Een PET-CT-scan met F18-FDG voor de hersenen wordt gemaakt om de stofwisseling van suikers in de hersenen af te beelden. Dat is van belang bij ziektes als dementie, bewegingsstoornissen en epilepsie. Een PET-scanner neemt de straling van de radioactieve stof waar en zet deze om in beeld op de computer.
Een PET-CT-scan doen we om te zien of iemand een bepaalde aandoening heeft. Zoals kanker of een ontsteking. We gebruiken daarbij een radioactieve stof die wordt opgenomen door het lichaam. De manier waarop de weefsels en organen de stof opnemen kan ons iets vertellen over wat er aan de hand is.
De MRI/PET brengt naast de anatomie van tumoren ook de stofwisseling ervan in beeld. Dit maakt het mogelijk om kleine beweeglijke uitzaaiingen met grote precisie te lokaliseren. Én te bestralen, vertelt radiotherapeut Martijn Intven, want “de MRI/PET is een aanvulling op de MR-Linac en maakt deze nog effectiever.”
de resolutie van de PET-scan wordt steeds beter, maar hele kleine tumoren zijn er niet mee te zien. Die kleine tumoren nemen de isotoop wel op, maar ze zijn kleiner dan het kleinste object dat zichtbaar gemaakt kan worden op de foto. Daarom zijn tumoren kleiner dan ongeveer 5-10 mm moeilijk te zien op een PET-scan.
Een CT-scanner geeft via röntgenstraling informatie over de structuur van weefsels. Een PET-scan brengt juist de stofwisseling van weefsels in beeld. Met de PET/CT-scan kan zowel de aard als de plaats van de afwijking nauwkeurig worden vastgesteld.
De nucleair geneeskundige beoordeelt de beelden en de uitslag gaat naar uw behandelend arts.
De uitslag van een PET-CT-scan is niet direct bekend. De dienst nucleaire geneeskunde interpreteert eerst de beelden, dat kan enkele dagen in beslag nemen. Daarna stuurt de dienst de uitslag van het onderzoek naar uw behandelend arts.
Op de PET-scan zie je alleen de plekken waar de radioactieve stof zit. Deze plekken worden zwart. Maar daardoor weet je meestal niet waar in je lichaam die zwarte punten zitten. Met CT wordt er tegelijkertijd een afbeelding van je lichaam gemaakt.
Een CT-scan geeft een arts een compleet overzicht van bijvoorbeeld het gehele boven- en onderlichaam. Een MRI daarentegen laat meestal maar een beperkter deel van het lichaam zien, bijvoorbeeld alleen de onderbuik en toont organen meer op detailniveau.
De kosten komen op ongeveer € 1.200 per scan. Even prijzig overigens als de breed toegepaste Choline PET scan. Wel duidelijk duurder dan de gewone CT scan of de botscan die op circa € 200 uitkomen.
Een MRI-scanner is een apparaat dat met een magnetisch veld, radiogolven en een computer gedetailleerd foto's van de binnenkant van uw lichaam maakt. De scan maakt lengte- en dwarsdoorsnedes van uw lichaam. Hij laat een eventuele tumor of uitzaaiing zien.
Met een CT-scan worden dwarsdoorsnedefoto's gemaakt van bepaalde delen van het lichaam. Bij u zal de CT-scan gaan om het afbeelden van de hersenen, het binnenoor, de hypofyse of het aangezicht. De CT-scanner bestaat uit een ring van ongeveer 1 meter diep en een doorsnede van 70 centimeter met een tafel ervoor.
De MRI maakt doorsnede opnamen van je hoofd en hersenen in meerdere richtingen waardoor bijvoorbeeld hersentumoren en ontstekingen kunnen worden opgespoord. Ook vernauwingen en aneurysma's van de bloedvaten in het hoofd worden in beeld gebracht. Een MRI-scan hoofd en hersenen duurt ongeveer 15 minuten.
Terwijl de tafel verschuift, maakt de CT-scan een aantal foto's. Op een foto is telkens een ander stukje van het orgaan of weefsel afgebeeld. Deze foto's maken een tumor en eventuele uitzaaiingen zichtbaar. Ze laten ook zien hoe groot de tumor is en welke vorm deze heeft.
We doen dit onderzoek om te kijken of iemand een bepaalde aandoening heeft. Bijvoorbeeld een abces, verwijd bloedvat, gebroken bot, bloeding, tumor, galsteen, niersteen of ontsteking. Met een CT-scan kunnen we ook controleren wat het resultaat is van een behandeling zoals een operatie of een medicijnenkuur.
De röntgenstralen geven een zwart, grijs of wit computerbeeld: weefsels die veel röntgenstralen absorberen geven witte beelden, terwijl weefsels die weinig straling absorberen zwarte beelden laten zien.
Terwijl de tafel verschuift, maakt de CT-scan een aantal foto's. Op een foto is telkens een ander stukje van het orgaan of weefsel afgebeeld. Deze foto's maken een tumor en eventuele uitzaaiingen zichtbaar. Ze laten ook zien hoe groot de tumor is en welke vorm deze heeft.
Het Martini Ziekenhuis is een van de ziekenhuizen in Nederland die zo'n PSMA PET-scan kan maken. Met deze nieuwe techniek kunnen we nog eerder en beter zien wat er precies aan de hand is. En daarna ook de beste behandeling met u kiezen.
Bij het MRI-onderzoek wordt soms via een infuus speciale contrastvloeistof toegediend. De contrastvloeistof zorgt ervoor dat we bloedvaten en verschillen tussen weefsels, zoals afwijkingen en normaal weefsel, beter kunnen zien. Deze contrastvloeistof is zeer veilig. U merkt er dan ook weinig van.
Want een pet is niet alleen een accessoire. Uiteraard is de pet ontworpen met een functionele functie, dat is namelijk je ogen beschermen van de zon. Hoppa die pet op en je bent klaar voor de dag. Wat wij soms vergeten is dat de hoofdhuid ook kan verbranden, met een pet bescherm je dit gebied ook.
De huisarts of specialist kan een aantal onderzoeken voorstellen om vast te stellen of het om uitzaaiingen gaat, zoals een bloedonderzoek, PET-CT-scan, longfoto of CT-scan van de borstkas, echografie van de lever of CT-scan van de buik, botscan of MRI-scan.
Een goedaardig gezwel (benigne tumor) drukt het omringende weefsel opzij zonder al te veel schade aan te richten. Een goedaardige gezwel zal niet in het omringende weefsel groeien. Een cyste is een veelvoorkomende goedaardige afwijking in de borst. Dit is een klein, met vocht gevuld blaasje.
Bovenkleding: Wij adviseren u warme, comfortabele kleding te dragen zonder metaal (bh-beugels, bh-haakjes, ritsen, drukknopen etcetera). Onderkleding: Als u een broek met een metalen rits draagt, dan kunt u die tijdens het onderzoek laten zakken. Laat sieraden, indien mogelijk, thuis.
Omdat spieren veel suiker gebruiken, is het belangrijk dat u vanaf 24 uur voor het onderzoek geen zware lichamelijke inspanning meer levert.
Bij de meeste onderzoeken wordt gebruik gemaakt van Technetium 99m. De hoeveelheid radioactiviteit van deze stof halveert iedere 6 uur. Daarnaast scheidt het lichaam deze stof via de natuurlijke weg uit. Hierdoor is de radioactieve stof slechts enkele dagen in uw lichaam aanwezig.