Wie de toets niet meteen haalt wordt niet meteen ontslagen. Er zijn twee toetsmogelijkheden voor de bijscholing. Na de bijscholing volgt nog één toets met nog één herkansing.
3F Luisteren
De tekst heeft een complex onderwerp (met een hoger abstractieniveau) met meerdere dilemma's en meningen. De tekst bevat concreet taalgebruik, met een enkel 'moeilijk' woord dat wordt uitgelegd of uit de tekst te herleiden is.
Taaleis Wet IKK
Alle Nederlandse diploma's vanaf mbo-niveau 4 gelden als voldoende bewijs voor de taaleis. Bij mondelinge vaardigheid voldoet taalniveau 3F.
3F, wat moet je kunnen? Als je doorklikt zie je wat je voor Nederlands moet kunnen aan het eind van de havo, het mbo of klas 4 vwo.
niveau 3F: niveau dat leerlingen na afronding van HAVO of MBO-4 bereikt moeten hebben. niveau 3S: niveau voor vwo-leerlingen die bij rekenen meer aankunnen dan 3F. niveau 4F: niveau dat leerlingen na afronding van het VWO bereikt moeten hebben. niveau 4S: niveau voor vwo-leerlingen die bij taal meer aankunnen dan 4F.
Na het VWO of HAVO ga je meestal naar het HBO of de universiteit. Daar heb je niet meer te maken met referentieniveaus en is er over het algemeen dus geen hoger niveau dan f3.
Geldigheid vrijstellingen
Deze vrijstellingen voor Nederlands, Engels en rekenen zijn 2 jaar geldig. Dat betekent dat je binnen 2 jaar na diplomering van de vorige opleiding het nieuwe diploma moet halen.
Hoe kun je aantonen dat je aan de 3F taaleis voldoet, als je beschikt over een buitenlands diploma dat is gelijkgesteld aan niveau havo/vhbo/vwo/mbo4/ad/hbo/uni versitair? In beide gevallen: Het taalniveau Nederlands moet worden aangetoond door een taaltoets.
In de Wet IKK is de eis opgenomen dat pedagogisch medewerkers en peuterspeelzaalleid(st)ers mondelinge Nederlandse taalvaardigheid moeten hebben op niveau 3F / B2. Het gaat om gesprekken voeren, luisteren en spreken. Met behulp van een diploma of certificaat kan deze taalvaardigheid worden aangetoond.
Bij Schrijven en Spreken een of meer punten per vraag. Bij Lezen en Luisteren voor elk goed antwoord een punt; men kan dus 40 punten halen. De scores van de examens worden geprojecteerd op een 500-punten-schaal. Een score boven de 500 punten betekent geslaagd, onder de 500 punten gezakt.
Vaardigheden die belangrijk zijn bij het maken van een leestoets zijn de grote lijnen van de tekst zien en begrijpen. Ook is belangrijk dat je signaalwoorden kunt herkennen. Signaalwoorden zijn bijvoorbeeld: vervolgens, eerst, daarna, echter. Meer over signaalwoorden lees je hier.
Nederlands: eindcijfer minimaal een 5 (dan moet je voor rekenen dus wel minimaal een 6 halen). Telt mee voor slagen of zakken. Rekenen: eindcijfer minimaal een 5 (dan moet je voor Nederlands dus wel minimaal een 6 halen). Het resultaat van het rekenexamen telt mee voor het halen van je diploma.
Rekenen is een verplicht onderdeel van elke opleiding in het mbo en dus om je mbo-diploma te halen. Alle studenten moeten het rekenexamen maken. Het resultaat van het rekenexamen telt nog niet mee voor het diploma.
3. Er kan vrijstelling voor het afleggen van examinering verleend worden op basis van resultaten die bij aanvang van de opleiding niet ouder zijn dan 10 jaar vanaf de datum waarop de uitslag van die resultaten is vastgesteld.
Het niveau B1 van ERK/CEFR is sterk vergelijkbaar met niveau 2F. Niveau 3F geldt als eindniveau voor havo en mbo-4. Niveau B2 is sterk vergelijkbaar met niveau 3F.
Onderscheid 2F en 3F
De referentieniveaus 2F en 3F onderscheiden zich in de mate van abstractie, nabijheid en complexiteit. Op niveau 2F zijn de onderwerpen concreter en meer vertrouwd dan op niveau 3F. Niveau 3F kent meer complexe teksten, met een hoger abstractieniveau.
De taaltest van WEP geeft je een duidelijk idee van je niveau en kennis van de vreemde taal in kwestie. Op het einde van de test krijg je meteen het resultaat. We maken gebruik van het Europees Referentiekader voor Talen (ERK) om je resultaat te bepalen.
Om te slagen voor je diploma mbo 3 moet je voor Nederlands tenminste een 5 als eindcijfer hebben gehaald. Daarnaast moet er een resultaat voor rekenen zijn. Om te slagen voor je mbo-4 diploma, moet je voor Nederlands en Engels tenminste een 5 en een 6 als eindcijfer hebben gehaald (in willekeurige volgorde).
Alle mbo'ers moeten het rekenexamen maken. Het resultaat telt nog niet mee voor je diploma. Het resultaat staat wel op je resultatenlijst. Start je vanaf 1 augustus 2022 met je mbo-opleiding, dan telt het resultaat wel mee voor je diploma.
Het rekenexamen gaat vanaf 1 augustus 2022 meetellen voor de diplomering. Studenten die dat jaar starten met hun mbo-opleiding 2023 krijgen hier mee te maken. Studenten moeten dan voor rekenen minimaal een 5 halen, op voorwaarde dat zij voor Nederlands (en voor niveau 4 ook voor Engels) een 6 halen.
294) is vastgesteld dat er voor rekenen volgens het referentieniveau 3F geheel centrale examinering plaatsvindt. De genoemde domeinen “getallen”, “verhoudingen”, “meten en meetkunde” en “verbanden” (in het referentiekader worden deze subdomeinen genoemd) worden dus met een centraal examen geëxamineerd.
Voor rekenen 3F bestaat deze set uit 80 opgaven. Een kandidaat moet minstens 48 van deze 80 opgaven goed beantwoorden om aan de eisen van het referentieniveau 3F te voldoen.
Taalniveaus. Per beroepsniveau is een taalniveau vastgesteld: Voor MBO-beroepen (zoals verpleegkundigen): taalniveau B1. Voor HBO-beroepen (zoals fysiotherapeuten, physician assistants, verloskundigen en de geregistreerd-mondhygiënisten): taalniveau B2.