De kleur die je gebruikt voor de ondergrond zal waarschijnlijk doorschemeren in het definitieve werk.Het schilderij krijgt daardoor eerder een eenheid en harmonie. Een voordeel van een gekleurde ondergrond is ook dat de ondergrond minder absorberend wordt voor het vocht of de olie in de verf die je gebruikt.
Een onderschildering is de fase tussen de tekening en de definitieve laag in olieverf of acrylverf. Je kunt deze laag in zwart/wit (=grisaille) schilderen of in kleur. Het belangrijkste element is niet zozeer de kleur die al juist moet zijn maar eerder de lichtwaarden (values) van de verf.
Op welke andere ondergronden kan met olieverf worden geschilderd? In principe is elke ondergrond geschikt, mits op juiste wijze geprepareerd. De meest voorkomende dragers zijn katoen, linnen, kunstvezel, (houten) panelen, karton en papier. Vrijwel alle geleverde ondergronden zijn reeds geprepareerd.
Acrylverf is een super veelzijdige verfsoort die op vrijwel elk oppervlak kan worden gebruikt. Zolang de ondergrond maar schoon en enigszins absorberend is. Als een oppervlak waarop je wilt werken echter niet ideaal is voor acrylverf, wil je misschien een primer gebruiken, een soort grondverf.
Een onderschildering werd al door de oude meesters. gebruikt om op een snelle en doeltreffende manier. informatie over het onderwerp en de compositie vast te. leggen.
Een neutrale kleur, zoals oker of omber, is voor de meeste situaties prettig om te gebruiken. Maar een uitgesproken kleur, zoals rood of groen, kan natuurlijk ook. Het is een kwestie van experimenteren. Een donkere toon gebruiken als ondergrond, dwingt je tot heel anders beginnen dan met een witte ondergrond.
Wat is het nut van een grisaille? Als je een grisaille maakt, kun je je volledig concentreren op een goede balans van donker naar licht in je schilderij. Je hoeft je daardoor nog niet bezig te houden met kleurgebruik. Er blijft meer ruimte over om je goed te concentreren op toonwaarden.
Gesso heeft een witte kleur en droogt ook wit op. Ideaal om bijvoorbeeld op hout aan te brengen. De verf trekt niet in het hout en er kan prima op geschilderd worden zonder dat de verf in het hout verdwijnt. Vooral glas en metaal zijn moeilijke materialen om direct op te schilderen met acrylverf.
Als beginner met acrylverf kun je het beste eerst leren hoe je het materiaal moet gebruiken en verschillende technieken uitproberen, zoals nat-in-nat schilderen of de impasto-techniek. Als je een schilderij met acryl maakt, begin dan met de achtergrond en werk dan naar voren.
Gesso is een primer. Door het aanbrengen van gesso kun je alle oppervlakken beschilderen zoals glas, hout, canvas, metaal, steen of kunststof. Ook wordt gesso gebruikt om de verf minder op te laten zuigen door de ondergrond wat bij hout en canvas wel het geval kan zijn.
Het belangrijkste verschil tussen olieverf en acrylverf is het bindmiddel. Verf bestaat altijd uit pigment met een bindmiddel. Bij olieverf is dit bindmiddel olie (meestal lijnolie) en bij acrylverf is dat acrylaatharsdispersie (oneerbiedig gezegd: plastic).
Voordelen olieverf:
Langer de tijd om correcties aan te brengen. Kleuren op palet kunnen ingevroren worden en/of kun je een dagje laten staan. Meer sprankelende kleuren doordat het minder beïnvloed wordt door het droogproces.
Vaak wordt acrylverf voor de onderschildering bij olieverf gebruikt. Olieverf hecht op acryl.Andersom kan echter niet, de olie stoot het water in de acryl af.
Wanneer je je deuren een nieuwe kleur wilt geven, is het verstandig om eerst de deuren in de grondverf te zetten. De grondverf zorgt voor een goede hechting tussen het oppervlak en de verf. Hierdoor krijg je een mooiere toplaag, die lang meegaat.
Grisaille wordt veelal opgezet met grijzen. De basiskleur is warm of koel zwart die je mengt vanuit ultramarijn blauw + ruwe omber. Maar sommige schilders gebruiken gebrande omber of gebrande sienna.
Gebruik een verhouding van 1 deel azijn op 3 delen water.Breng de oplossing voorzichtig aan op het schilderij met een zachte doek en wrijf niet te hard. Test de oplossing eerst op een klein deel van het schilderij voordat u het op het hele oppervlak aanbrengt.
Welke verf gebruik je als beginner? Één van de makkelijkste verfsoorten om mee te werken is acrylverf. Aquarelverf vinden veel mensen door de transparantie vaak wat lastiger. En ook olieverf is voor veel mensen lastig door de lange droogtijd en wat ingewikkeldere technieken met olieverf mediums.
Om een textuur te maken op een schilderij worden vaak krantenknipsels gebruikt. Hiermee wordt het schilderij op een bepaalde plek wat opgedikt, en vervolgens weer overheen geschilderd. Vaak heeft dit een leuk effect op haren of kleding.
Begin met het schilderen van een eenvoudig onderwerp, zoals een fruit of een bloem.Focus op het observeren van de details en het vertalen van wat je ziet naar je doek. Probeer elke dag tijd te vinden om te schilderen. Je zult merken dat je vaardigheden snel verbeteren met regelmatige oefening.
Ten eerste kun je Gesso ook gewoon mengen met je acrylverf in plaats van witte acrylverf. De gesso zal ervoor zorgen dat het resultaat matter en krijtachtiger is. Daarnaast is het extreem dekkend, dus ook met transparante kleuren zal het een dekkend resultaat opleveren.
Als je op een doek gaat schilderen, dan is het verstandig om die eerst te prepareren met gesso. Niet alleen als je zelf je doek opspant met onbewerkt katoen of linnen, maar ook als je een zogenaamd kant-en-klaar doek koopt. Met Gesso kun je ook hout (panelen) of papier prepareren om op te schilderen met acrylverf.
Voor een goede preparering wordt Gesso gebruikt
Voorwaarde is wel dat de laag dik genoeg moet zijn en deze kan daarom het beste in twee keer worden aangebracht. Voor de eerste laag kan de gesso verdund worden met water tot makkelijk strijkbare dikte.
Van groot en ruw naar klein en fijn. Kies na de grootste kwast aflopend steeds kleinere kwasten en eindig met je kleinste penseel voor de details. Door deze methode begint je schilderij vanzelf met de meest grove en minst scherpe details en worden alle navolgende details steeds scherper en preciezer.
Als je begint met je tekening/schilderij: kies eerst een punt waar het licht vandaan komt.Markeer dit desnoods op je canvas of papier, of plaats een spot of lichtbron in die hoek. Bedenk ook: geeft mijn (fictieve) lichtbron korte of lange schaduwen? Hoe fel wil ik de lichtbron hebben?
Kleuren portretschilderen. Wilt u huidkleur mengen dan kunt u een tube gele oker kopen en daar wat rood, wit of eventueel wat bruin bij mengen. Met deze kleur komt u aardig in de buurt van de huidkleur.