Elk schip met een lengte van meer dan 7 meter dat onder motor vaart, moet over boordverlichting (groen en rood) een heklicht (wit) en een toplicht (wit) beschikken wanneer het tussen zonsondergang en zonsopgang of in slecht zicht vaart.
Verschillende bootverlichting
Boordverlichting (bakboord en stuurboord, rood en groen respectievelijk, voor op de boot) Heklicht (wit licht achterop de boot) Toplicht (wit licht op het hoogste punt van de boot) Wit rondom schijnend licht (gemonteerd op het hoogste punt van de boot)
Wij raden aan om een extra zaklamp of wit licht mee te nemen aan boord. Wanneer je 's nachts ten anker gaat dien je het rondom schijnend witte licht te tonen, hetzelfde als bij de motor boot. Wanneer het schip groter is dan 7 meter moet je ook de boordlichten en het heklicht voeren.
Het is verplicht voor alle kleine schepen die stil liggen of voor anker liggen om overdag een rondom zichtbare zwarte ankerbol te voeren en 's nachts een rondom schijnend wit licht, uitzonderingen daar gelaten.
Toplicht. Dit is een wit licht en schijnt van voren en opzij. Het toplicht moet officieel 1 meter boven of voor de boordlichten (stuur- en bakboordlicht) geplaatst zijn.
Toplicht ook wel stoomlicht genoemd. Dit is een wit licht wat midscheeps is geplaatst en ononderbroken over 225º schijnt. U vindt het vaak halverwege de mast en is hoger geplaatst dan de boordverlichting.
Net als bij een rood stoplicht geeft de rode kleur de stuurman aan dat hij geen vrije vaart heeft – een uitwijkmanoeuvre kan nodig zijn. Ziet de stuurman daarentegen een groen licht, dan kan hij met een gerust hart koers houden, want het andere schip moet voor hem uitwijken.
Navigatielichten, positielichten of boordlichten zijn lampen op zee- en binnenvaartuigen en op vliegtuigen, waarvan de constructie en het gebruik bij wet zijn geregeld.
Een klein motorschip (onder de 20 meter), dus inclusief motorschepen onder de 7 meter met kajuit, dienen boordlichten te voeren met een hek- en toplicht. De boordlichten mogen gecombineerd zijn in 1 lantaarn. Ook mag i.p.v. het hek- en toplicht een rondom wit schijnend licht worden gevoerd.
b) Betekent de uitdrukking "werktuiglijk voortbewogen vaartuig" elk vaartuig voortbewogen door machines. c) Betekent het woord "zeilvaartuig" elk vaartuig dat onder zeil is mits de voortstuwingsmachines, indien aangebracht, niet worden gebruikt.
Het RPR is van toepassing op de (Boven- en Neder-) Rijn, de Lek, de Waal en het Pannerdensch kanaal. Let er bij het Vaarbewijs Examen goed op of de vraag gaat over het BPR of het RPR gebied.
Een klein schip is volgens het BPR, een vaartuig waarvan de lengte minder dan 20 meter bedraagt, waartoe als de lengte wordt aangemerkt de afstand van de voorkant van het voorste tot de achterkant van het achterste vaste deel van de romp, zonder de boegspriet, de papegaaistok en het trimvlak.
Beperkt manoeuvreerbare schepen zijn dat altijd door de aard van hun werkzaamheden. Denk aan een tonnen-legger of een kabel-legger of een schip dat metingen verricht. Beperkt manoeuvreerbare schepen staan ook wel bekend als 'kerstbomen' omdat ze zo veel navigatieverlichting voeren.
Links en rechts
Bakboord is de linkerzijde van een schip. Stuurboord is de rechterzijde. Inderdaad, zó simpel is het. Bakboord en stuurboord duiden dus op de linker- en rechterzijde van een schip, niet op de linker- en rechterzijde van een persoon; je kijkt altijd van achteren naar voren.
Hoeveel pk's 20 kilometer per uur is, is niet zo te zeggen. Het materiaal waarmee de boot is gemaakt, de grootte, de vorm van het onderwaterschip en het onderhoud. Het heeft allemaal effect op de snelheid.
nee, je kan op het water niet je rijbewijs kwijtraken.
Je zit met die 15 pk al op de grens van wel of geen vaarbewijs. Het gaat er namelijk niet om,dat je geen 20 km/h haalt met al die mensen aan boord,maar alleen boot /motor is bepalend. Ja mag namelijk maar maximaal 20km/h zonder vaarbewijs.
· Loef wijkt voor lij.
Deze regel gaat op als zeilschepen elkaar kruisen en ze beiden het zeil over dezelfde boeg hebben staan. Het schip dat aan de loefkant (waar de wind vandaan komt) ligt t.o.v. het andere schip, moet voorrang verlenen.
Aan. Stuurboord. Een ander ezelsbruggetje is de lengte van de woorden: stuurboord, rechts en groen zijn de lange woorden; bakboord, links en rood zijn de korte woorden.
Als je met je neus naar de punt van het schip staat zit baKboord linKs, en stuuRboord Rechts.
De lampen voor goedgekeurde top- en boordlichten zijn elk 25 Watt sterk, die voor het heklicht 10 Watt. Vaar je veel in het donker dan moet je daar met de accucapaciteit dus rekening mee houden.
Reacties. Omdat vliegtuigen in de lucht zichtbaar moeten zijn om eventuele ongelukken te voorkomen en om tijdens het taxiën in het donker zichtbaar te zijn.
In het RPR mogen alle kleine zeilschepen een rondom schijnend wit licht voeren en bij nadering een tweede wit licht tonen. In het BPR geldt dat alleen voor zeilschepen kleiner dan 7 meter. Een 'alleen varende bijboot' hoeft geen licht te voeren maar moet bij naderen van een ander schip wel direct een licht tonen.