Langpootmuggen leggen hun eitjes vaak op een vochtige plek in de schaduw met voldoende begroeiing. Het duurt vervolgens ongeveer twee weken voordat de eitjes uitkomen. Deze periode kan overigens wisselen, want het uitkomen van eitjes is afhankelijk van het weer.
De langpootmug legt zijn eitjes in het gras, per keer is dit tussen de 250 en 400 eitjes, zoals u kunt begrijpen kan dit snel tot een emeltenplaag lijden. Na twee tot drie weken komen de emelten uit hun ei gekropen en voeden zich met graswortels.
Ze prikken niet, ze zuigen niet, ze eten niet; langpootmuggen hebben binnenshuis niets te zoeken. Op het gras moeten ze wezen. Daar zetten ze hun eitjes af. Hun larven leven in de grasmat en eten gras.
Om emelten te vinden hoeft u niet diep te graven, ze bevinden zich in de bovenste twee tot drie cm van de grond, van waaruit ze 's nachts half uit de grond stekend, aan de planten eten. Bij vochtig zacht weer verlaten ze 's nachts hun holletjes en kruipen ze over de grond op zoek naar voedsel.
Is de emelt bestrijden noodzakelijk? Je hebt dus emelten in het gazon. Wellicht denk je dat het nog wel meevalt en dat ze vanzelf weer verdwijnen. Helaas zal dat niet zomaar gebeuren.
Maar zowel de muggen als de larven dienen als een enorm belangrijke voedselbron voor andere dieren, vooral voor vogels. De afgelopen jaren namen de aantallen van de weidelangpootmug op veel plaatsen af, wellicht door verdroging.
Het is mogelijk om de larve van de langpootmug zelf te bestrijden. Hoe? Met behulp van aaltjes. Zodra je deze aaltjes uitzet in jouw grasmat, gaan de beestjes direct aan de slag.
Een emelt herken je aan de grijze kleur en een huid die wel iets lijkt op leer. De voor- of achterkant van een emelt herken je amper, een kop is in elk geval niet zichtbaar. Emelten worden doorgaans tussen de 1 en 4 centimeter lang, ze zijn ongewerveld en hebben geen poten.
Volwassen langpootmuggen zorgen niet voor schade, zij drinken alleen nectar. Er kan ook secundaire schade ontstaan door de aanwezigheid van emelten. Dieren zoals kauwen, kraaien, merels, spreeuwen en mollen jagen op emelten.
Het regelmatig maaien van het gras is hierbij erg belangrijk. Bovendien houden langpootmuggen minder van kort gras, waardoor dit een extra manier is om emelten te voorkomen. Naast het maaien van het gras is ook het verticuteren, besproeien, bemesten en bekalken van het gazon allemaal nodig om het gras gezond te houden.
Langpootmuggen worden wel vliegende hooiwagens genoemd. Dezelfde spraakverwarring bestaat ook in het Engels, waar daddy-long-legs gebruikt wordt voor zowel de langpootmug als de hooiwagen. In de Nederlandse taal hebben langpootmuggen verschillende namen, afhankelijk van het gesproken dialect.
Langpootmuggen zijn volstrekt ongevaarlijk en steken niet in tegenstelling tot de vervelende muggen die 's nachts door onze kamer zoemen. Niet de muggen maar wel de larven van de muggen, emelten, brengen de grootste schade aan. De larve groeit in enkele stappen en ondergaat telkens een vervelling.
Maar eigenlijk hoeven we van deze insecten helemaal geen schrik te hebben. Ze kunnen namelijk niet steken ondanks de grote en opvallend puntige –maar geheel onschuldige- legboor van de wijfjes en ook bijten kunnen ze niet.
Langpootmuggen leggen eind augustus hun eitjes in het gazon. De emelten komen al na twee weken uit het ei gekropen. Juist dat moment is ideaal voor de bestrijding van de emelt. Ze zijn dan nog klein en zwak en daardoor zeer vatbaar voor aantasting door aaltjes.
Aanwezigheid van hooiwagens herkennen
Meestal ziet u deze dieren gewoon lopen en omdat zij zich in hoekjes en kiertjes van ruimtes begeven kunt u hier wel extra goed stofzuigen en schoonmaken om eventuele overlast te voorkomen.
Hoe herken je engerlingen? Engerlingen zijn dankzij hun bijzondere uiterlijk goed te herkennen. Ze zijn geelwit van kleur en hebben een lichaam in de vorm van een C. Hun kop heeft een bruinoranje kleur en hun huidstructuur lijkt op die van een rups.
De tweede gaf aan dat engerlingen een hekel hebben aan de wortels van uien, afrikaantjes etc. Bij de Welkoop verkopen ze Grasinsecten Korrels. Deze zijn van gedroogde en gemalen producten, dus biologisch, die de engerlingen niet lekker vinden.
10-15 cm diepte. Deze eitjes komen na ca. 4-6 weken uit en zo zijn de vraatzuchtige Engerlingen geboren. Sommige Engerlingen kruipen gedurende de wintermaanden diep onder de grond en komen bij het stijgen van de bodemtemperatuur weer bij de graszode, waar weer grote schade wordt aangericht.
De engerlingen zullen zo doorgaan tot het winter is. Wanneer het winter is zullen de larven dieper de grond in kruipen en zullen daar overwinteren. In die periode zijn de larven in een soort ruststand en zullen ze zich niet tegoed doen aan het gazon.
U herkent engerlingen als een dikke larve met een witte, grijze of geelwitte kleur. Engerlingen kenmerken zich door hun bruinoranje kop. Hiermee onderscheiden ze zich dus van emelten, die moeilijk te herkennen zijn gezien een duidelijke kop ontbreekt.
Dan pas ontstaan er schadeplekken door de engerlingen. Als de plaag heel ernstig is dan zie je dat het jaar erop de plaag weer weg is. De natuur lost dit ook vanzelf op, natuurlijke vijanden nemen toe en dan duikt zo'n schadeplek twee á drie jaar later weer ergens anders op.
Spreeuwen lusten graag emelten
Emelten zijn de larven van de langpootmug. Die leggen hun eitjes in de grond onder je gazon. Wanneer de larven uitkomen kunnen die je gazon ernstige schade toebrengen. Recent kwam men tot de vaststelling dat spreeuwen verzot zijn op emelten.
Uiterlijk van de langpootmug (Tipula oleracea) De Tipula oleracea ziet eruit als een zeer grote mug, die echter niet steekt of bijt. De mug wordt tussen de 1,5 en 3 cm lang, waarvan de poten een veelvoud van die lengte kunnen hebben.
De grote trilspin (Pholcus phalangioides) (ook wel hooiwagenspin genoemd) is een spinnensoort uit de familie der trilspinnen (Pholcidae). De grote trilspin komt wereldwijd voor en is waarschijnlijk één van de meest voorkomende spinnen in huizen in België[2] en Nederland.
Voedsel: Het mannetje laaft zich aan nectar en (rottende) plantensappen. De vrouwtjes hebben bovendien bloed nodig voor de ontwikkeling van de eitjes voordat ze worden afgezet. Levensverwachting: Een volwassen daas wordt slechts 3-6 weken oud.