Badderen is namelijk absoluut onmisbaar voor vogels en niet alleen om te drinken of af te koelen. Ze maken hun veren namelijk ook schoon met water en vetten ze daarna in. Dat vet is afkomstig van hun stuitklier – net boven de staart – en lijkt gemakkelijker te verspreiden over natte veren.
Deze vogels badderen
Vogels die op de grond leven zoals kippen en kwartels nemen vaker een stofbad of zandbad. Heb je een vogel waterschaal in de tuin staan dan zal het je opvallen dat verschillende soorten vogels hier gebruik van maken. De merel en de mus samen in één bad, het is geen vreemd verschijnsel.
mussen badderen in zand om parasieten kwijt te raken. Vul een ondiepe bak met gewoon zand en volièrezand (te koop bij dierenwinkels).
Insectenetende vogels krijgen water binnen via hun sappige prooien. En ook roofvogels en uilen halen hun vocht uit het vlees van hun slachtoffers. Niettemin moeten alle vogels nu en dan water drinken, bij warm weer soms zelfs enkele malen per dag. De meeste tuinvogels gebruiken een of twee drinkmethoden.
Een vogelbadje moet op een beschutte plaats staan. Niet te dicht bij het raam want dan durven de meeste vogels niet. Ze kijken ook eerst letterlijk de kat uit de boom. Vogels moeten zich veilig voelen tijdens het baden.
De vogels moet snel weg kunnen vliegen als ze dat willen. Leg als het nodig is kleine stenen en kiezels op de bodem. Vul de bak met een laagje water. Niet te veel, het water moet ondiep zijn.
Vogels hebben ook behoefte aan water. Niet alleen om te drinken, maar ook om in te badderen. Zet daarom een schaal met water neer en ververs dit dagelijks. Geef - met name in de winter - geen warm water.
Geen (oud) brood!
In brood zit zout en dat zout is niet goed voor vogels. Soms zit op het brood boter/margarine. Daar krijgen watervogels diarree van en de olie die in het brood zit komt in het verenkleed te zitten. Brood dat blijft liggen gaat bovendien schimmelen en trekt dieren zoals ratten aan.
5 tips om vogels te voederen
Na een lange, koude nacht hebben vogels behoefte aan een stevig ontbijt en tegen de avond eten ze hun buikje rond om de nacht door te komen. Strooi niet te veel, dat kan muizen en ratten aantrekken. Geef geen voedsel waarin zout is verwerkt of kaas of brood.
Gevaar op verstrikking
Het plastic net om de vetbol heen is extreem gevaarlijk voor vogels, omdat ze hier met hun pootjes of snavel in verstrikt kunnen raken. Vogels kunnen dan sterven van de honger, dorst en uitputting. Ook kunnen wat grotere vogels, zoals meeuwen, de hele bol met net en al in één keer doorslikken.
Badderen is namelijk absoluut onmisbaar voor vogels en niet alleen om te drinken of af te koelen. Ze maken hun veren namelijk ook schoon met water en vetten ze daarna in. Dat vet is afkomstig van hun stuitklier – net boven de staart – en lijkt gemakkelijker te verspreiden over natte veren.
De huismus is een slimme vogelsoort is die zich lastig terug laat vangen. Elke gevangen en geringde huismus binnen dit project krijgt daarom een combinatie van 4 ringen, één metalen ringen en drie kleurringen. Dankzij deze kleurringcombinatie is de huismus van een afstand al te herkennen.
Vogels nemen een 'zonnebad' om hun verenkleed in conditie te houden. Door op het heetst van de dag in de zon te gaan zitten en de vleugels te spreiden wordt het voor parasieten onbehaaglijk en verlaten ze het verenkleed!
Vogels kunnen braken om verschillende redenen. Als een vogel braakt zal hij hierbij vaak met de kop schudden om de inhoud kwijt te raken. Het braaksel kan dan op de kop en wangen belanden. Als dit opdroogt krijgen de veren op de kop een piekerig aanzien.
Ook mussen kunnen zwemmen en ze baden sowieso graag, net zoals duiven trouwens (al is het bij deze laatsten niet duidelijk of ze ook echt kunnen zwemmen).
Schoteltje water
Zout is giftig en gevaarlijk voor vogels, door suiker kan de boel samenklonteren. "Als het af en toe dichtvriest is dat ook niet zo'n probleem. Via de sneeuw krijgen ze momenteel wel genoeg water.
De meeste vogels slapen met hun kop naar achter gedraaid en onder de veren gestoken. Ze slapen vaak waar ze overdag ook zijn. Dat is op een tak verscholen tussen de bladeren, of zoals spechten, hangend aan een boomstam. Watervogels slapen meestal op het water, waar ze veilig zijn voor landroofdieren.
Ook vogels houden van een veelzijdig menu. Voer bijvoorbeeld zaden, pinda's en vetbollen, maar ook rozijnen en appels. Geef geen vloeibare olie, margarine en zoute producten.
Een voedertafel
Een overrijpe banaan bijvoorbeeld. Daar komen allerlei vogels op af zoals merels. Wel regelmatig de tafel schoonmaken.
Havermout: havermout kan je zowel als strooivoer op de grond gebruiken als op de voedertafel. Zaadeters zoals mussen, mezen, vinken, groenlingen en roodborstjes houden hiervan. Meelwormen en insecten: bevatten veel proteïnen en zijn bijzonder voedzaam voor vogels.
Vogels vinden wel meer dingen lekker die wij mensen regelmatig eten. Wat dacht je bijvoorbeeld van popcorn? Dat is eigenlijk ook niets meer en niets minder dan gepofte mais. Een graansoort dus, en daar zijn vogels gek op!
Veel keukenrestjes zijn prima en kan je geven aan de tuinvogels. Wat je niet mag geven zijn restjes met veel zout of kruiden of restjes die beschimmeld zijn. Vetrandjes, gekookte aardappelen, gekookte rijst of fruit zullen je tuinvogels heerlijk vinden en zijn ook nog eens goed voor ze.
Hoe weten vogels waar eten is? Vogels doen niets anders dan de hele tijd in de gaten houden of er ergens gezonde voeding te halen valt. Ze kunnen het zien en ruiken, maar houden daarbij ook andere vogels in de gaten. Zodra ze zien dat er ergens 'wat te halen valt' gaan ze snel een kijkje nemen.
Koop nooit 'mensen-pinda's' en 'mensenpindakaas' voor vogels. Vaak zit er zout bij en dat is echt slecht voor vogels. Er is niet voor niets speciale vogelpindakaas te koop. Zelfs ongezouten pinda's uit de supermarkt zijn niet hetzelfde als voerpinda's.
Overvoeren kan bijna niet, omdat vogels stoppen met eten als ze verzadigd zijn. Maar als de hele tuin al vol ligt of staat met voedsel, kun je natuurlijk best even wachten met bijvoeren. En geen zorgen, vogels zullen het zelf zoeken van voedsel heus niet verleren: dit zit namelijk in hun genen.