Vaak zijn witvissen te vinden op de relatief warme plekken in het water: in havens, in grindgaten langs de rivieren of op plekken waar warmer water met koud water wordt gemengd (bijvoorbeeld bij fabrieken, die koelwater lozen).
Als de winter voor de deur staat zwemmen de vissen niet meer op hun normale stekje. Waar ze wel zijn is afhankelijk van hun ecologie en aanpassingsvermogen. Sommige soorten gaan in winterrust, andere soorten trekken weg naar warmer of dieper water.
Grote meren.
Ook op de grootse wateren van Nederland zwemt witvis, zoals op het Markermeer of het Haringvliet. Kanalen: vanzelfsprekend zwemmen op de vele kanalen die onze landen rijk zijn, zoals het Kanaal door Voorne of bijvoorbeeld de Urkervaart ook witvissen.
Maar dan ga je er wel aan voorbij dat je ook in het winterseizoen nog kunt vissen en een mooie vangst binnenhalen, vooral dan met vaste stok. In tegenstelling tot roofvissen kun je het hele jaar door witvissen aan de haak slaan, zelfs bij koud weer.
Aan het eind van de dag zal het water echter warm zijn van de zon die er uren op geschenen heeft en zullen de vissen geneigd zijn om meer dan normaal te eten omdat er in de winter te weinig voedsel voor ze is. De schemering is daarom een uitstekend tijdstip om te gaan vissen.
Het lokken van vissen
Als je de vissen wil lokken, kun je dat het beste doen door wat balletjes voer bij je dobber te gooien. Zo lok je de vis naar je haakje en maak je meer kans dat de vis ook daadwerkelijk jouw haakje kiest. Het is hierbij belangrijk dat je dit visvoer aanmaakt.
April en mei. Van 1 april tot aan de laatste zaterdag van mei mag je niet met kunstaas, een stukje vis of met een dode vis vissen en moet je iedere snoek, snoekbaars of baars die je eventueel vangt, direct terugzetten (zowel gesloten tijd voor aassoorten als voor de vissoorten snoek, snoekbaars en baars).
Bij stroming of als je grote vis wilt vangen is het vaak gunstig om tussen de 20 en 50 centimeter dieper te vissen dan je peildiepte. Maar peil altijd heel nauwkeurig, ook links en rechts en een meter voor en achter je stek. Je komt dan niet voor verrassingen dat het water sterk afloopt.
Een temperatuur lager dan -1,8 graden Celsius zou voldoende moeten zijn om een vis te bevriezen. -0,9 graden Celsius is namelijk het vriespunt van vissenbloed. Toch kunnen vissen in koude wateren deze lage temperaturen gemakkelijk overleven.
Het visvoer in de winter is zinkend voer. Dit komt omdat in de koude maanden de vissen zich op de bodem bevinden. Daar is het namelijk warmer dan aan de oppervlakte.
Zolang de zomerse temperaturen aanhouden kan je vaak goed paling vangen. De herfst is zelfs de actiefste tijd voor de paling met september als de beste maand. Je kan dagen meemaken dat het lijkt of ze uitgehongerd zijn en vetreserves voor de winter moeten aanleggen.
De beste tijden voor het vissen op baars zijn de vroege ochtenduurtjes en de laatste uurtjes voor zonsondergang… Dan zijn vooral de grote baarzen actief! Overdags is er natuurlijk ook echt wel een baars te vangen, maar je merkt dat deze vroege en late periodes beter zijn om op baars te vissen.
Vissoorten: Schar, wijting, steenbolk, gul en bot (in de zomer ook zeebaars, geep en makreel).
De diepte van je dobber hangt af van de diepte van het water. In de meeste gevallen is het verstandig om 20 tot 30 centimeter boven de bodem te vissen. Als het een warme zomerdag is, en je de voorns vaak ziet zwemmen, is het verstandig om wat hoger in het water te vissen.
In de winter kan je net zoals in andere jaargetijden vissen met kunstaas. In de winter kan de snoek heel onvoorspelbaar zijn. De ene keer zal de snoek zeer actief zijn en de andere keer juist heel sloom en met kunstaas moeilijk te vangen.
Zowel met de vaste hengel als met de match- of feederhengel kan in de wintermaanden worden gevist op witvis. De doorslaggevende factor voor succes is „licht vissen”! Vis met een dunne lijn, nog dunnere onderlijn, kleine haak (haakje 18 is niet te klein), weinig aas (1 of 2 maden is voldoende) en weinig lokvoer.
In Nederland mag je het hele jaar door vissen. Maar je mag niet het hele jaar door met alle soorten aas vissen. Je mag ook niet het hele jaar door op alle vissoorten vissen. En als je ze toch vangt, moet je ze meteen weer terug zetten.
'Gewone' goudvissen tolereren watertemperaturen van 2 graden Celsius (°C) tot 28°C, maar een temperatuur tussen 10°C en 21 °C is het meest gunstig. In warm water zijn de vissen actiever dan in koud water.
Karpers vangen in de winter lukt het beste met klein en attractief haakaas. Je kunt hiervoor boilies gebruiken die je behandelt met een bait soak. Gebruik weinig voer die niet verzadigd. O.a kleine pva sticks met boilie kruim werken in de winter heel goed!
Om grote vissen te vangen moet je een goede hengel, sterk visdraad en goed aas hebben. Maar welk aas is geschikt voor grote vissen? Het aas aan jouw hengel is natuurlijk erg belangrijk. Een simpele vuistregel is dat groot aas zorgt voor grote vissen.
In stilstaand water gebeurt het vaak dat de wind het water naar een bepaalde kant opstuwt. Jouw dobber drijft dan met de wind mee, maar tegen de bodem aan kan door onderstroming (dat is het terugkerend water) je lokaas de andere kant opgaan.
Overtreding van de Visserijwet en/of verenigingsvergunning maakt de vispas ongeldig.” Veel vissers beseffen dit niet, maar dat betekent dus dat je in zo'n geval een bekeuring krijgt voor het vissen zonder vispas (€ 150,-), je schriftelijke toestemming vervalt namelijk.
vissen in en bij een aangewezen stuw of in of bij een aangewezen vispassage € 150,- vistuig voorhanden terwijl vistuig op dat moment verboden is € 100,- 1 of 2 hengels voorhanden zonder toestemming € 100,- meer dan 2 hengels voorhanden zonder toestemming € 100,-
Dit is een giftige stof die nauwelijks afbreekt, het spierweefsel van vissen blijvend rood kleurt en o.a. bekend staat als kankerverwekkend. Gezien het risico voor mens, dier en milieu, dient het gebruik van gekleurde maden direct te worden verboden.