De Hindoestanen vertrokken in 1873 uit het toenmalig Brits-Indië naar Suriname als contractarbeiders. Ze werden veelal geronseld onder het mom van een tijdelijk verblijf. Er werd beloofd dat ze na afloop van het contract terug konden keren naar India.
Suriname, dat toen gekoloniseerd was door Nederland, ging op zoek naar nieuwe en vooral goedkope arbeidskrachten. Contractanten die zich een aantal jaren moesten verbinden tot het verrichten van arbeid in loondienst op de plantages. Zo werden in 1853 Chinezen uit China en Java en Portugezen uit Madeira aangeworven.
Na de onafhankelijkheid
Het grootste aantal kwam naar Nederland rond de onafhankelijkheid van Suriname in 1975, de vluchten van Suriname naar Nederland zaten volgeboekt en er moesten extra vluchten worden ingezet. In 1975 kwamen er 40.000 Surinamers naar Nederland.
De meesten wonen nog altijd in India, daar is ruim tachtig procent van de bevolking hindoe. Ook in Nepal vormen ze een religieuze meerderheid. Verder leven hindoes in onder meer Pakistan, Sri Lanka, het Midden-Oosten, Fiji en Mauritius. Door emigratie wonen er veel in westerse landen.
Op 5 juni 2022 viert en herdenkt Museum Vlaardingen 149 jaar Hindostaanse immigratie.
Een typisch Indiase maaltijd bestaat uit verschillende kruidige groentegerechten met dahl (peulvruchtensaus) en chapati's (platte volkoren koekenpanbroodjes) of rijst, gegeten uit bananenbladeren of van grote metalen dienbladen. Veel hindoes eten met hun vingers en gebruiken daarvoor alleen hun rechterhand.
Hindoeïsme ontstond zo'n vierduizend jaar geleden in India en de heilige taal van het hindoeïsme is het Sanskriet.
Enkele belangrijke hindoeïstische symbolen zijn de swastika (als symbool voor voorspoed en geluk), de lotusbloem (symbool van de beschermgod Vishnoe) en het symbool omkar (dat duidt op bewustzijn, overgave en mantra).
Ook het hindoeïsme kent een vastentijd, al is die niet echt aan een gebeurtenis verbonden. Hindoes kunnen vasten voor een van hun vele godsdienstige feesten, of om geld te besparen dat zij aan de armen kunnen geven. Ze mogen zelf bepalen hoe lang en hoe ze vasten.
Enkele van de belangrijkste aspecten van God maken deel uit van de hindoeïstische Drie-eenheid: Brahma (God als Schepper), Vishnoe (God als Onderhouder), Shiva (God als Transformerende Entiteit).
Als gevolg van de oorlog met Engeland in de zeventiende eeuw verruilt Nederland Nieuw-Amsterdam voor het huidige Suriname. De WIC brengt tot slaaf gemaakte Afrikanen naar Suriname om op de plantages te werken. De culturele samenstelling van de bevolking weerspiegelt het koloniale verleden.
Hierdoor hebben Guyana (het voormalige Brits Guyana), Suriname, dat vroeger Nederlands Guyana heette en Frans Guyana (Cayenne) de omvang, die ze heden en dage hebben. Wat in Nederland een provincie wordt genoemd, heet in Suriname een district.
Vrijwel iedereen beheerst het Nederlands. In de steden spreekt een groot deel van de bevolking Sranan Tongo (Surinaams). Daarnaast heb je ook het Sarnami (hindoestaans), Javaans, Chinees. In de binnenlanden is Nederlands minder gangbaar daar hoor je verschillende Marron-talen.
De eerste immigratie van Javanen naar Suriname in 1890 was een experiment op de plantage Mariënburg, eigendom van de Nederlandse Handel-maatschappij (NHM). Voor die tijd waren op de Surinaamse plantages vooral Hindostaanse contractarbeiders werkzaam (immigranten uit India, toen een deel van Brits-Indië).
In Nederland woonden in 2009 ruim 160.000 Hindostanen, wat neerkomt op bijna 1% van de totale bevolking. [1] Zij zijn voornamelijk in de steden Den Haag, Amsterdam, Utrecht, Almere en Rotterdam en de gemeenten daar omheen gevestigd.
Uiteindelijk kwamen in de jaren vijftig en zestig van de 19e eeuw ongeveer 2500 Chinezen naar Suriname. De meesten werden als contractarbeiders tewerkgesteld op de plantages. Na afloop van hun contract gingen velen de handel in, meestal de kleinhandel in levensmiddelen.
Veel vrouwen in India hebben een stip op hun voorhoofd. De tikka staat symbool voor bescherming en zou het boze oog afwenden. Er zijn vele kleuren, vormen en symbolen. De stip of streep waarmee Indiërs hun voorhoofd versieren, dat is een tikka of kumkum - typisch Indiaas.
Hindoeïsme is een godsdienst die met name in India wijd verbreid is. In de hindoeïstische traditie werden marteling en mishandeling al in de 3e eeuw v.C. verboden. Oude hindoeïstische teksten zijn ook gekant tegen de doodstraf. Krijgsgevangenen moeten humaan worden behandeld en zo snel mogelijk vrijgelaten.
Als we vasten, neemt de stoelgang toe en dalen de hartslag en de bloeddruk. De energie uit voedsel raakt op. De lever breekt vetten af en produceert ketolichamen, die een alternatieve energiebron vormen voor het brein.
' Mensen in India vormen zich een beeld van Jezus Christus dat aansluit bij hun eigen cultuur. Voor hindoes krijgt Jezus een plaats tussen de leraren en goden van de eigen religie.
HET HINDOEÏSME: Ze geloven dat elke mens een ziel heeft (het Atman). Na de dood keert het Atman terug op aarde en wordt het herboren in een nieuw lichaam. De dood wordt niet gezien als het einde van het leven maar als een nieuw begin.
Saffraan (oranje) wordt gezien als de meest heilige kleur in het Hindoeïsme. Het vertegenwoordigt vuur, wijsheid, onthouding en discipline. Vele Hindoe geleerden hebben oranje in hun kleding verweven. Ook veel sadhu's (heilige mannen) en kluizenaars dragen oranje kleding.
meisje (zn): लड़की
zus (zn): बहन
papa (zn): पिता