Empathie heeft dus betrekking op het kunnen invoelen van de ander en daarmee op het zich een voorstelling kunnen maken van de beleving en bedoelingen van die ander. Het gaat, kortom, om de inschatting van de emoties en intenties van anderen, en om deze mee te kunnen wegen bij de eigen oordelen en beslissingen.
Het onderzoek wijst uit dat de hersenen ons de pijn van anderen laten delen door dezelfde cellen te activeren die onze eigen pijn veroorzaken. De aanwezigheid van deze cellen, ook wel spiegelneuronen genoemd, was tot dusver nog niet aangetoond in het hersengebied dat betrokken is bij empathie.
Apathie (a betekent zonder en pathos voelen) is een psychologische term die wijst op ziekelijke onverschilligheid en lusteloosheid. Het apathische gedrag wat iemand vertoont is dus niet vrijwillig of getuigt ook niet van een gebrek aan empathisch vermogen of luiheid.
Drie soorten empathie
Een nieuwsgierige aard helpt: interesse in anderen. Cognitieve empathie is ook een uitvloeisel van zelfbewustzijn: dezelfde delen van de hersenen en zenuwbanen die de focus op jezelf regelen, kunnen op anderen worden gericht. Emotionele empathie is het vermogen om te voelen wat anderen voelen.
Abstract. Terwijl affectieve empathie verwijst naar de automatische neiging om gevoelens van de ander over te nemen wanneer die emoties toont, verwijst cognitieve empathie naar een meer bewust aan te sturen vermogen om het perspectief van een ander in te nemen (o.a. theory of mind genoemd).
Die empathie is geen aangeleerd sociaal gedrag, maar aangeboren. En dat betekent volgens hen dat ook het troostgedrag van de mens een basaal mechanisme is met diepe evolutionaire wortels.”
Empathie is het vermogen van iemand om zich in de gedachten- en belevingswereld van anderen te kunnen inleven. Iemand die over veel empathie beschikt wordt empatisch genoemd. Hij of zij is invoelend en begrijpend en kan zich verplaatsen in de situatie van de ander.
Een gebrek aan empathisch vermogen betekent niet dat iemand zich niet probeert te verplaatsen in een ander. Het betekent dat hij of zij niet aanvoelt wat er precies in de ander omgaat en vervolgens zijn of haar eigen gevoelens in die ander veronderstelt.
Empathie is het kunnen invoelen wat anderen voelen , oftewel affectieve empathie, en je kunnen inleven in waarom iemand iets voelt, cognitieve empathie. Mensen spiegelen emoties van anderen, waardoor ze zelf de emotie ook een beetje ervaren.
Te empathisch, te inlevend, te invoelend of te begripvol is een valkuil. Je kunt je goed verplaatsen in de ander maar je gaat te ver. Merk je dat je soms té inlevend bent en dat je je teveel verplaatst in de gevoelens van de ander? Dat is een valkuil!
Empathie is een waardevolle capaciteit is die we hard nodig hebben in alledaagse contacten. De cognitieve vaardigheden die de basis zijn voor empathie, kunnen zoals iedere andere vaardigheid, worden getraind of verbeterd. Empathie kan worden ingezet om meer impact in de samenleving te creëren.
Empathie is je vermogen om de emotionele toestand van je partner te herkennen en je ermee te identificeren. Daarvoor moet je: je kunnen verplaatsen in het perspectief of standpunt van je partner. inleven en meevoelen met je partners gemoedstoestand.
Het limbisch systeem bestaat uit meerdere hersendelen, waaronder de hippocampus en de amygdala. Alle hersendelen van je limbisch systeem werken nauw samen en kunnen elkaar beïnvloeden, ze spelen een rol bij emotie, het emotionele geheugen, motivatie en genot.
Het limbische systeem ligt aan de rand onder de hersenkwabben. Het hele limbische systeem wordt gevormd door een groep hersenstructuren in de grote hersenen die betrokken zijn bij emotie, emotieregulering, emotioneel geheugen, genot en motivatie.
Een narcistische persoonlijkheid wordt gekenmerkt door opgeblazen gevoelens van eigenwaarde, een enorme behoefte aan bewondering, en een gebrek aan empathie (inlevingsvermogen). Een 'narcist' heeft veel zelfvertrouwen, en voelt zichzelf enorm belangrijk, bijzonder en uniek.
Verschillen in empathie: de oorzaken
Voor een deel zullen verschillen in empathie zeker erfelijk bepaald zijn. Maar ingrijpende traumatische gebeurtenissen en je hechtingsstijl (hoe je moeder in het algemeen reageerde als je als kind huilde) kunnen daarbij zeker een rol spelen.
Hoe ontwikkelt een kind inlevingsvermogen ? Inlevingsvermogen is iets dat zich gedeeltelijk vanzelf ontwikkelt bij een kind, maar dat voor een groot deel ook aangeleerd en vooral ook voorgeleefd moet worden. Een kind van twee is in zijn ontwikkeling nog niet zo ver dat hij of zij zich echt in een ander kan verplaatsen.
Empathie werkt verbindend. Soms raak je zo betrokken dat het kan leiden tot emotionele uitputting. Compassie is gericht op actie en gaat nog een stap verder dan empathie; als je medeleven voelt en vervolgens de pijn van de ander wilt verlichten, omarmen.
Empathie kun je onderscheiden in 'cognitieve empathie' (het goed kunnen lezen en begrijpen van andermans gevoelens) en 'affectieve empathie' (het goed kunnen meevoelen en begaan zijn met een ander).
4 kenmerken van een hoog empathisch vermogen
Je hebt steeds een 'antenne' voor hoe anderen zich voelen. Je bent betrokken bij anderen en je houdt rekening met hun gevoelens alvorens in actie te komen. Je kunt je makkelijk voorstellen hoe anderen zich voelen.
Het zich inleven in anderen. Inleveringsvermogen. Inlevingsvermogen. Invoeling.
Voorbeeld: "Ik schrik van wat je zegt, maar ik hoor graag van waaruit je dit zegt. ' of "Ik denk dat ik een andere mening heb, maar ik hoor graag wat jij hierover zegt." Wie empathisch luistert, richt de aandacht op wat de ander 'hier en nu' voelt en nodig heeft, ook al vertelt de spreker een situatie uit het verleden.
Empathie staat voor het vermogen je in te leven in mensen, te voelen wat ze voelen, vanuit dat gevoel te reageren en op die manier verbinding te maken. Heb je sympathie voor iemand, dan voel je compassie. Dan wil je de ander gelukkig zien en reageer je zonder veel inleving.