Daarnaast geeft oververmoeidheid stress.Je baby maakt dan het stresshormoon cortisol aan. Hierdoor is het moeilijk voor hem om in slaap te vallen en slaapt hij onrustiger.
Als een baby moe wordt begint hij meestal eerst met gapen, wegkijken, druk bewegen en jengelen. Pas daarna zal een baby pas gaan huilen (het late signaal). Wanneer een baby over zijn slaap heen gaat, zal hij ook steeds meer moeite hebben om goed in slaap te komen.
Oververmoeidheid herkennen
Net als gapen, huilen en wegkijken is dit een typisch signaal een oververmoeide baby. Ook rood rondom de oogjes is een bekend teken dat een baby moe of oververmoeid is. Veel oververmoeide baby's komen lastig in slaap. Ze huilen zodra je ze neerlegt.
De meeste baby's zijn dol op een fijne massage! Dat kan ontzettend ontspannend werken en slaap opwekken, ideaal dus net zo voor bedtijd. Je kindje kan er heerlijk slaperig door worden en daarna meer ontspannen en rustiger in slaap vallen, misschien valt hij al in slaap tijdens de massage!
Signalen van oververmoeidheid bij baby:
Vreemd genoeg zijn oververmoeide baby's vaak overactief: ze maaien met armpjes en beentjes en ze lijken om steeds meer aandacht en prikkels te vragen: als je met ze rondloopt kijken ze geïnteresseerd rond en stopt het huilen.
Je kunt je baby een paar minuutjes laten huilen, in de hoop dat de baby zichzelf in slaap 'jengelt', maar als de baby na een paar minuten nog niet slaapt, ga dan naar je baby toe om hem te troosten.
Een onrustige en overprikkelde baby kan je herkennen aan verschillende zaken. Vaak valt een gedragsverandering de ouders meteen op: de baby is schrikachtig en extreem alert, hij vindt moeilijk zijn slaap of wordt van elk geluidje terug wakker.
Het is niet zo'n goed idee om je kind te lang op te houden. Als kinderen oververmoeid zijn, is het juist moeilijker om in slaap te vallen. Oververmoeidheid en teveel prikkels overdag kunnen er ook voor zorgen dat je baby onrustiger slaapt en 's nachts vaker wakker wordt. Houdt vast aan een bedtijd en bedritueel.
Fladderen bij opwinding is een heel normaal verschijnsel. Bijvoorbeeld als je elkaar na een tijdje weer ziet en jouw kind heel enthousiast is. Bij heftige emoties kan het fladderen nog langer duren. Soms gaat een kind erbij springen of rondjes draaien.
Je kunt je baby een beetje helpen door hem in je armen wat slaperig te maken en hem neer te leggen als hij bijna in slaapt valt. Later kun je dit moment van neerleggen dan steeds iets gaan vervroegen, totdat je je baby wakker in het bedje kunt leggen en hij zelf in slaap valt.
Wees niet verbaasd als je baby niet ongestoord slaapt 's nachts, en allerlei bewegingen maakt met de armen en benen. Geen zorgen. Deze schokkerige bewegingen maken deel uit van de normale ontwikkeling van je baby.
Dat hoort bij een kind en bij bepaalde ontwikkelingsfasen van een kind. Het wordt een probleem als het kind voortdurend druk is, niet kan concentreren, impulsief is en slecht luistert. Erg druk doen, niet stil kunnen zitten, rondrennen en friemelen. Dit zijn wat kenmerken van een hyperactief kind.
Een baby 'wappert' met de armpjes en schopt met de beentjes als hij enthousiast of boos is. Na een tijdje krijgt hij door dat hij zijn armen en benen kan sturen en leert daardoor zijn bewegingen bewust in te zetten.
Raakt het gezichtje de borst niet, dan zal de baby zijn handjes gebruiken om zich wat af te zetten om een beter zicht op de tepel te krijgen. Vervolgens zal hij met zijn handjes op zoek gaan naar de tepel. Zodra het handje de tepel gevonden heeft, gaat de baby soms eerst op het handje sabbelen om wat tot rust komen.
De meest opvallende symptomen van het KISS-syndroom bij baby's zijn duidelijke voorkeurshoudingen en een scheve stand van het hoofd. Andere symptomen zijn: Scheef ruggetje. Asymmetrisch bewegen van armen en benen.
Op het moment dat je kindje met de armen omhoog ligt, creëert je kindje meer ruimte in de longen en wordt het ademenen nog meer vergemakkelijkt. Kinderfysiotherapeut Els Geerdink noemt dit de hoera-houding. In het NRC legt ze uit dat dit een teken is dat je kind heerlijk ontspannen is.
Symptomen autisme kind (0-24 maanden)
Heeft geen interesse in andere mensen bij 12 maanden. Lacht niet naar anderen bij 12 maanden. Reageert niet wanneer hij of zij wordt toegesproken bij 12 maanden. Maakt geen gebaren (wijzen, zwaaien) bij 12 maanden.
Ze vinden het bijvoorbeeld moeilijk om oogcontact, gezichtsuitdrukkingen en gebaren te interpreteren. Ook het kunnen inleven in anderen is erg lastig. Daarnaast is vaak sprake van specifieke interesses en repetitieve bewegingen. Baby's met autisme spelen bijvoorbeeld vooral met één speeltje of doen steeds hetzelfde.
Als je baby gaat billenschuiven, is dat in principe niet erg. Het is een normale variant in zijn ontwikkeling, een alternatief voor kruipen. Billenschuiven kan wel wat gevolgen hebben voor de ontwikkeling van je kind.
Je baby alleen laten huilen kan negatieve invloed hebben op veilige hechting. Veilige hechting in in de eerste maanden van het leven vormt de basis voor een goede en gezonde geestelijke gezondheid in het volwassen leven. Stress kan negatieve invloed hebben op de hechting tussen ouder en kind.
Je baby wil niet slapen overdag
Er zijn verschillende redenen voor het slechter slapen overdag. Je baby kan in een slaapregressie zitten, oververmoeid zijn of juist niet moe genoeg, honger hebben of niet zelf in slaap kunnen vallen.
De gevolgen van een teveel aan prikkels
Dat is een gevolg van de drukke levensstijl van de ouders. Maar in tegenstelling tot volwassenen, hebben baby's nog geen filter. Je baby vangt alle prikkels op. En om hem gerust te stellen, praat je tegen hem, geef je hem een rammelaar, haal je hem uit zijn bedje…
Baby's die op hun rug liggen, zullen spartelen met hun armen en benen. Zo krijgen ze controle over de bewegingen van armen en benen en oefenen ze de balans van hoofd en romp. Pas wanneer deze balans goed is ontwikkelt zal je kindje naar de volgende stap in zijn bewegingsontwikkeling gaan, het rollen van rug naar buik.
Dat is de welbekende '5-10 minuten regel', ook wel de gradual extinction of de gecontroleerde uitdoving genoemd.. Hierbij ga je elke 5 minuten terug om je baby of kind te troosten en het aantal minuten voer je stapsgewijs op. `Je laat je baby gecontroleerd huilen.
Is het alleen wat gepruttel, dan kun je het even aankijken. Als het echt huilen wordt, probeer je baby dan in bed te troosten met wat aaien en door er naast te zitten. Werkt dat niet en gaat je baby harder huilen? Pak je kind dan op om het te troosten en leg het weer neer als het helemaal gekalmeerd is.