Specifieke palliatieve behandelingen bij longkanker zijn palliatieve radiotherapie, palliatieve chemotherapie en immunotherapie. Naast fysieke zorg en symptoombestrijding, horen ook het psychologische-, sociale- en zingevingsdomein tot de zorg in de palliatieve fase.
Over het algemeen gaan patiënten langzaam achteruit. Ze komen steeds minder uit bed, slapen een steeds groter deel van de dag en zijn de laatste uren tot dagen nauwelijks meer aanspreekbaar. Uiteindelijk glijden ze rustig weg. Wie in de allerlaatste fase veel klachten ervaart, kan ook kiezen voor palliatieve sedatie.
Pijn komt voor bij 45% van de patiënten met kanker in de laatste 1-2 weken voor het overlijden (Teunissen 2007).
De overleving bij longkanker is slecht. Drie van de vier mensen met longkanker overlijdt binnen vijf jaar na het stellen van de diagnose. Deze informatie is gebaseerd op relatieve overlevingscijfers voor mensen die in de periode 2016-2020 zijn gediagnosticeerd met longkanker.
Dat heeft te maken met de belasting van de tumor op het lichaam als geheel. Het delen van de cellen, het groeien en uitzaaien kost heel veel energie. Uiteindelijk ga je je eigen cellen afbreken om genoeg energie te kunnen leveren. Dat is funest voor je afweersysteem, waardoor je aan een simpel virus al kunt overlijden.
Eerst vallen bijvoorbeeld de longen uit (ARDS) , gevolgd door lever, darmen, nieren en/of andere functies, zoals de bloedstolling.
Alvleesklierkanker heeft slechtste overlevingscijfers van alle kankersoorten. Op 15 november is het Wereldalvleesklierkankerdag. Alvleesklierkanker heeft de slechtste overlevingscijfers van alle soorten kanker in Nederland.
Ja dat kan wel, maar helaas maar bij een klein deel van de patiënten. Longkanker wordt vaak pas laat ontdekt en is daardoor moeilijk te genezen. De 5-jaarsoverleving voor longkanker is 27%. Na 10 jaar is nog maar 13% van de mensen in leven.
Kort voor het overlijden houden ze vaak even op met ademhalen, soms zelfs wel een halve minuut.Dan slaken ze ineens een diepe zucht en ademen daarna weer verder. Het gezicht ziet er vaak heel rustig uit. Als de stervende toch onrustig of benauwd wordt, kan de arts rustgevende medicijnen geven.
Omdat het bloed zich meer en meer terugtrekt naar de borst- en buikholte, kunnen handen, armen, voeten, benen en neus koud aanvoelen. Op de benen kunnen paarsblauwe vlekken ontstaan. De gelaatskleur wordt grauw en bij de laatste ademtocht trekt de kleur helemaal uit het gezicht weg ('doods - bleek').
Angst om te stikken
Veel mensen met longkanker zijn bang dat ze zullen stikken. Maar dat komt bijna niet voor. De arts kan veel doen om dit te voorkomen.
Meestal sterven mensen rustig. In gemiddeld twee tot drie dagen nemen hun krachten af, worden ze suffer en slapen ze meer, tot de slaap overgaat in de dood. Maar helaas gaat het niet altijd zo. Patiënten met kanker bijvoorbeeld hebben vaak pijn.
Longkanker zaait het vaakst uit naar de botten, lever en de andere long.
Iemand die bijna sterft, heeft meestal minder behoefte om te eten en drinken. Daardoor valt hij of zij ook af, en verandert het gezicht (ingezakte wangen, teruggetrokken ogen, etc.). Doordat de stervende persoon minder drinkt, kunnen de mond en lippen droog worden. Soms heeft dit als bijwerking een slechte adem.
Zeurende pijn in de borststreek, rug of in het gebied van de schouders. Achteruitgang van de lichamelijke conditie. Dit kan zich uiten in snelle vermoeidheid zonder aanwijsbare reden, gewichtsverlies en/of een gebrek aan eetlust.
De mediane overleving is 7 maanden, de eenjaarsoverleving 25%. De prognose is sterk afhankelijk van de performance score bij diagnose.
Hoe kan ik longkanker herkennen? Longkanker geeft vaak pas in een laat stadium symptomen. Veel voorkomende klachten zijn: lang aanhoudende prikkelhoest, bloedspoortjes ophoesten, kortademigheid, luchtweginfecties die niet overgaan en pijn op de borst.
Door kanker verandert de stofwisseling. Dit kan de oorzaak zijn van een slechte eetlust en een vol gevoel na het eten. Vaak verdwijnt de lekkere trek. Wanneer uw eetlust slecht is en minder eet kunt u afvallen.
Een stervende heeft meestal weinig of geen behoefte meer aan eten en drinken. Hij of zij kan snel vermageren. De wangen vallen in, de neus wordt spits en de ogen komen dieper in hun kassen te liggen. Dit is natuurlijk en hoort bij het sterven.
Veelvoorkomende lichamelijke klachten van mensen met kanker in de terminale fase zijn pijn, misselijkheid/braken, vermoeidheid, anorexie (gebrek aan eetlust) en obstipatie. Pijn komt bij 70-90 procent van de kankerpatiënten voor, anorexie bij 40-80 procent.
Snelle, zwakke polsslag. Koud aanvoelende, soms blauw verkleurde handen en voeten, lijkvlekken aan de achterkant van de benen en op de rug. Spitse neus (de huid over neus en jukbeenderen verstrakt). Dit wordt ook wel doodsmasker genoemd.
De kans op overleving is fors toegenomen bij darmkanker, nierkanker, slokdarmkanker en ook bij veel soorten bloed- en lymfeklierkanker. Kankersoorten met een 5-jaarsoverleving hoger dan 80% zijn huidkanker, borstkanker, prostaatkanker en minder vaak voorkomende kankersoorten zoals hodgkinlymfoom en zaadbalkanker.
Klachten die het vaakst voorkomen bij longkanker: een hardnekkige of veranderende hoest. bloed in opgehoest slijm. kortademigheid.
Tuberculose is een van de grootste gezondheidscrises ter wereld. In 2020 was het met 1,5 miljoen slachtoffers wereldwijd, na COVID-19, de meest dodelijke besmettelijke ziekte.