Het knipperen doet iedere ster die laag aan de horizon staat. Dat komt door de rotzooi in de dampkring van de aarde. Hoe lager een ster staat (optisch), hoe langer de weg van zijn licht door de dampkring, hoe meer rotzooi dat licht moet passeren en hoe meer verstrooiing van dat licht.
Als een lichtstraal door die trillende lucht gaat, wordt het licht ietwat gebroken. Het resultaat is een fonkelende ster. Het licht van een ster die laag boven de horizon staat, moet een langere weg door de dampkring afleggen. Daarom zullen die sterren meer flikkeren.
Over Algol. Op dit moment kun je de ster Algol 's nachts zien knipperen. Elke 69 uur daalt zijn helderheid tot slechts 30 procent van zijn normale niveau, en tien uur later is hij weer op vol vermogen. De naam Algol betekent 'demon' in het Oudarabisch en zijn gedrag houdt astronomen al bezig sinds de oudheid.
Starend naar de hemel kun je hem eigenlijk niet missen: de Poolster. Gigantisch lichtgevend en het is de ster die het noorden aangeeft. Je kan de Poolster spotten door De Grote Beer te zoeken en een lijntje van de twee buitenste sterren van de pan naar boven te trekken.
De Poolster is zo'n 434 lichtjaar van de aarde verwijderd en is duizenden malen helderder dan onze Zon.
De ster met de grootste schijnbare helderheid (afgezien van de zon!) is Sirius, de hoofdster in het sterrenbeeld Grote Hond. Sirius is vooral in de wintermaanden goed zichtbaar. Hij staat linksonder het opvallende wintersterrenbeeld Orion.
De poolster is een ster die zichtbaar is vanaf het noordelijk halfrond en die, omdat hij altijd op dezelfde plaats blijft staan, erg handig is als we navigeren of, als je een astronomische telescoop hebt, die je ook helpt om hem correct af te stellen.
Vooral de drie gordelsterren die op één lijn staan, zijn opvallend. De helderste sterren van een sterrenbeeld krijgen Griekse letters. De drie gordelsterren zijn delta, epsilon en zeta Orionis. "Linksboven" staat de helderste ster van Orion, Betelgeuze: dat is dus alpha Orionis.
Sirius. De helderste ster aan de hemel is dan weer niet noodzakelijk de ster die van zichzelf het felst straalt. Sirius is voor een groot deel zo helder doordat hij tot de meest nabije sterren behoort. De op een na helderste ster Canopus oogt iets zwakker dan Sirius, maar staat wel ruim 35 keer zo ver weg.
De Poolster is de voorste ster van het pannetje van de Kleine Beer. De Kleine Beer kun je vinden door vanaf de buitenste sterren van het pannetje van de Grote Beer een lijn te trekken. Verleng deze lijn vijf keer en je komt bij de Poolster uit. Zo kun je dus de Poolster vinden en dus ook het noorden.
Als je op een heldere nacht naar de sterren kijkt zie je dat sommige sterren lijken te knipperen. Schijn bedriegt. Het knipperen ontstaat wanneer de lichtstraal tussen de ster en je ogen wordt onderbroken, bijvoorbeeld door een hoge luchtvochtigheid of stof en andere kleine deeltjes.
Sterren knipperen door stofdeeltjes in de atmosfeer
Tot het licht op de atmosfeer stuit, zo'n honderd kilometer boven je. Daar krijgt het licht van de ster het toch een beetje moeilijk, omdat in de dampkring overal obstakels zijn. Dat zijn luchtmoleculen, maar ook talloze stof, vuil- en vochtdeeltjes.
Sterren bewegen natuurlijk niet alleen naar ons toe of van ons af, maar ook zijwaarts. Die beweging is dus te 'zien' aan de hemel (door iedere paar jaar nauwkeurige positiemetingen te doen met telescopen) en deze beweging wordt de eigenbeweging van de sterren genoemd.
Dit boek geeft antwoord op de vraag hoe de sterren en sterrenbeelden heten die we in onze streken 's nachts aan de hemel zien staan. Daartoe zijn 48 sterrenkaarten opgenomen: voor elk van de 12 maanden telkens één van de westelijke, noordelijke, oostelijke en zuidelijke sterrenhe… Welke ster is dat ?
Sirius denk ik. De kleuren komen door de atmosfeer.
Het licht dat een ster uitstraalt, doet er een flinke poos over om de aarde te bereiken. Het licht van een ster die 10 miljoen kilometer wegstaat, is een heel jaar onderweg voor het de aarde bereikt. Dus als wij een ster zien, kan het licht van deze ster al jaren onderweg zijn.
Gedurende de nacht lijken alle sterren door de rotatie van de aarde in een baan om de pool heen te draaien. De Poolster beweegt vrijwel niet, zodat deze altijd op dezelfde plaats aan de hemel te vinden is.
VY Canis Majoris (VY CMa) is een type M superreus of hyperreus in het sterrenbeeld Grote Hond (Canis Major). Het is een van de grootste sterren die in het heelal zijn ontdekt. De straal van de rode ster is ongeveer 1420±120 maal zo groot als die van onze zon, waardoor onze zon er enkele miljarden malen in zou passen.
De maan bevindt zich rond 23.00 uur hoog boven de zuidoostelijke horizon. Op grote afstand rechts van de maan staat de planeet Jupiter. Rond middernacht staat de maan vrij hoog aan de oostelijke hemel. Op geruime afstand rechtsonder de maan zie je de ster Aldebaran in het sterrenbeeld Stier.
Wetenschappers maakten een kaart met de gebieden waar de Melkweg niet langer zichtbaar is vanaf de aarde. Ook in Nederland is het sterrenstelsel niet te zien. De wetenschappers gebruikten onder meer satellietbeelden om de lichtvervuiling in kaart te brengen.
De ster waar de ontdekte planeet omheen draait heet Proxima Centauri. Deze rode dwergster is de dichtstbijzijnde ster bij de aarde, op 4,2 lichtjaar afstand.
Grote Beer (Ursa Major, afkorting UMa) is een sterrenbeeld aan de noorderhemel, tussen rechte klimming 8u05m en 14u27m en tussen declinatie 28° en 73°. Op de breedte van de Benelux is het grotendeels circumpolair en gaat dus nooit onder.
De poolster is een enigszins heldere ster (magnitude +2,02) die dicht bij de noordelijke hemelpool staat. Hierdoor lijken de andere sterren eenmaal per dag om de poolster te draaien, een schijnbare beweging veroorzaakt door de rotatie van de Aarde om haar as. De naam van de poolster is Polaris.
Wat meer naar het zuiden, en vrij laag aan de hemel, staat Sirius, en dat is de helderste ster die je met het blote oog kan zien. Enkel de planeten Venus en Jupiter (nu niet zichtbaar) kunnen helderder worden dan Sirius.