Stimuleer meerdere zintuigen. Laat jouw naaste dingen ruiken of aanraken als je het ergens over hebt. Hierdoor zal de persoon met dementie beter begrijpen wat je bedoelt of wat iets is. Lach met elkaar en gebruik humor.
Comfort (troost en bemoediging) : De behoefte aan warmte, tederheid en troost van anderen. Vooral wanneer iemand zich alleen, onveilig of angstig voelt. Identiteit: De behoefte om te weten wie je bent en een goed gevoel te hebben over jezelf.
Diabetes en hart- en vaatziekten zijn risicofactoren voor dementie. Daarnaast lijken vezels ook nog bij te dragen aan het verminderen van ontstekingen in het lichaam. En ontstekingen spelen weer vaak een rol bij dementie.
Indeling fases van dementie
Een andere veel gebruikte indeling is de omschrijving van de vier fases van ik-beleving bij dementie; de bedreigde ik of cognitieve fase; de verdwaalde ik of emotionele fase; de verborgen ik of psychomotore fase; de verzonken ik of zintuiglijke ervaring.
Ook het kleurenspectrum verkleint bij mensen met dementie. Koude kleuren zoals blauw, groen en paars zijn moeilijker te onderscheiden dan warme kleuren zoals rood, geel en oranje. Een kleurcodering waarin blauw naast paars gezet wordt doe je beter niet.
Om verschillende redenen ontstaan er bij dementie situaties waarin de zorg voor hygiëne verre van vanzelf gaat. Een verminderd besef van hygiëne kan verschillende oorzaken hebben: je naaste kan vergeten dat ze al dagenlang niet is gewassen en denken dat dat onlangs nog is gebeurd.
Bij dementie gaan steeds meer zenuwcellen in de hersenen en/of verbindingen tussen deze zenuwcellen kapot. Hierdoor kunnen de hersenen niet goed meer functioneren. Bij sommige mensen met dementie kan de achteruitgang heel snel verlopen, terwijl anderen nog jarenlang een relatief gewoon leven kunnen leiden.
Probeer niet te veel te corrigeren of tegen te spreken. Zo leg je de nadruk op wat iemand met dementie niet meer weet of kan. Praat niet te hard en ook niet te snel en ga ook zeker niet fluisteren. Zorg dat je rustig praat en goed te verstaan bent.
Men kan zich moeilijker concentreren en moeilijker meerdere dingen tegelijk doen. Naast de geestelijke achteruitgang kan iemand ook lichamelijke verschijnselen hebben, zoals wankeler of langzamer lopen. Ook kan bijvoorbeeld verlamming, of gevoelsverlies ontstaan.
Mensen met dementie leven gemiddeld 8 jaar met de ziekte. De diagnose wordt gemiddeld na zo'n 14 maanden gesteld. Gedurende het ziekteproces neemt zowel het aantal klachten als de ernst van de klachten toe.
Een van de belangrijkste gevolgen van dementie is een slikstoornis. Je naaste kan dan moeilijk slikken. Dat kan leiden tot eetproblemen. Als je naaste moeite heeft met eten of slikken, zal de arts eerst onderzoeken hoe dat komt.
Als je je handen niet wast, gaan ze er vies uit zien en krijgen ze een vieze lucht. Dat is niet direct gevaarlijk. Al kun je met vieze handen wel ziekteverwekkers verspreiden. Bijvoorbeeld wanneer je na het toiletbezoek je handen niet wast en aan je neus krabt.
Het wasproces verloopt doorgaans grotendeels gelijk als bij wassen op bed: eerst maakt zij het gezicht, de hals en armen schoon. Daarna wordt de voorkant en rug gewassen.
Stel de persoon gerust en zorg ervoor dat de oudere ontspannen is, want vaak vinden mensen dit een oncomfortabele situatie. Gebruik een washandje en zeep om het gezicht en alle andere makkelijk bereikbare plaatsen van het lichaam te wassen. Was daarna met het tweede washandje het lichaam van boven tot beneden.
Onder onbegrepen gedrag valt al het gedrag van de persoon met dementie dat door deze persoon zelf en/of zijn omgeving als moeilijk hanteerbaar wordt ervaren. Voor onbegrepen gedrag worden verschillende termen gebruikt zoals probleemgedrag, moeilijk hanteerbaar gedrag of veranderend gedrag.
Je kunt je naaste helpen door een dagindeling met vaste taken te maken. Die structuur geeft rust en duidelijkheid. Naast hulpmiddelen als een whiteboard, Daginzicht-agenda of Pictoplanner ben jij als mantelzorger de persoon die houvast biedt.
Wat is dementievriendelijk wonen? In een dementievriendelijke woning staan eigen regie, gezamenlijkheid, veiligheid en ondersteuning centraal. Je kan hier wonen met óf zonder verpleeghuisindicatie. Het is een plek waar mensen met dementie en hun naasten tijdig heen willen verhuizen.
Veranderingen in gedrag en karakter
Dementie kan het gedrag en het karakter aantasten. Daardoor krijg je te maken met onverwachte stemmingswisselingen, verward, achterdochtig, depressief of angstig gedrag. Je naaste kan ineens boos of verdrietig zijn, of ongeremd dingen doen die ze anders nooit deed.
De eerste verschijnselen van dementie verschillen per persoon en per ziekte. Het valt op dat iemand terugkerende geheugenklachten, gedragsproblemen en veranderingen in karakter heeft. Iemand heeft bijvoorbeeld moeite om te onthouden welke dag het is, of wordt sneller boos.