Er zijn verschillende oorzaken voor het ontstaan van een carpaaltunnelsyndroom: Erfelijkheid; bij sommige mensen is de tunnel van nature al smal.Een polsbreuk waarbij de middenhandsbeentjes verschuiven.Het vaak gebruiken of bewegen van de hand.
Er zijn geen bewijzen om CTS te voorkomen, maar er zijn manieren om de druk op uw handen en polsen te minimaliseren. Omdat verschillende dingen samen kunnen leiden tot het ontwikkelen van CTS, hoeft één specifieke oplossing niet afdoende te zijn.
De eerste 2 weken mag je niet in bad, sporten, zwemmen of in de sauna, in verband met verweking van de wond. Hand na de ingreep gewoon gebruiken. 6 weken niet zwaar tillen. (Eventuele) hechtingen worden verwijderd tussen 10 en 14 dagen.
Er zijn ook een aantal risicofactoren bij mensen die handenarbeid of andere activiteiten uitvoeren: Veel kracht zetten. Veel in dezelfde stand met de pols werken. Een abnormale of overdreven buig of overstrek stand van de pols.
In ernstige gevallen kunnen de spieren in de duimmuis uitvallen. U verliest dan kracht. Het carpale tunnel syndroom komt vaak aan beide handen voor.
Een dik ligament (weefsel) net onder je huid (het carpale ligament) vormt de bovenkant van deze tunnel. Elke zwelling kan de zenuw beknellen en pijn, gevoelloosheid, tintelingen of zwakte veroorzaken .
Klachten die horen bij het Carpale Tunnel Syndroom zijn tintelingen (vooral 's nachts) of een doof gevoel in de hand, duim, wijsvinger, de middelvinger en een deel van de ringvinger. Het helpt om dan even met de hand te wapperen. Soms heeft u minder kracht in uw hand.
Je krijgt niet altijd een behandeling als je CTS hebt. In sommige gevallen gaat de zenuwbeknelling vanzelf over. Als je CTS hebt gekregen door een zwangerschap, zal de beknelling na je zwangerschap waarschijnlijk spontaan verdwijnen. Verder krijg je waarschijnlijk geen CTS-behandeling als je lichte klachten hebt.
Beroepsziekte. Carpaletunnelsyndroom kan ook een beroepsziekte zijn. Repetitieve en krachtige bewegingen op je werk zijn een risicofactor om CTS te ontwikkelen.
Zorg voor voldoende nachtrust. Veel mensen met neuropathie voelen zich beter als ze uitgerust zijn en goed in hun vel zitten. Zorg dat je voldoende beweegt. Regelmatig bewegen, zoals wandelen, blijkt een gunstig effect te hebben op neuropathie door chemotherapie, doelgerichte therapie of immunotherapie.
Het weefsel rond de zenuw in de pols is al verdikt en neemt 's nachts nog enige mate toe waardoor u wakker wordt. Heel vaak komen deze klachten in de loop van de nacht voor en zorgen ervoor dat u wakker wordt. De klachten kunnen nogal uiteenlopen.
Als de twee dagen voorbij zijn, kunt u het drukverband en de aanwezige pleister zelf verwijderen. U mag na het verwijderen van het drukverband de vingers in beperkte mate gebruiken. In de periode dat u hechtingen in de handpalm heeft (14 dagen), kunt u de hand minder goed gebruiken. Daarom mag u niet zelf autorijden.
Fysiotherapie is bij het carpaal tunnel syndroom belangrijk voor een snel herstel. Dit herstel kan, afhankelijk van de 'duur' van het letsel, een aantal weken tot meer dan 6 maanden in beslag nemen wanneer het chronisch of ernstiger is.
Heb je hele heftige tintelingen, pijn en krachtsverlies in je arm of hand, neem dan contact op met je huisarts. Het kan zijn dat je dan doorverwezen moet worden voor verdere onderzoek.
De eerste weken zult u merken dat u elke dag meer met uw hand kunt doen. Na 4 weken zijn zo goed als alle normale dagelijkse werkzaamheden weer mogelijk. Het is mogelijk dat u gedurende meerdere maanden een verminderde kracht in de hand ondervindt.
Leg je handen met de vingers naar voor op een tafel en houd de elleboog gestrekt. Leun nu zachtjes naar voor terwijl je druk geeft op de tafel en je zal de rek voelen in de onderarmen. Om de grotere spierketen vanuit de borstspier te rekken kan je op de rug gaan liggen, het beste op een harde ondergrond zoals de vloer.
De verdoving werkt bijna meteen. Je voelt geen pijn meer, maar je kunt wel voelen dat de arts bezig is. Je krijgt een strakke band om je bovenarm. Dit kan een pijnlijk, tintelend gevoel geven in je hand en arm.
Dit zijn een aantal aandoeningen die een tintelend of doof gevoel in je ledematen kunnen veroorzaken: een beknelde zenuw (zoals bij het carpaal-tunnelsyndroom), diabetes, restless legs, multiple sclerose, hernia, een tekort aan vitamine B12, een trage schildklier, een beroerte, en het fenomeen van Raynaud.
Het Carpaal Tunnel Syndroom (CTS) is niet gevaarlijk, maar wel heel vervelend wanneer je er last van hebt. Zo kun je last krijgen van doofheid in de vingers, tintelingen of pijn in de hand en vermindering van kracht. Gedurende de nacht kunnen de klachten verergeren.
Heb je geregeld tintelingen in je handen, armen, schouders en nek, of in die lichaamsdelen een koud of verdoofd gevoel, dan kan dat wijzen op te veel stress. Houdt de stress aan, dan kan dit gevoel verergeren tot pijn.
Pijn en branderigheid veroorzaakt door erythromelalgie reageren goed op koeltechnieken, zoals uw handen in koud water leggen. Andere behandelingsopties zijn: uw handen omhoog houden . warme temperaturen en heet water vermijden.
Het verschil is waar de pijn begint. Als de pijn in je nek begint en door je arm naar beneden trekt, of als je pijn erger wordt als je je nek strekt of je hoofd draait , is de kans veel groter dat het een beknelde zenuw is dan het carpaal tunnelsyndroom.
Symptomen van het carpale tunnel syndroom
Tintelende hand of vingers, vooral in je duim, wijs-, middel- en ringvinger kun je last hebben van tintelingen. Pijn in je hand of vingers. De pijn kan uitstralen naar je onderarm en elleboog tot in je schouder.
CTS komt ongeveer vijf keer vaker voor bij vrouwen dan bij mannen. De gemiddelde leeftijd van de patiënt ligt tussen de 40 en 60 jaar. Hoewel de klachten meestal aan één hand beginnen, krijgt een groot deel van de mensen uiteindelijk last van beide handen.