Complicaties: verhoogd CO2 gehalte in het bloed, ineffectieve zuurstoftoediening, te lage/te hoge dosering, schade aan slijmvliezen en huid.
Zuurstof geven met een neusbril:
De slang mag niet drukken achter de oren. Wanneer hier toch irritatie ontstaat, kun je oren en huid beschermen door kleine verbandjes (bijvoorbeeld Comfeel®, Tegaderm®) of door kompressen of beschermstukjes rond de slang te bevestigen.
De zuurstof wordt via een slangetje in uw luchtwegen gebracht om zich daar te vermengen met de lucht die u inademt. Meestal gaat de voorkeur uit naar toediening via de neus met een neusbril. Deze 'bril' hangt over de oren en steekt een stukje in beide neusgaten.
Vet Oliën en vetten kunnen door de verhoogde zuurstofconcentratie in de atmosfeer spontaan ontbranden. Zorg dus dat er geen vet, boter, olie of alcohol (denk aan crèmes en lotions) aan de apparatuur komt. Roken Er mag niet worden gerookt in de nabijheid van iemand die extra zuurstof gebruikt.
Wie teveel zuurstof inademt loopt gevaar op schade aan de longen.Het tweede gevaar is het brandgevaar. Zuurstof zelf is niet brandbaar, maar zuurstof ondersteunt de verbranding van andere stoffen en maakt dit mogelijk.
Dit kan namelijk leiden tot een remming van de ademhaling en het ophopen van het koolzuur in uw bloed. De klachten die u van teveel zuurstof kunt krijgen zijn hoofdpijn, prikkelbaarheid, slaperigheid en bewustzijnsstoornissen.
Heb je een saturatie van 95% of hoger, dan is de saturatie normaal en heb je genoeg zuurstof in je bloed. Een saturatie van 91, 92 of 93% is lager dan normaal, maar nog geen reden om je zorgen te maken. Is de waarde 90% of lager, dan heb je een tekort. Dit heet desaturatie.
Zuurstofbril. Een zuurstofbril is een slangetje met twee uitstekende stukjes waarmee zuurstof via de beide neusgaten kan worden toegediend (zie fig. 1). Het slangetje loopt van de neus tot achter de oren zodat uitval uit de neus wordt voorkomen.
Gebruik geen huidzalf of crème op vet of oliebasis, vanwege brandgevaar! De zuurstofkatheter met spons kan, mits niet te vuil of verhard, na afspoelen onder de kraan met lauw water in het andere neusgat worden ingebracht. In het ziekenhuis wordt de katheter dagelijks vervangen.
Zuurstof toedienen wordt gerekend tot de risicovolle handelingen. Omdat zuurstof een medicinaal gas is, wordt het toegediend op voorschrift van een arts. In de onderwijssituatie wordt vaak gewerkt met lege zuurstofcilinders.
De Optiflow helpt om de luchtwegen meer te openen. De longen kunnen weer beter zuurstof opnemen. We noemen het geven van extra zuurstof met de Optiflow ook wel zuurstoftherapie. Uw arts bepaalt of de behandeling met de Optiflow een goede behandeling voor u is.
Artsen dienen veelvuldig zuurstof toe bij patiënten, maar weten vaak niet dat dit een negatief effect kan hebben op de bloedsomloop. Dit kan vaatvernauwing veroorzaken en ook het hart gaat minder krachtig pompen. Dat blijkt uit onderzoek van Bob Smit.
Het advies bij zuurstoftoediening is 'sober' te doseren. De praktijk leert dat meestal 1-1,5 liter/min.voldoende is. Bij een saturatie van 88% is het risico van op het ontstaan van een hypercapnie niet zo hoog, bij 96% wel.
De zuurstofconcentrator scheidt de zuurstof van de stikstof die in de omgevingslucht aanwezig is. De maximale toediening is 5 l/min.
Welke saturatiewaarde alarmerend is, verschilt per patiënt. 'Een waarde van 95% kan voor de ene patiënt te laag zijn, maar voor een patiënt met COPD normaal', licht José Klunder toe, teamleider Longgeneeskunde in OLVG Amsterdam. 'Het gaat er met name om dat de saturatie stabiel of stijgende is.
Als de zuurstofsaturatie onder de 80% zakt, kan er gezondheidsschade aan organen optreden. Zuurstofsaturatie is geen statisch gegeven: wanneer je in de bergen of op grote hoogte verblijft, is het normaal dat de zuurstofsaturatie van het bloed lager is.
Het is normaal dat de waarden tijdens het slapen iets lager zijn en voor sommige gebruikers kunnen de waarden lager zijn dan 95%.
Voor zuurstofgebruik bij inspanning en in de laatste levensfase gelden andere regels. Het gemiddelde gebruik is één tot twee liter per minuut. Niet alleen te weinig, ook te veel zuurstof kan schadelijk zijn. Houdt u zich dus altijd aan het voorschrift van de arts.
Het probleem is dat het inademen van pure zuurstof schadelijk is voor de longen. In de buitenlucht zit 21 procent, precies goed, het leven zoals wij dat kennen heeft zich hierop ingesteld, meer is niet wenselijk.
Als u teveel zuurstof binnen krijgt (bijvoorbeeld als u extra zuurstof inneemt voor uw COPD) kan het de opstapeling van CO2 versterken. Als u last heeft van hypercapnie neem dan zo snel mogelijk contact op met uw arts of het ziekenhuis.
Sommige delen in de hersenen zijn gevoeliger voor zuurstoftekort dan andere delen. Hersenschors en slaapkwab bijvoorbeeld behoren tot de meest kwetsbare delen. Dat betekent dat geheugen en cognitie als eerste worden aangetast. De hersenen hebben een noodvoorraad zuurstof van 3 minuten.
Een zuurstofconcentratie tussen de 19% en 21% is veilig. Onder de 19% krijgje zuurstofgebrek en boven de 21% is er groot brand- en explosierisico.