Honden die blaffen en grommen om met mensen te kunnen communiceren. Grommen komt ook voor bij wilde dieren, bijvoorbeeld bij wolven en bij vossen. Dit systeem is bedoeld om zichzelf te beschermen tegen (mogelijke) gevaren en situaties die dreigend overkomen.
Als je hond gromt of bijt doet hij dat om jou iets duidelijk te maken. Het is voor hem een manier van communiceren en dus honds gedrag. Hij doet dit niet zomaar en al zeker niet om jou te pesten. Voordat honden daadwerkelijk zullen aanvallen geven zij een reeks afstand vergrotende signalen af.
Wat je vooral nooit moet doen is je hond straffen omdat hij gromt. Als hij gromde uit angst zal hij zich door de straf niet zekerder gaan voelen, en als hij gromde omdat hij dacht dat hij het voor het zeggen had zal hij de straf misschien niet pikken. Wat je doet door te straffen is je hond afleren om te waarschuwen.
Dus als je hond naar jou gromt neem je meteen rustig afstand, als je hond naar een ander gromt haal je hem zo snel mogelijk uit de situatie. Weet je van je hond dat grommen nog lang geen bijten is, stop dan wat je aan het doen bent maar blijf waar je bent. Wacht tot je hond weer rustig is en ga dan pas weg.
Honden hebben net als mensen emoties. Ze kunnen blij, boos bang of verdrietig zijn. Je kunt die emoties ook herkennen aan de lichaamstaal van de hond. Een boze hond kan zijn tanden laten zien.
Wetenschappers hebben aangetoond dat een hond zijn baasjes grotendeels op basis van diens gezichten herkent. Uit experimenten blijkt dat een hond zijn baasje wanneer deze het gezicht bedekt moeilijk kan herkennen.
Wanneer je hond gedrag vertoont wat je niet prettig vindt, dan zou je je hond kunnen straffen. Dat kan op allerlei manieren. Je kunt `nee´ zeggen, een ruk aan de lijn geven, een speeltje afpakken of een stroomband gebruiken. Al deze handelingen hebben als doel het gedrag te stoppen of te doen afnemen.
Wanneer jouw hond blaft kan je hem afleiden door hem te laten zitten, liggen, een pootje te geven etc. Hierbij leidt je de focus weg van de prikkel en zal jouw hond zich meer op jou richten, waardoor je meer controle krijgt over de situatie.
Het is voor een hond dé manier om zichzelf te verdedigen. Zijn gedrag kan gericht zijn naar andere honden, vreemde mensen, specifieke honden of mensen (bijvoorbeeld kinderen, mannen of voor de hond aparte verschijningen) en zelfs richting zijn eigen baasjes!
Als een hond in paniek raakt als je weggaat, is dit meer een teken dat hij scheidingsangst heeft dan dat hij van je houdt. Als een hond in zijn mand gaat liggen of accepteert dat je weggaat (oftewel: rustig blijft), betekent dit wel dat je hond van je houdt en erop vertrouwt dat je weer terugkomt.
Gekke grommende geluidjes/ kreunen
Niet agressief grommen, maar van plezier! Dit is het teken van opperste genot. Meestal gaat ze ook hartstochtelijk met haar staart zwaaien en ze wil niet dat je ophoudt met aaien, of wrijven.
Als je hond bijvoorbeeld tegen mensen blaft als ze hem tegemoet komen, betekent dat vaak dat hij jou wil beschermen en verdedigen. Als hij blaft als je het huis verlaat betekent het dat je hond zich verveelt of dat hij bang is en niet alleen wil zijn.
Honden kiezen als favoriet vaak iemand met hetzelfde energieniveau en dezelfde persoonlijkheid als zijzelf. Daarnaast zijn er hondenrassen die vooral een band opbouwen met één persoon, waarbij de favoriete persoon dus ook vaak de enige persoon is.
Agressiviteit wordt altijd veroorzaakt door aanhoudende of steeds terugkerende negatieve emoties, zoals woede of angst. Maar ook pijn door een ziekte kan een hond murw maken. Dit kan leiden tot agressief gedrag.
Stil krijgen
Eén manier om uw hond een "wees stil"-commando te leren is om hem, elke keer wanneer hij blaft, het zwijgen op te leggen of af te leiden. Gebruik iets dat een hard geluid maakt, zoals een blik vol met munten, om zo zijn aandacht te krijgen, om hem vervolgens een stevig "wees stil"-commando te geven.
Het is onmogelijk om echt te bewijzen of geesten bestaan en of honden ze kunnen zien als ze dat doen. Wat waar is, is dat honden dingen kunnen zien, ruiken en voelen die mensen niet kunnen.
Of de hinder onrechtmatig is hangt af van de aard, ernst, duur en de omvang van de overlast. Het gaat in dit soort situaties meestal om wat nog maatschappelijk acceptabel is en wat niet. Dit bepaalt uiteindelijk de rechter. Hoe veel en hoe vaak een hond mag blaffen, kan dus verschillen.
Soms kregen ze het commando na een minuut, soms pas na een uur. Het merendeel van de honden bleek zich na een minuut nog te herinneren wat hun baasje had gedaan. Sommige dieren konden de handeling zelfs na een uur nog imiteren.
Negeren maakt het erger
Vanuit die spanning zal de hond overgaan tot het harder en beter laten zien van het ongewenste gedrag. Dit noemen we de uitdovingsweerstand. De hond kan als het ware niet geloven dat zijn gedrag niet meer de gewenste beloning oplevert.
Laat je hond het gedrag zien.
Om je hond `nee` of `laat dat` aan te leren, begin je door het gewenste gedrag te laten zien. Laat hem bijvoorbeeld zien dat je een koekje in je hand hebt en zeg dan `nee` voordat je je vuist om het koekje sluit. Laat hem aan je hand ruiken en likken, maar geef hem het koekje niet.
Een gelukkige hond is een gemanierde hond. Hij houdt zich rustig, maakt niets kapot en probeert geen aandacht te trekken door stoute dingen te doen zoals in huis plassen. Als je pup vaak bijt, graaft of meubels en kleren vernielt, probeert hij je te zeggen dat hij zich verveelt, stress heeft of bang is.
Honden houden niet van de geur van azijn en elke hond zal rechtsomkeert maken als hij of zij deze indringende geur ruikt. Azijn is daarom een handig middeltje om een natuurlijke barrière te vormen tegen honden. Verdun de azijn niet met water en spray het alleen op de tuintegels of op de tuinaarde.
Sommige honden willen ook in je oor of je neus likken, dat is het moederinstinct dat boven komt drijven, ze willen je gewoon verzorgen en zo je oren, ogen, neus en aangezicht reinigen. Er bestaan verschillende vormen van likjes geven. Zo zal een moederhond haar baby's onmiddellijk na de bevalling droog willen likken.