Dit kan te maken hebben met veiligheid van het personeel (bijvoorbeeld bij steek -of schietpartijen) of omdat de politie veel sneller ter plaatse kan zijn en al handelend kan optreden (bijvoorbeeld door het beginnen met reanimeren).
Zodra een melding van reanimatie bij de meldkamer binnenkomt, worden de politie en de brandweer gelijktijdig met twee ambulances gealarmeerd. Hulpverleners van de politie zullen direct starten met reanimatie, of assisteren bij de reanimatie.
De eerste ambulance stelt meestal de ademweg zeker met een buisje dat de keel of luchtpijp afsluit. Het kan zijn dat de tweede ambulance de tijdsbewaking overneemt, omdat dit intensief werk is. Ook moet er een infuus worden geplaatst, medicatie worden klaargemaakt en toegediend.
Er kan daarom ook een brandweerman voor de deur staan. Het gaat er puur om wie als eerste ter plaatse is om het reanimeren van je over te nemen of te starten. De ambulance komt uiteraard altijd om het slachtoffer verder te behandelen en te vervoeren.
Waarom heeft de ambulance soms wel en soms geen sirene/zwaailicht? Een ambulance rijdt alleen met sirene en zwaailicht wanneer de ambulance een spoedmelding heeft. Als je een ambulance zonder sirene en zwaailicht ziet rijden, is de melding dus niet spoedeisend.
De oude tweetonige sirenes van politie en brandweer en de drietonige sirene van ambulances hebben aan effectiviteit verloren. Dat komt doordat auto's steeds beter geïsoleerd zijn. Deze twee soorten sirenes zijn afgeschaft. De nieuwe, huidige sirene is alle hulpdiensten hetzelfde.
In sommige situaties rijdt de politie met spoed, maar zonder zwaailichten en sirene. Bijvoorbeeld bij gijzelingen, overvallen, inbraken en zelfdodingen. Dit doet de politie om de kans op een heterdaadsituatie te vergroten en daders te kunnen aanhouden, of om te voorkomen dat zaken (nog) ernstiger worden.
Bij een hartstilstand telt elke seconde. Hoe sneller met reanimatie gestart kan worden, hoe meer overlevingskans voor het slachtoffer. Dus alle hens aan dek. Om deze reden worden (in Nederland) dan ook vaak alle hulpdiensten met prio 1 op pad gestuurd.
Soms heb je geen spoedsituatie, maar toch de brandweer ter plaatse nodig. Dan bel je 0900-0904. Zoals voor een vermoeid paard in een sloot dat zelf niet meer op de kant komt of een omgevallen boom over de openbare weg, die voor veel verkeershinder zorgt. Zo blijft 112 vrij voor levensbedreigende situaties.
Kortademigheid. Flauwvallen. Duizeligheid of licht gevoel in hoofd. Hartkloppingen.
een licht gevoel in het hoofd. pijn in de nek. gevoel dat het hart heel snel of heel hard klopt. pijn in de rechterschouder of rechterarm.
Bij een hartstilstand raak je binnen 10 seconden bewusteloos. Iemand kan er dan wat grauw uitzien. De normale ademhaling stopt. Wel kan iemand nog naar adem happen.
Een voorrangsvoertuig moet u altijd voor laten gaan. Je herkent een voorrangsvoertuig aan de tweetonige hoorn en aan het blauwe zwaai-, flits-, knipperlicht. Denk aan politie, brandweer en ambulance. Blijf rustig als een voorrangsvoertuig nadert.
Code 10 Vanaf code 10 worden 10 ambulances gealarmeerd, wordt een MMT gealarmeerd en wordt een OvD-G gealarmeerd. Er is een standaard inzetvoorstel voor MMT's, hiervan kan afgeweken worden indien er meer MMT inzet is geïndiceerd op basis van het aantal slachtoffers en de ernst van de verwondingen.
De ambulancebemanning moet binnen 30 minuten ter plaatse te zijn. B1 rit - Planbare rit van patiënt die voor onderzoek of behandeling naar en van de ziekenhuizen gebracht moeten worden. Mogelijk is onderweg medische behandeling nodig. B2 rit - Planbare rit waarbij de patiënt geen medische behandeling nodig heeft.
Gasping is een reflex van het lichaam als reactie op een laag zuurstofgehalte in de hersenen. Gasping kan er op allerlei manieren uit zien. Dat hangt ook een beetje af van hoe lang de circulatiestilstand al duurt. Het wordt vaak beschreven als een schokkende, onregelmatige en/of luid snurkende ademhalingsbeweging.
Het nummer Stayin' Alive van de BeeGees is een bekend reanimatielied. Dit nummer heeft 103 bpm (Beats Per Minute) en is de ondergrens om aan te houden tijdens het reanimeren.
Tijdens een hartstilstand (of circulatiestilstand) kan het hart geen bloed rondpompen en staat de bloedsomloop tijdelijk stil. Dit is een schok voor het hart.
Bij 99 van 100 reanimaties/ernstige ongevallen komen twee ambulances ter plaatse; de 1e ambulance draagt zorg voor de patiënt en de 2e ambulance biedt extra handen voor de medewerkers van de 1e ambulance. Bovendien staan deze ambulancemedewerkers de familieleden en burgerhulpverleners bij.
De meest voorkomende oorzaak van een hartstilstand is een hartinfarct. Een hartstilstand kan ook komen door andere hartproblemen. Bijvoorbeeld door een hartspierziekte, een ontsteking van het hart, hartfalen of (erfelijke) hartritmestoornissen. Af en toe komt een hartstilstand voor bij een gezond hart.
Wanneer een hulpdienst, zoals brandweer, ambulance of politie, blauwe zwaailichten én sirenes voert, dan moet je dit voertuig voorrang verlenen. Nadert een voertuig met blauwe zwaailichten zonder sirene? Dan is voorrang geven niet verplicht, maar de zwaailichten staan niet voor niets aan.
Oranje of geel
De meeste ambulances, politieauto's en brandweerwagens zijn ook uitgerust met oranje zwaailichten voor het geval zij op een gevaarlijke plek staan.
Amberkleurige, oftewel oranje zwaailampen worden gebruikt op voertuigen die moeten opvallen in het verkeer. Bijvoorbeeld om aan te geven dat ze extreem groot zijn, langzaam rijden of omdat ze werkzaamheden op/langs de weg uitvoeren.