Naam. Wouter Buikhuisen introduceerde het begrip 'provo' in zijn proefschrift Achtergronden van nozemgedrag waarop hij in 1965 promoveerde. Het woord is afgeleid van provoceren. Buikhuisen verbaasde zich over het ontstaan van een grote stroming antiautoritaire jongeren.
Roel van Duyn schreef in 1965 dat het doel van de provo was om zich te verzetten tegen de maatschappij. De provo's waren voor een beter milieu, tegen het gebruik van geweld, tegen de monarchie en tegen de consumptiemaatschappij.
Ze hebben lange haren en baarden en zijn gekleed in felgekleurde kleding. Vooral t-shirts, spijkerbroeken (die eruit zien als vodden), kralenkettingen, bloemen en andere versierselen horen bij hen.. Ze wijzen de industriële welvaartsmaatschappij, die veel gebruikt maakt van technologie af.
De nozems hadden, anders dan jongerenculturen als de Provo's en hippies, geen politiek manifest of doelgerichte boodschap. Ze wilden gewoon lolmaken, rondhangen, luieren en op hun brommertje rond crossen.
Voor Provo is het anarchisme de inspiratiebron voor het verzet en willen het vernieuwen en zo onder de jeugd brengen. Ze zijn tegen elk soort gezag, vooral tegen het gezag van de politie. De politie verdedigt immers de 'gevestigde orde'.
De Provo's luisterden protestmuziek. Ze hadden kritiek op de huidige stand van zaken, de moraal en de politiek. Hiervoor kwamen ze in opstand. Ze luisterden dan ook protest muziek en protest liedjes zoal Boudewijn de Groot met meneer de president.
Nozem is een Nederlands woord dat werd geïntroduceerd in 1955. Hiermee werd een destijds nieuw type jongere aangeduid: zelfbewust en voor zichzelf opkomend, gekleed in spijkerbroek en leren jack en vaak een vetkuif, met een voorkeur voor een bepaald type bromfiets.
De nozems, een afkorting van 'Nederlandse onderdanen zonder enig moraal', waren jongeren met een vetkuif en leren jassen die vanaf midden jaren vijftig rondhingen in de binnenstad van Amsterdam. De jongeren reden rond op brommers, specifiek Zündapps en Kreidlers, die bekendstonden als 'buikschuivers'.
Midden jaren 50 ontstond in Nederland een nieuw fenomeen: de nozem. Het woord betekent zoiets als "opstandige jongere" of 'probleemjongere". De nozems waren een van de eerste voorbeelden van wat we nu zien als jongerencultuur.
De Artistiekelingen of Pleiners waren een jeugd/subcultuur van jongeren die in de jaren 50 bestond. Het waren voornamelijk kunstzinnig en Filosofie/filosofisch ingestelde jongeren die naar jazzmuziek luisterden, zich donker kleedden en belangstelling hadden voor de Franse cultuur (voornamelijk Franse literatuur).
Provo was een anarchistische protestbeweging die op 25 mei 1965 werd opgericht in Nederland en na twee jaar werd opgeheven.
Hippies waren anti-kapitalistisch en anti-materialistisch. De maatschappij richtte zich te veel op geld, goed, technologie. De hippies verzetten zich dan ook tegen de consumptiemaatschappij; Veel aandacht voor leven in harmonie met de natuur.
Muziek ontspant en prikkelt de hersenen
Ook als u luistert naar muziek heeft dat al een positieve invloed op de hersenen. Het maakt tot op hoge leeftijd herinneringen los, ook bij mensen met dementie. Ook zorgt het voor ontspanning, verlaging van de bloeddruk en vermindering van stress.
Na een goede work-out kan muziek een perfecte cooling-down vormen. Muziek met een tempo van 140 bpm laat je hartslag al dalen.Voor complete ontspanning kies je een nummer dat begint met zo'n 60 bpm en die na een aantal minuten vertraagt naar zo'n 50 bpm.
Muziek om te slapen en je te ontspannen: beïnvloedt je ademhaling en vertraagt je hartslag. verlaagt je bloeddruk. activeert je lichaam om hormonen vrij te maken die de slaap bevorderen, zoals serotonine en oxytocine.
Daarom is het advies: luister maximaal een uur per dag naar muziek op je koptelefoon of oordopjes. Als je te lang naar hard geluid luistert, kan je gehoorschade oplopen. Je beschadigt de haarcellen in je oor, waardoor je tijdelijk minder goed hoort of tinnitus krijgt (fluitende, suizende of piepende geluiden).
Je kon hippies herkennen aan hun aparte uiterlijk. Ze leefden in groepen en deelden alles met elkaar. De hippies waren voor vrije liefde dus gelijkheid tussen mannen en vrouwen. De leefwijze van de hippie was gericht op vrijheid, spontaniteit, creativiteit en plezier.
De leefwijze van de hippie was gericht op vrijheid, spontaniteit, creativiteit en plezier. De vrijheid omvatte ook seksuele vrijheid, waarbij seksuele taboes (bijvoorbeeld op openbare naaktheid) werden doorbroken en de vrije liefde (ook buiten vaste relaties om) werd bedreven.
LSD behoort tot de groep hallucinogenen en is een bewustzijnsveranderend middel. De drug is één van de sterkste hallucinerende middelen en stond vroeger bekend als een populaire drug in de hippie gemeenschap van de jaren 60.
De jongeren die de Nieuwendijk als voornaamste trefpunt hadden, werden nu de 'dijkers' genoemd. De overkoepelende naam zoals de gewone burger en de kranten deze beide groepen noemden, bleef 'nozem'.
Kikkers, hippies en soulkikkers verschijnen in de jaren '60. In de jaren '70 komen daar de metalheads, disco's, rasta's, punkers, skinheads en hiphoppers bij. Uit deze verschillende jeugdculturen verschijnen, als vertakkingen, weer allerlei jeugdsubculturen.
Nozems hadden veel vrije tijd en in de vrije tijd luisterden ze veel muziek. Muziek was voor de nozems erg belangrijk. Ze luisterden veelal naar rock (een muziekstroming die toen in opkomst was). Hun grootste idolen waren onder andere Marlen Brando en James Dean.
Nozem Oil: de turbo van jouw feest!
De droom van een eigen drankje dat perfect paste bij de Zwarte Cross kwam in 2012 uit. Nozem Oil was op de Zwarte Cross 2012 voor het eerst te koop aan de bar en in 40-pack. Het bleek een schot in de roos en smeerde duizenden keeltjes van Zwarte Crossers, maar ook ver daarbuiten.
Ze wilden zich helemaal niet meer binden aan een jeugdbeweging, politieke partij of kerk. Ze waren op zoek naar vrijheid en de nieuwe mogelijkheden die de opkomende consumptiemaatschappij hun bood. Dat dit niet zonder slag of stoot zou gaan, namen ze voor lief.
Jongeren geven vooral de voorkeur aan multimedia in hun vrije tijd. Ze sporten steeds minder. Dat blijkt uit een onderzoek van het OIVO bij 2.800 jongeren tussen 10 en 17 jaar. (netto/OIVO) – Tv-kijken, surfen op het internet, muziek beluisteren, dvd's bekijken en naar de cinema gaan.