In de Belgische dierentuin Pairi Daiza zijn onlangs twee ijsberen gearriveerd. De zussen Nuka en Qilak hebben hun intrek genomen in een gloednieuw verblijf in themagebied The Land of the Cold, waar ook walrussen, pinguïns en tijgers te vinden zijn.
Leefgebied IJsberen leven op de Noordpool en Groenland en in Noord-Amerika en Rusland. Op deze kaart kun je zien waar ze in Europa voorkomen. Ze leven het liefst alleen in hun eigen territorium. Dat is tussen 100 en 8000 km² groot.
Regelmatig ijsberen verhoogt de weerstand. "Door de stressreactie met het koude water, komen er meer witte bloedcellen in het bloed, wat het afweer- en immuunsysteem versterkt. Daardoor krijg je minder courante ziektes, zoals verkoudheden of griep."
IJsberen hebben zwemvliezen tussen hun tenen en kunnen daardoor goed zwemmen. Ze kunnen twee minuten onder water blijven, maar ze duiken niet dieper dan 1 tot 2 meter.
IJsberen is continu heen en weer lopen. Het is vaak een uiting van nervositeit of van verveling. Het woord ijsberen is afgeleid van een specifiek gedrag van dieren in gevangenschap (bijvoorbeeld in een dierentuin).
Omdat de ijsbeer niet het hele jaar door voedsel kan vinden, slaat hij vet op om het enkele maanden te kunnen uithouden zonder eten. Soms kan hij wel 4 maanden lang helemaal niets eten!
Volgens wetenschappers is de omgeving en de temperatuur van de Zuidpool prima voor de ijsbeer. In principe kunnen ze er dus naartoe.
Ze hebben behaarde zolen, zodat ze niet uitglijden op het ijs. De meeste ijsberen wegen 400 tot 680 kilo, maar er zijn uitzonderingen van bijna 1000 kilo! De ijsbeer wordt tussen de 20 en 25 jaar oud en kan zo'n 2,5 meter worden. Doordat de aarde steeds warmer wordt, smelt het zee-ijs van de Noordpool.
Eten of gegeten worden
Van oudsher worden in het Noordpoolgebied ijsberen gegeten. Niet alleen zou het ijsberenvlees gezond zijn voor het lichaam, ook onze geest zou er beter van worden. Zo is de ijsbeer dus eeuwenlang op het bord van de Noordpoolbewoners te vinden geweest.
IJsberen kunnen onder water ook hun neusgaten dicht houden, waardoor zij zelfs 100 kilometer ver kunnen zwemmen zonder te stoppen. IJsberen hebben het nooit echt koud. Zelfs niet onder een deken van sneeuw. Dat gebruiken ze juist om warm te blijven tegen koude temperatuur en harde wind.
Openwater zwemmen in koud water is wel degelijk heel goed voor je. Uiteindelijk versterkt het namelijk je immuunsysteem. Je lichaam wordt sterker. Het werkt ontstekingsremmend, en zorgt voor een betere doorbloeding.
De voorbereiding
Om je voor te bereiden op de ijsberenduik, kan je best regelmatig koude douches nemen, vaak buiten gaan sporten en af en toe in een sauna duiken. Zo leer je om in koud water of in de koude tout court je energiereserves om te zetten in lichaamswarmte.
Kies voor lauw water of niks na je zwembeurt. Bibberen is een opwarmreactie van je lichaam, niet noodzakelijk een teken van kou hebben. Droog je na het ijsberen goed af, kleed je in laagjes aan en drink iets warm.
IJsberen hebben ijs keihard nodig om op prooidieren zoals robben te kunnen jagen", zegt Gert Polet van WWF-NL, de Nederlandse afdeling van het Wereld Natuur Fonds. Op dit moment zijn er naar schatting wereldwijd nog zo'n 26.000 ijsberen. De dieren zijn afhankelijk van ijsblokken om te kunnen jagen voor voedsel.
De kleintjes van de ijsbeer worden welpen genoemd. Ze worden naakt, blind en doof geboren. Meestal worden ze als tweeling geboren. Bij de geboorte zijn ze ongeveer zo groot als een rat en wegen slechts 450 tot 900 gram.
Door het extreme klimaat is het een moeilijk gebied om te overleven. Behalve wetenschappers die tijdelijk op de zuidpool verblijven om onderzoek te doen, kom je er geen mensen tegen. Toch zijn er wel een aantal planten- en diersoorten die zich aan de koude omgeving hebben aangepast.
Kosten: 35.000 euro. 'We hebben de ijsbeer nu ongeveer anderhalve week', zegt medewerker Mike. Hij gelooft dat het dier uit een dierentuin komt. 'De persoon die er alles van weet, is er vandaag niet.
IJsbeer | Ouwehands Dierenpark - Ouwehands Dierenpark.
Soms eten ze vogels, vissen en eieren, maar het meest eten ze robben en zeehonden. Ze vangen deze dieren door hen bij de gaten in het ijs op te wachten. Hier komen de robben en zeehonden na een duik ademhalen. Ook als ze 's middags liggen te zonnen, lukt het ijsberen hen te vangen.
IJsberen hebben geen natuurlijke vijanden. Ze zijn zelf sterke, intelligente en geduldige jagers en staan bovenaan de voedselketen in het noordpoolgebied. IJsberen kunnen urenlang blijven wachten boven het ademgat van een zeehond in het ijs, tot er een zeehond opduikt.
Zelfs onder hun poten zit haar. Daardoor glijden ze niet uit op het ijs. Hun oren en staart zijn heel klein, zodat die niet kunnen bevriezen. Dat wil niet zeggen dat de ijsbeer niet tegen warmte kan: ook in zijn natuurlijke leefgebied krijgt de ijsbeer te maken met warmere temperaturen.
IJsberen eten geen pinguïns. Dat kan ook helemaal niet want ze komen elkaar nooit tegen. Dat komt omdat pinguïns op de Zuidpool wonen en ijsberen op de Noordpool.
Door temperatuurstijging smelt namelijk het zee-ijs in rap tempo. In dit tempo zal binnen één generatie het grootste deel van de Noordpool 's zomers ijsvrij zijn. Ondanks dat ijsberen goede zwemmers zijn, redden zij het natuurlijk niet om zonder ijs te overleven op de Noordpool.
Waar we de Noordpool kunnen zien als een bevroren oceaan, is de Zuidpool juist een eiland omringd door water. Het ijsoppervlakte bestaat dus, voor het grootste deel, uit landijs. Juist vanwege dit verschil in opbouw vinden we geen ijsberen op de Zuidpool: naar de Zuidpool bestaat geen natuurlijke brug.