Het woonerf is een straat of plein(tje) waarbij de nadruk zeer sterk ligt op de verblijfsfunctie: wonen, spelen, wandelen enzovoort. Doorgaand verkeer is op een woonerf niet mogelijk. De filosofie hierachter is dat de auto "te gast" is in het woonerf.
Het erf heeft vooral een verblijfsfunctie en het verkeer binnen een erf zal voornamelijk bestemmingsverkeer zijn. Vanaf 1 juli 2012 is het de wegbeheerder of de gemeente toegestaan het verkeersbord A1 met een aanduiding van een maximum toegestane snelheid van 15 km per uur bij een erf te plaatsen.
Een belangrijke misvatting betreft de snelheid: binnen een woonerf is de snelheid voor alle gebruikers beperkt tot 20 km per uur, en niet tot 30 km per uur zoals velen denken.
Als het woonerf met een juiste uitritconstructie aansluit, moet je inderdaad voorrang verlenen. Maar veel wegbeheerders hebben dit niet goed ingericht en dan ontstaat een andere situatie. Volgens de rechter is een uitrit pas goed ingericht als het voor beide partijen duidelijk is dat het een uitrit betreft.
Waar voetgangers normaal gesproken niet zomaar de rijbaan mogen gebruiken, is dat op een woonerf een ander verhaal. Hier mogen ze namelijk overal de weg gebruiken. Kinderen mogen bijvoorbeeld dus overal spelen op de weg.
Verkeersregels woonerf
Op een woonerf moet u stapvoets rijden, dus niet harder dan 15 km/u. U mag alleen parkeren op plekken die als parkeerplaats zijn gemarkeerd. Wanneer u een woonerf verlaat, dient u voorrang te verlenen aan al het verkeer. Een woonerf is een plek voor fietsers, voetgangers en spelende kinderen.
(Tijdelijk) woonerf. In rustige straten kan de ruimte herverdeeld worden door ze om te vormen tot 'woonerf'. Auto's mogen er maximaal 20 km/u rijden en voetgangers en fietsers mogen de volledige breedte van de openbare weg gebruiken. Dit geeft meer ruimte aan voetgangers en fietsers en maakt fysieke afstand mogelijk.
Kan ik een bord met (woon)erf aanvragen bij de gemeente? Het is niet mogelijk om “zomaar” een bord (woon) erf te plaatsen aan het begin van een woonstraat / woonwijk. Een woonerf is een straat waarbij de nadruk zeer sterk ligt op de verblijfsfunctie: wonen, spelen, wandelen, enzovoort.
In een woonerf is parkeren voor bestuurders van motorvoertuigen alleen toegestaan op die plaatsen die als zodanig zijn aangeduid of aangegeven.
Je mag met de auto een fietsstraat inrijden, maar je mag er niet sneller rijden dan 30 km/u. Fietsers (bestuurders van rijwielen en speedpedelecs) mogen zelf trouwens ook niet sneller rijden dan 30 km/uur.
de snelheid in de straat beperkt is tot 50 km/uur. er geen openbaar vervoer door de straat rijdt. er geen belangrijk doorgaand verkeer door de straat rijdt. de omliggende straten na de invoering van de speelstraat bereikbaar blijven.
Het rijverkeer is hier dus ondergeschikt aan het voetgangersverkeer. Het kan voorkomen dat u moet stoppen en even moet wachten. Binnen een erf moet u dezelfde voorrangsregels toepassen als op kruispunten van gelijkwaardige wegen. Dat betekent dat u alle bestuurders van rechts voorrang moet verlenen.
Reacties. Bestuurders die het woonerf vanaf de weg binnenkomen of die het woonerf verlaten en de weg op rijden, moeten het overige verkeer (dus ook voetgangers) voor laten gaan. Dit geldt als er een uitrijconstructie is. Is er geen uitrijconstructie dan zijn bestuurders die uit het erf komen gewoon voorrangsgerechtigd.
Voetgangers mogen in een erf overal lopen. Kinderen spelen hier op straat en hier wordt ook gefietst. Houd rekening met elkaar. In een erf kunt u ook te maken krijgen met auto's, fietsers en spelende kinderen.
De minimale maat voor een trottoir is 1,80 meter breed met een obstakelvrije doorgangsbreedte van 1,50 meter. Deze obstakelvrije ruimte is minimaal noodzakelijk om de straat te ontsluiten voor alle gebruikers inclusief mindervaliden. bij drukke winkelstraten is de minimale maat 2,50 meter.
Een uitritconstructie heeft: Een verhoogd, doorlopend trottoir langs de doorgaande weg, eventueel ook een doorlopend fietspad. Schuine inritblokken aan beide zijden van de uitrit. Geen bochtbanden.
Als je op de toeleidende weg rijdt, moet je voorrang verlenen aan de bestuurders die op de rotonde rijden. Op grote, drukke rotondes wordt de voorrang vaak geregeld door verkeerslichten. Deze gaan boven de voorrangsborden en tekens op het wegdek.
Voorrangsregels. Voorrangsregels gelden voor alle bestuurders, dus ook voor fietsers. Voetgangers vallen niet in de categorie bestuurders, maar wel in de categorie verkeer en verkeersdeelnemers. De voorrangsweg wordt aangegeven door haaientanden en/of door voorrangsborden.
Normaal hebben voetgangers geen voorrang. Als een voetganger bij een zebrapad staat moeten de bestuurders hun wel voorrang geven om over te steken. voorrangsregels voetgangers hebben ook voorkeur in situaties waarbij de bestuurders moeten afslaan.
Voorrangsregel woonerf
Verkeer dat een uitrit verlaat moet voorrang verlenen aan alle andere verkeersdeelnemers. Een drempel in de zijweg heeft geen invloed op de voorrang: hoe dicht de drempel ook tegen de hoofdrijbaan aan ligt.
Voorrangsregels gelden bij kruispunten alleen voor bestuurders en niet voor voetgangers. Een gelijkwaardig kruispunt heeft geen verkeersborden of tekens. Verkeer van rechts gaat voor.
De regel 'rechtdoorgaand verkeer op dezelfde weg gaat voor afslaand verkeer' geldt voor iedereen in het verkeer. Hier vallen voetgangers dus ook onder. Sla jij af? Dan moet jij iedereen –en dus ook voetgangers – voorrang verlenen.