melkproductie een flinke oppepper zonder dat je daar al te veel moeite voor hoeft te doen.
De zuigkracht is vergelijkbaar met een traditionele borstkolf, maar het grote voordeel is dat je in iedere positie, overal kunt kolven, zonder melk te verliezen uit de pomp. Door het ontwerp kan de melk er wel in maar niet uit druppelen. Zelfs liggend in bed of op de bank kun je prima kolven, volgens Willow.
Binnen een tijdspanne van 3 uur kolf je elke 20 tot 30 minuten een paar minuten. Wek een toeschietreflex op en stop met kolven als de melkstroom afneemt. Herhaal de Clusterkolfsessie elke dag tot de melkproductie toeneemt.
De meeste moeders, met een volledige melkproductie, kunnen zonder dat hun baby aan de borst drinkt, 6 a 8 keer per dag kolven en hun toch hun melkproductie handhaven.
Borsten en tepels komen in verschillende soorten en maten. Een te klein of te groot borstschild kan ervoor zorgen dat kolven pijn doet OF dat je minder melk gaat kolven. Kolven mag geen pijn doen! Bij sommige winkels kan je verschillende kolven proberen onder begeleiding van professionele hulp.
*Neem een kwartiertje rust, masseer de borsten en start opnieuw met kolven. Het kan zijn dat je de borsten om en om (dus een voor een) moet kolven voor de meeste melkopbrengst. Ga CLUSTERKOLVEN (klik). *Kolf de borsten nog na met de hand wanneer je een elektrische kolf hebt gebruikt.
Veel baby's drinken 's nachts ongeveer 20% van de hoeveelheid melk die ze in 24 uur nodig hebben. Maar hoe zit dat dan precies? Je borsten hebben een bepaalde opslagcapaciteit en je melkproductie wordt dus ook over 24 uur verdeeld. De ene moeder heeft een grotere opslagcapaciteit in haar borsten dan de andere moeder.
Bij het avondeten is het belangrijk dat je weer denkt aan voldoende afwisseling in je eten: aardappels/rijst/pasta en dergelijke maar ook variatie in groente en de eiwitbron. Belangrijk is dat je voldoende afwisselt in wat je eet en dat je zorgt dat je voldoende voedingsstoffen binnenkrijgt.
TIPS voor effectiever kolven
Borst (voor)verwarmen – Warmte stimuleert de bloedtoevoer en verwijd de melkkanalen waardoor de melk makkelijker stroomt en er makkelijker meer melk vrijkomt. Maat borstschild – De borstschild op de kolf is verkrijgbaar in verschillende maten. De juiste maat geeft meer melk.
Hoeveel voedingen een baby nodig heeft hangt dus af van het aantal milliliter dat hij per keer drinkt. De borsten hebben voldoende stimulans nodig om voldoende melk aan te maken. De melkproductie hangt van twee soorten stimulans af. Ten eerste telt het aantal keren dat een moeder voedt of kolft, dus de frequentie.
Nicotine, cafeïne en alcohol kunnen een negatief effect op de toeschietreflex hebben. Ook bepaalde medicijnen, drugs, of kruiden kunnen effect hebben op de toeschietreflex en zelfs op je melkproductie.
Een baby moet 20 (7 of 10, of 15) minuten aan elke borst gevoed worden. Niet waar! Belangrijk is dat we het verschil maken tussen 'aan de borst liggen' en 'uit de borst drinken'. Enkele voorbeelden: Een baby die 15 Ã 20 minuten aan een kant effectief drinkt, wil de tweede kant misschien helemaal niet meer.
Je hebt geen speciaal dieet nodig wanneer je borstvoeding geeft, maar wat je eet moet qua voedingswaarde gebalanceerd zijn. Dat betekent voldoende groenten en fruit, alsook volkorenproducten zoals haver, bruine rijst en volkoren graanproducten en -brood.
Je melkproductie verhogen met een borstkolf
Zodra je melk is doorgekomen, kun je met dubbel kolven meer melk in minder tijd afkolven. Deze methode leegt de borsten ook beter, wat de melkproductie eveneens bevordert.
Hij voelt dus heel goed wanneer hij vol zit en geeft dit meestal zelf ook aan. Je kan je dit merken, doordat je baby: Je tepel loslaat. Langzamer gaat drinken, met meer of langere pauzes tussen het slikken.
Het is je misschien wel eens opgevallen dat je melk aan het eind van een voeding wat dikker en witter lijkt. Dit wordt soms wel eens achtermelk genoemd.
Afkolven duurt in principe even lang als voeden. Dubbelzijdig kolven duurt gemiddeld 10 tot 15 minuten. Langer kolven om meer melk te krijgen heeft geen zin. Het kan zelfs de borst en tepels beschadigen.
Pasgeborenen die geen borstvoeding krijgen lopen veel meer risico om ziek te worden of in het ziekenhuis opgenomen te worden. Ze hebben veel meer spijsverteringsproblemen dan borstgevoede baby's. Na vier tot zes weken heb je waarschijnlijk ook de meeste ongemakken van de eerste voedingsperiode achter de rug.