De Halt-straf valt onder verantwoordelijkheid van het Openbaar Ministerie en wordt gefinancierd door het ministerie van Veiligheid en Justitie.
In opdracht van het Ministerie van Justitie en Veiligheid wordt de Halt-interventie uitgevoerd, om kleine vergrijpen - zoals vernieling, (winkel)diefstal, overlast en schoolverzuim - gepleegd door jongeren van 12 tot 18 jaar, snel af te doen met een leerstraf en soms ook een werkstraf.
Halt-straf: jongere tussen 12 en 18 kan fout rechtzetten
De politie of een BOA verwijst de jongere door naar Halt. De Halt-straf geeft jongeren de kans hun fout recht te zetten. Bijvoorbeeld door excuses aan te bieden aan de slachtoffers en gemaakte schade te vergoeden.
De Halt-interventie is een buitenstrafrechtelijke aanpak voor jongeren van 12 tot 18 jaar die een strafbaar feit hebben gepleegd. Jongeren komen bij Halt terecht via: De politie, soms na expliciete toestemming door het Openbaar Ministerie.
Jongeren van 12 tot 18 jaar die strafbare feiten plegen, zoals bijvoorbeeld: winkeldiefstal, vernieling, openbaar dronkenschap of oplichting kunnen naar Halt worden verwezen.
Maximum Halt-straf
De HALT-straf bedraagt maximaal 20 uren (art. 77e lid 4 Sr.).
In alle gevallen mag er maximaal drie keer naar Halt verwezen worden. Een vierde verwijzing naar HALT is dus in beginsel niet mogelijk. Ook wanneer er een afdoening is geweest voor een misdrijf komt een jeugdige voor het volgende misdrijf niet in aanmerking voor de Halt-straf.
Halt helpt je om te zien dat je zelf verantwoordelijk bent voor je gedrag. Hiervoor moet je leeropdrachten maken en heb je gesprekken met de Halt-medewerker om vaardigheden te oefenen. Je biedt je excuus aan, aan het slachtoffer en soms moet je ook schade vergoeden en een werkopdracht uitvoeren.
Halt heeft de wettelijke taak om strafbaar gedrag onder jongeren aan te pakken, zonder dat de jongere een strafblad krijgt. De jongere krijgt letterlijk een tweede kans. Zo'n 15.000 jongeren per jaar krijgen een Halt-interventie opgelegd.
De Halt-medewerker kijkt naar de ernst van wat je hebt gedaan en of je ervoor openstaat hiervan te leren. De Halt-medewerker stelt vragen over hoe het met jou gaat thuis, op school en in de wijk. Ook wordt er met een korte test gekeken naar jouw schoolniveau.
Soms moet je ook schade vergoeden en een werkopdracht uitvoeren. Ook je ouders hebben altijd een rol in het Halt-traject. Een Halt-traject duurt nooit langer dan 20 uur.
Overtredingen vervallen 5 jaar na de einduitspraak of 5 jaar na het volledig betalen van een strafbeschikking. Als er een vrijheidsstraf of taakstraf is opgelegd, gebeurt dit na 10 jaar. Misdrijven waarbij minder dan 6 jaar gevangenisstraf is gesteld, blijven 20 jaar bestaan.
Stichting Halt voert alternatieve strafmaatregelen uit voor jongeren van 12 tot 23 jaar.
Doorgaans krijgen zo'n 15.000 jongeren per jaar een Halt-interventie. Het aantal Halt-verwijzingen per gemeente kan sterk verschillen.
Een strafblad betekent dat er strafbare feiten van jou of iemand anders geregistreerd zijn in de registers van politie en justitie. Dat gebeurt als de officier van justitie of rechter een straf geeft.
Het jeugdstrafrecht is van toepassing op jongeren van 12 tot 18 jaar. Kinderen jonger dan 12 jaar kunnen niet strafrechtelijk worden vervolgd wanneer ze iets gedaan hebben dat strafbaar is. Deze kinderen mogen door de politie echter wel worden gefouilleerd en meegenomen naar het bureau voor verhoor.
Personen die tussen de 12 en 18 jaar een strafbaar feit hebben gepleegd, zijn minderjarig. Toch verandert dat niets voor het strafblad; het strafbare feit komt op het strafblad, volgens dezelfde regels als voor volwassenen. Gegevens van minderjarigen worden altijd verstrekt aan de rechter of officier van justitie.
Relatief veel jongeren (27 procent) werden naar Halt gestuurd vanwege een vermogensmisdrijf, zoals het verwisselen van prijskaartjes, (winkel-)diefstal en (poging tot) verduistering (met een maximale schade van 150 euro). Zowel jongens als meisjes kwamen het vaakst bij Halt terecht voor een vermogensmisdrijf.
Alleen mensen die de meest ernstige misdrijven hebben gepleegd krijgen deze straf. Het gaat dan bijvoorbeeld om moord of terrorisme.
Een strafblad heet officieel 'uittreksel justitiële documentatie'. U kunt uw strafblad inzien. Daarvoor dient u een verzoek in bij de Justitiële Informatiedienst. Dit kan schriftelijk of per e-mail.
Als uw kind een strafbaar feit pleegt, kan de rechter hem of haar een boete opleggen. Uw kind moet deze boete zelf betalen. Wel zal de rechter rekening houden met de draagkracht van uw kind. Eventueel kan de rechter een vervangende gevangenisstraf opleggen.
Brandstichting is een misdrijf waardoor de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar wordt gebracht. Het brandstichten wordt zwaar bestraft en kan mogelijk ook naast andere strafbare feiten ten laste worden gelegd. Een aantal veelvoorkomende vormen van brandstichting zijn: Opzettelijke brandstichting.
Kun je je straf afkopen? In bepaalde gevallen kunnen de politie en de officier van justitie de zaak zelf afhandelen. De officier van justitie kan bijvoorbeeld iemand een transactie aanbieden. Gaat de verdachte hierop in, dan betaalt hij een bepaald geldbedrag en is hij van de zaak af.
Ook alle veroordelingen door de kantonrechter tot een hechtenis (m.u.w. vervangende hechtenis), taakstraf, bijkomende straf (bijv. ontzegging van de rijbevoegdheid) of geldboete van meer dan € 100,00 worden geregistreerd op het strafblad.