In het algemeen slaan mannen meer vetmassa op rond de buik. Mannen gaan dan meestal ook sneller afvallen op de buik dan op andere plaatsen. Vrouwen daarentegen slaan meestal meer vet op rond hun bovenbenen en heupen. Zij gaan daar meestal eerst afvallen voor ze meer bij hun buik gaan afvallen.
Tijdsbestek. Uit onderzoek blijkt dat, afhankelijk van de inspanningen die je levert, je na 2 tot 3 weken een verschil op de weegschaal en in de spiegel zult zien. Maar dit hangt ook af van een aantal andere factoren.
Weeg je dus 60 kilo en is je vetpercentage 20%, dan heb je 12 kilo aan vet. Dit vet wordt opgeslagen op bepaalde plaatsen in het lichaam waar er plek is. Dit is als eerste rond de buik: het buikvet. En ook bij de heupen.
Zoals je hierboven al kon lezen, worden in eerste instantie altijd eerst de koolhydraten in het lichaam verbrand in de vorm van glucose. Wanneer de koolhydraten op zijn, ga je pas eiwitten en vet verbranden. Het omzetten van vet naar energie is een ander proces dan dat van koolhydraten.
Buikvet is vetweefsel dat zich onder de huid bevindt in de buikholte. Te veel buikvet kan een directe bedreiging vormen voor veel organen, zoals de maag en lever. Daarnaast vormt het een risicofactor voor onder andere stofwisselingsziekten, diabetes type 2, hart- en vaatziekten en kanker.
Experts zeggen dat je in de regel 0,5 tot 2 kilo vet per week kunt verliezen. Let op: dat is dus vet! Als mensen willen afvallen of gewicht willen verliezen, willen ze eigenlijk altijd vet verliezen. Je kunt namelijk ook vocht verliezen of glycogeen (een suikervoorraad in je lichaam).
1.75, 71 kg en maat 40 voor broeken. Shirts een M. 1.75, 71 kg en maat 40 voor broeken.
Bij hoeveel kilo afvallen zie je verschil? Vanaf zo'n 5 kilo kun je een duidelijk verschil zien. Met kleding aan is dit vaak nog wat meer. Ook hangt het er vanaf op welke plek jij vet verloren bent.
Om één kledingmaat te verliezen, zou je ongeveer vier kilo aan vet moeten kwijtraken. Voor zij die liever in calorieën dan in kilo's tellen: vermenigvuldig dat getal gewoon met 7000 (ja, om een kilo aan vet te verliezen moet je gemiddeld zo'n 7000 kcal verbranden).
Wist je dat wandelen een uitstekende training is om calorieën en vet te verbranden? Wanneer je 45 minuten per dag lekker actief wandelt tast je lichaam in de vetreserves en verbrandt het opgeslagen vet. Wandelen is met name erg effectief om inwendig buikvet (visceraal vet) te verbranden.
Tip #1: Eet dit als ontbijt
Een koolhydraatarm, eiwitrijk ontbijt is echter een betere keuze wanneer je buikvet wilt verbranden. Een eiwitrijk ontbijt zorgt er namelijk voor dat je je langer verzadigd voelt. Je hongergevoel wordt langer en sterker onderdrukt, waardoor je minder eet tijdens de volgende maaltijd (30).
Onder ultrabewerkte voedingsmiddelen vallen producten die veel suiker, vet en zout bevatten, maar juist arm zijn aan vitamines, mineralen en vezels. Taart, snoep, frisdrank en chips valt hier bijvoorbeeld onder. Van deze voedingsmiddelen eet je namelijk snel veel te veel, zonder dat het echt voedingsstoffen bevat.
Mager vlees of vis, zoals kipfilet of pangasiusfilet, zijn goed geschikt voor gewichtsverlies. Vetarme kwark, eieren en magere kaas, zoals emmentaler, zijn ook lekkere en goede eiwitbronnen. Bij plantaardige eiwitbronnen heb je het over peulvruchten. Erwten, sojabonen, maïs of linzen zijn het meest geschikt.
Loop je op een gemiddelde wandelsnelheid van vijf kilometer per uur – dat is stevig wandelen, dus niet rustig – dan verbrand je al snel vier calorieën per kilogram lichaamsgewicht. Iemand van 60 kilogram kan na een uur dus maar liefst 240 calorieën afstrepen. Dat staat gelijk aan een roze koek of een saucijzenbroodje.
Zout- en koolhydraatrijk eten, beïnvloedt je vochthuishouding, waardoor je mogelijk meer vocht opslaat dan je je denkt. Gaan afvallen en spieropbouw samen? Door te minderen met koolhydraten of zout, zal je flink wat vocht uitplassen – wat ook de reden is waarom je aan het begin van dieet veel afvalt.
Als je 10 kilo vetmassa verliest, dan verlaat zo'n 8,4 kilo massa het lichaam via de longen als CO2 en 1,6 kilo als water. 'Met andere woorden, het leeuwendeel van het gewicht dat we verliezen ademen we uit, voornamelijk als CO2 en deels als water,' vertelt Matthys.