Om te overwinteren trekken ze niet naar het zuiden, maar ze verstoppen zich in kieren en spleetjes in gebouwen. Ze hebben een voorkeur voor warme, lichtgekleurde oppervlakken.
De beestjes komen binnen via kiertjes en andere openingen. Zorg dus dat je geen openingen hebt waardoor ze naar binnen kunnen komen. Zitten ze toch in je huis, dan kun je ze buitenzetten met stoffer en blik.
Als ze toch binnen zijn kan je verschillende dingen doen, maar vooral: geen paniek, maar gezond verstand gebruiken. Je kunt lieveheersbeestjes gewoon in je huis laten overwinteren: in het voorjaar gaan ze vanzelf weer naar buiten. Als je ze hinderlijk vindt of allergisch bent, kun je ze vangen en weer buitenzetten.
Ruim bladeren en stengels niet op, voor lieveheersbeestjes is dit de ideale beschutting tijdens de winter. Zorg voor een gevarieerde beplanting in je tuin. Meidoorn, linde en hazelaar zijn populair bij lieveheersbeestjes. Bloeiende planten in je tuin bezorgen lieveheersbeestjes pollen en nectar.
Bestrijd lieveheersbeestjes binnenshuis met een stofzuiger, een val met azijn of een insecticide bedoeld voor gebruik binnenshuis. Je kunt voorkomen dat lieveheersbeestjes je huis binnenkomen door citronellakaarsen en citrusgeuren te gebruiken, en openingen en kieren dicht te maken met tochtband en kit.
Bescherming. Men zegt dat lieveheersbeestjes de parasieten op planten eten om anderen ertegen te beschermen. Daarom kan het zien van veel lieveheersbeestjes betekenen dat je bescherming nodig hebt. Probeer je muur te laten zakken en laat dierbaren je beschermen.
De meeste inheemse lieveheersbeestjes overwinteren buiten in de natuur in de strooisellaag, tussen afgestorven plantendelen, in groenblijvende heesters (vb brem, conifeer, skimmia,..) of in spleten in de schors van loofbomen of coniferen, in de bodem, in dood hout, in mos of graspollen, afhankelijk van de soort.
Ze overwinteren in Azië oorspronkelijk in kalkrotsen, hoog in de bergen. In Nederland zijn geen bergen en de beestjes vinden in onze huizen en gebouwen een aardig alternatief.
Lieveheersbeestjes lijken heel onschuldig en ze zien er zélfs wat schattig uit, met hun stipjes. Maar ze kunnen behoorlijk gevaarlijk zijn, blijkt. Een man is bijna overleden aan de gevolgen van een bloedvergiftiging, veroorzaakt door een beet van het rood-zwarte insect.
Vaak hoor je zeggen dat lieveheersbeestjes giftig zijn. Dat klopt ook wel, maar ze zijn niet zo giftig dat wij mensen er ziek van zouden worden. Kleinere dieren zoals vogels, die kevers eten, kunnen er wel ziek van worden. De beestjes waarschuwen daarom met hun felle kleuren.
Het lieveheersbeestje
De meeste lieveheersbeestje leven maar een jaar. Het aantal stippen zegt dus niets over hun leeftijd. Anders zouden er alleen maar lieveheersbeestje bestaan met een stip. Lieveheersbeestje behoren tot de keverfamilie.
Als je een lieveheersbeestje "pest" door zachtjes op hem te drukken dan produceert hij een gele vloeistof. Dit gedrag heet "reflexbloeden". De vloeistof (hemolymfe), die tevoorschijn komt bij het femoro-tibiale gewricht van de poten, heeft een kwalijk geurtje en smaakt erg bitter.
Kantoorgebouwen en woningen vormen welkome overwinterplekken voor één van onze lievelingen: lieveheersbeestjes. Op zoek naar beschutting om de kou te overleven vinden ze altijd wel een plekje waar ze niemand kwaad doen. Als het weer kouder wordt kunnen zij soms wel met honderden tegelijk aangetroffen worden in huis.
Over het lieveheersbeestje.
Het lieveheersbeestje is een nuttig diertje, niet alleen voor de natuur, maar ook voor u! Een lieveheersbeestje is namelijk een bladluiseter. Bladluizen eten namelijk veel van uw planten en kunnen deze ontdoen van blad, nectar en andere plantensappen.
Ei. Eieren worden meestal in groep afgelegd, geel-oranje rechtopstaande eitjes, enkele millimeters groot, in een cluster aan de onderkant van bladeren, in de buurt van bladluizen. Een vrouwelijk lieveheersbeestje kan 20 tot 50 eitjes per dag afleggen.
De larven en/of lieveheersbeestjes lopen van nature omhoog en zullen door middel van geur de bladluizen vinden. Wanneer er duidelijk plekken met bladluisbronnen zichtbaar zijn, kunt u hierin één of enkele larven en/of lieveheersbeestjes plaatsen waarna u het zakje ophangt.
Samenvatting. Twee boeven zijn 's nachts van plan de prijskoe van de boerderij te stelen. Ze worden echter afgeluisterd door het lieveheersbeestje, dat een slimme tegenaanval bedenkt: elk dier doet het geluid van een ander dier op de boerderij na.
Lieveheersbeestjes houden van compact materiaal. Denk aan stukken schors, houtwol en dennenappels. Met de dennenappels lok je ook oorwurmen en met de houtsnippers, houtwol en schors lok je naast lieveheersbeestjes ook gaasvliegen. Allemaal prima want ze eten allemaal bladluizen.
Lieveheersbeestjes komen voor in heel Europa, Azië en Noord-Amerika. Ze leven in struiken en bomen en klimmen in planten. Soms overwinteren ze ook in huizen of kelders.
Rode lieveheersbeestje zijn dus zelfs giftiger dan de gele want ze vallen met hun knalrode kleur harder op in de natuur. De gele beestjes zijn dan wel minder opvallend maar hebben dus ook minder gif in zich. Gelukkig kunnen ze zich makkelijker verstoppen voor vijanden.
Op het einde van de zomer als de bladluizen schaars worden, voeden lieveheersbeestjes zich ook met stuifmeel en schimmelsporen. Ook in het vroege voorjaar, als ze net uit de winterslaap zijn gekomen, voeden ze zich met nektar of jonge blaadjes om vocht binnen te krijgen.
Een volwassen lieveheersbeestje eet gemiddeld 80 bladluizen per dag en zijn larve maar liefst 120! Lieveheersbeestjes grijpen een bladluis met hun kaken vast en zuigen deze leeg. De oudere larven en de volwassen lieveheersbeestjes eten een niet al te grote bladluis zelfs volledig op.
De onaangename geur die het leveheersbeestje verspreidt, is een afweerstof. Deze verspreidt hij om zijn vijanden af te schrikken, Als je een lieveheersbeestje "pest" door zachtjes op hem te drukken dan produceert hij een gele vloeistof. Het heeft een onaangename geur en smaakt erg bitter.