LET OP: ONMIDDELLIJK PASSAGIERS IN/UIT LATEN STAPPEN IS TOEGESTAAN: langs een gele onderbroken streep. bij een bord bushalte met zwart-wit geblokte markering. bij een bord bushalte zonder blokmarkering, maar alleen als de halte minstens 24 meter lang is, te weten 12 meter voor en 12 meter na het haltebord meet.
Als bestuurder mag u uw voertuig niet stil laten staan op een fietsstrook of op de rijbaan naast een fietsstrook.
Stilstaan en parkeren zijn gedefinieerd in de regelgeving: Stilstaan doe je enkel wanneer je iemand laat in- of uitstappen of je auto in- of uitlaadt, of dat nu 1 minuut of 1 uur duurt. Parkeren doe je wanneer je langer stilstaat dan nodig voor het in- of uitstappen of in- of uitladen.
Uit jurisprudentie blijkt dat langer dan 10 minuten stilstaan inhoudt dat er sprake is van parkeren. Kiss and Ride is dan gelimiteerd tot maximaal 10 minuten stilstaan.
Veel mensen zullen niet eens weten wat een uitritconstructie eigenlijk is, al komen ze er dagelijks over. En dat betekent nogal wat: volgens de verkeersregels in Nederland moet iedereen die een uitrit verlaat al het kruisende verkeer voorrang verlenen, zelfs voetgangers.
Stopbord stoppen sowieso 2 seconde, stopbord en haaientanden dezelfde betekenis, alleen bij haaientanden niet stoppen als je geen verkeer ziet naderen op kruisende weg, echter bij stopbord ook 2 seconde stoppen ook als je geen verkeer ziet naderen (ook al ben je alleen op de wereld bij wijze van spreken).
Eenvoudige uitleg: Hier mag je parkeren als vervolgens met iemand verder rijdt richting je eindbestemming.
Als aan de kant van de rijbaan een gele onderbroken streep is aangebracht, dan mag u langs die zijde van de rijbaan niet parkeren. Stilstaan mag wel. U mag wel stilstaan om te laden of te lossen of om een passagier te laten in- of uitstappen.
C01 – Gesloten in beide richtingen verkeersbord
Wanneer je dit bord tegenkomt betekent het dat je deze weg niet in mag. Het betekent ook dat je de weg vanuit de andere kant ook niet in mag. Deze weg is afgesloten voor voertuigen, ruiters, en geleiders van rij- of trekdieren of vee.
Voorsorteren niet verplicht
Bestuurders die willen afslaan mogen voorsorteren. Voorsorteren wordt niet verplicht gesteld. Bestuurders moeten zelf verkeersinzichtelijk beoordelen wanneer zij wel of niet willen voorsorteren, tenzij verkeerstekens dit verplichten.
Wanneer is er sprake van gevaar of hinder bij parkeren? Een voertuig zodanig op de weg laten staan dat gevaar of hinder wordt of kan worden veroorzaakt of verkeer in gevaar wordt gebracht of kan worden gebracht. Daarbij kan het gaan om gevaar voor personen en goederen.
De Wegcode stelt immers dat binnen de bebouwde kom bestuurders van een auto of een motorfiets ten minste 1 meter zijdelingse afstand moeten houden tussen hun voertuig en een (brom)fietser. Buiten de bebouwde kom bedraagt die afstand zelfs 1,50 meter.
Bij kruispunten, een kruising of splitsing van wegen mag tot op een afstand van 5 meter niet geparkeerd worden, in de bocht van een doorgaande weg mag dit in beginsel wel. Op grond van artikel 5 Wegenverkeerswet 1994 is het echter een ieder verboden zich zo te gedragen dat een gevaar of hinder veroorzaakt kan worden.
Gele streep op de stoeprand
Is de lijn onderbroken, dan mag je hier niet parkeren. Is de lijn doorgetrokken, dan is zelfs stilstaan verboden. Net als laden en lossen of even snel uitstappen.
Er moet parkeergeld worden betaald.
Dit officiële verkeersbord met E02 geeft aan dat het verboden is om hier stil te staan. Je mag hier daarom niet stil staan met je voertuig, alsmede ook niet parkeren en niet stoppen.
Voorrangsweg. Aan dit bord kun je zien dat je je op een voorrangsweg bevindt. Alle andere bestuurders moeten voorrang verlenen aan bestuurders op de voorrangsweg. Let op: Langs een voorrangsweg buiten de bebouwde kom mag je niet parkeren.
Bij dit bord moeten bestuurders volledig tot stilstand komen en voorrang verlenen aan het kruisende verkeer. Kijk goed naar links en rechts. Kom volledig tot stilstand.
Een stopbord is een verkeersbord. De bestuurder die het bord nadert moet stoppen en moet voorrang verlenen aan alle bestuurders op de kruisende weg. Het bord komt dus voor bij het naderen van een voorrangsweg of voorrangskruispunt. Stoppen houdt in dat het voertuig echt tot stilstand moet komen.
Stopbord: Je moet altijd stoppen en voorrang geven. stoppen en al het andere verkeer voor moet laten gaan. voor voetgangers.
Een uitrit of inrit is: een uitgang voor voertuigen van een gebouw of perceel naar de openbare weg, en/of. de ingang voor voertuigen vanaf de openbare weg.
“Een weg wordt als uitrit beschouwd indien deze weg een beperkte bestemming heeft en deze beperkte bestemming kenbaar is voor alle verkeersdeelnemers ter plaatse (bestemmingscriterium) of indien deze weg ter hoogte van de aansluiting op de andere weg de fysieke kenmerken van een uitrit vertoont (constructiecriterium).”
Als u afslaat, moet u aan het verkeer (bestuurders en voetgangers) dat met u op dezelfde weg is, voor laten gaan. Het verkeer dat u tegemoetkomt op achteropkomt is met u op dezelfde weg. Het fietspad en het trottoir of de stoep zijn ook onderdeel van de weg.