Leefgebied. In bosrijke gebieden met veel oude loofbomen komt de pimpelmees in de hoogste dichtheden voor, daar broeden zij in boomholtes. Ook in dorpen en steden komt de pimpelmees veel voor en broedt daar graag in nestkasten.
In de herfst en de winter zit de pimpelmees vaak in het riet, waar ze zich voedt met in rietstengels overwinterende insectenlarven.
Koolmezen en pimpelmezen slapen alleen in een nestkast. Voor deze vogels is het belangrijk dat er veel nestkasten zijn. Omdat mannetjes en oudere vogels de beste slaapplekken opeisen, is er voor jonge vrouwtjes vaak geen plaats. Zij moeten buiten in de kou slapen.
Groter dan circa 27 millimeter wordt genegeerd, dit vanwege natuurlijke vijanden en concurrentie van grotere mezen, zoals de koolmees. Natuurlijke vijand van de mees is de huiskat, maar ook de kraai, gaai en ekster.
Nadat het vrouwtje een partner heeft gekozen voor het broedseizoen, wordt er genesteld en legt ze eitjes. Per seizoen en met hetzelfde mannetje, zijn er één of twee nesten met tien tot twaalf eieren. Tachtig procent ervan komt na twee weken uit en beide ouders zorgen voor het grootbrengen van de jongen.
Kenmerken. Volwassen pimpelmezen zijn circa 11 tot 12 centimeter groot met een spanwijdte van 17-20 centimeter en een gewicht van ongeveer 12-15 gram, dit is kleiner dan de koolmees. De pimpelmees heeft een kenmerkend blauw 'petje', gele borst, smalle, zwarte oogstreep, zwartblauwe kinvlek en blauwachtige vleugels.
Leefgebied. In bosrijke gebieden met veel oude loofbomen komt de pimpelmees in de hoogste dichtheden voor, daar broeden zij in boomholtes. Ook in dorpen en steden komt de pimpelmees veel voor en broedt daar graag in nestkasten.
Pimpelmezen zijn holenbroeders die ook gretig gebruik maken van nestkastjes. In april worden er gemiddeld 10 eieren gelegd. Na twee weken komen de eieren uit. Tijdens de piektijden worden de jongen elke 90 seconden door de ouders gevoerd.
Hang de nestkast op een rustige plek op, zodat de vogels zich veilig voelen en naar binnen durven. Dus niet direct naast het terras, als je daar in het voorjaar zelf vaak zit. Niet in de volle zon, dus liever niet op het zuiden. Beschut tegen de wind.
De vlucht van de pimpelmees is meestal gelijk aan die van andere mezen. In boogjes zweeft hij door de lucht, in de tussenpozen slaat hij met de vleugels. Pimpelmezen leven vooral in bosrijke gebieden en tuinen met veel groen. De vogels zijn vooral tussen struikgewas, houtwallen en houtsingels te vinden.
De meeste vogels slapen met hun kop naar achter gedraaid en onder de veren gestoken. Ze slapen vaak waar ze overdag ook zijn. Dat is op een tak verscholen tussen de bladeren, of zoals spechten, hangend aan een boomstam. Watervogels slapen meestal op het water, waar ze veilig zijn voor landroofdieren.
Mezen blijven altijd lang weg van hun nest. Het hoort bij de strategie van kleine zangvogels.Die willen namelijk graag dat al hun eitjes in één keer uitkomen. En soms leggen ze wel tot 16 eitjes!
Per broedsel 5 tot 12 roodgevlekte, witte eieren. Pimpelmezen hebben veel op hun menu staan: fruit, vet, vlees, pinda's, zonnebloemkernen. In het voorjaar worden ook nectar en stuifmeel van bloesems gegeten, in de zomer vooral kleine insecten en insectenlarven. In de winter eet hij ook kleine zaden.
De pimpelmees geeft de voorkeur aan een nestkast met een opening van 28 mm. Dit is ook een geschikte invliegopening voor veel andere kleine mezensoorten. De net iets grotere koolmees heeft een invliegopening nodig (32 mm).
1 koolmees: 1 tussen 10 en 11 uur. 1 koolmees: om 8.37 uur. 3 pimpelmezen: 1 tussen 9 en 10 uur, 1 tussen 10 en 11 uur, 1 tussen 11 en 12 uur. 1 pimpelmees om 18.30 uur.
Tussen begin april en begin mei legt het vrouwtje 4-12 eieren (gemiddeld 8-9). Ze moet ongeveer twee weken broeden voor de eieren uitkomen. Daarna verblijven de jongen nog ongeveer 19 dagen in het nest voordat ze uitvliegen. De ouders zijn gedurende die tijd erg druk met het aanslepen van voedsel voor de jongen.
Meerdere nestkasten naast elkaar is meestal geen goed idee. Kasten voor verschillende soorten, bijvoorbeeld pimpelmees en koolmees, moeten minimaal drie meter uit elkaar hangen. Kasten voor hetzelfde soort moeten minimaal tien meter uit elkaar hangen. Veel vogels hebben in de broedtijd een territorium.
De beste periode om een nestkast op te hangen is in het najaar tot en met maart. Dit is de maand waarin de meeste vogels beginnen met broeden. Het broedseizoen duurt doorgaans tot en met de maand juli. Het vroeg ophangen van de nestkast zorgt ervoor dat de vogels het vogelhuisje signaleren en eraan kunnen wennen.
Het is meestal niet zo dat ze de invliegopening groter willen maken. Mezen pikken namelijk vaak tegen de nestkast zonder dat er stukjes hout worden verwijderd. Het kan zijn dat een koolmees met dit geluid andere mezen wil laten weten dat deze kast al bezet is.
Het lijken misschien steeds dezelfde individuen, maar gedurende de winter zoeken koolmezen voedsel in groepen die van samenstelling kunnen wisselen. 's Nachts slapen de koolmezen individueel in nestkasten, indien die beschikbaar zijn. Zolang een koolmees niet verstoord wordt zal hij deze nestkast blijven gebruiken.
Broedduur 13-15 dagen. Kuikens worden gevoerd door beide ouders. Jongen zitten 18-21 dagen op het nest. Nadat ze zijn uitgevlogen, worden de jongen nog 2-3 weken gevoerd.
Koolmezen bouwen hun nest graag in boomholtes. In tuinen zijn die natuurlijk een stuk moeilijker te vinden. Ze maken dan ook graag gebruik van nestkasten met een invliegopening van 30 tot 32 mm. Koolmezen vullen het nest aan met onder andere mos, droog gras, haar, wol en veren.
Bij het ophangen van een vogelhuisje is het ook belangrijk dat deze op de juiste hoogte hangt. Het beste is om het vogelhuisje op te hangen op een hoogte van 1.80 meter.
Pimpelmezen zijn over het algemeen kleiner dan koolmezen. Pimpelmezen zijn circa 10 tot 12 centimeter groot, terwijl koolmezen circa 13 tot 15 centimeter groot zijn. Beide vogeltjes hebben een gele buik, echter hebben de pimpelmeesjes vaak een wit kopje met blauw 'petje' en blauwachtige vleugels.
Pimpelmees broedtijd
In één legsel zitten 7 tot 12 eieren. Het broeden duurt tot ongeveer twee weken, want pimpelmezen leggen ongeveer één ei per dag en daarna komen de eieren uit. De jongen blijven dan nog bijna drie weken op het nest voordat de jongen het nest pimpelmees verlaten uitvliegen.