De enkel wordt gevormd door de 2 botten uit het onderbeen - het scheenbeen (tibia) en het kuitbeen (fibula) - samen met het sprongbeen (talus). Dit gewricht noemen we het bovenste spronggewricht. In de voet bevinden zich 28 botten en 33 gewrichten.
De enkel is herkenbaar aan twee zichtbare knobbels. De knobbel aan de buitenzijde van het been (of malleolus lateralis) is het onderste uiteinde van het kuitbeen, de knobbel aan de binnenzijde van het been (of malleolus medialis) is het onderste uiteinde van het scheenbeen.
De voet kan worden opgedeeld in drie grote delen; de achter-, midden- en voorvoet. De achtervoet bestaat uit het os calcaneum ( hielbeen) en de talus ( sprongbeen). Het gewricht tussen deze twee beenderen heet het onderste spronggewricht.
De spier die de voet optrekt is de musculus tibialis anterius (musculus = spier, tibialis = met betrekking tot het scheenbeen en anterius = voor. Dus de spier die met betrekking tot het scheenbeen aan de voorzijde ligt).
Een ontsteking gaat vaak samen met een zwelling. De voet/enkel van de patiënt wordt dik en voelt warm aan. Instabiliteit: Doordat het kraakbeen afneemt kan de stand van de voet veranderen.
Symptomen gescheurde enkelband
Soms treedt er een instabiel gevoel in de enkel op. Een belangrijk verschil tussen een scheur of een verrekking is het kunnen steunen op de gekwetste enkel. Kunt u zich redelijk goed steunen op de enkel, dan is de kans groot dat u de banden alleen verrekt heeft.
In tegenstelling tot schade door een verstuikte enkel, kan een patiënt met een gebroken enkel meestal niet meer er op staan of lopen. Ook is er vaak een forse bloeduitstorting en veel pijn bij het bewegen van de enkel. Daarnaast voel je drukpijn op het gebroken bot.
De enkel bestaat uit twee gewrichten.
Enerzijds het ware enkelgewricht (of bovenste spronggewricht) tussen het onderbeen (tibia), kuitbeen (fibula) en sprongbeen (talus). Anderzijds het subtalaire gewricht (of onderste spronggewricht) tussen het sprongbeen (talus) en hielbeen (calcaneus).
Het sprongbeen (talus of astragalus) is een bot van de enkel dat in de menselijke anatomie het been, voornamelijk het scheenbeen, verbindt met de voet.
Een bunion is een knobbel aan de zijkant van de voet, die zich bij de aanzet van de grote teen ontwikkelt en naar binnen afwijkt.
Het gewricht is vooral stijf na een tijdje niet bewegen (bijvoorbeeld na lang zitten of als u wakker wordt). De meest voorkomende klacht bij slijtage van de enkel is pijn bij (het starten van) beweging. Verder kunnen ernstig aangedane gewrichten een krakend gevoel geven en kan er een bewegingsbeperking ontstaan.
Een slijmcyste is een veelvoorkomende goedaardige zwelling aan de voet of enkel. Een cyste (zeg: 'kieste') is een holte met vocht. Een slijmcyste noemen we ook wel een ganglion. Bij een slijmcyste komt het vocht uit het gewricht of de peesschede die in de buurt ligt.
Bloedonderzoek. Bloedonderzoek is niet nodig om de diagnose artrose te stellen. Je arts laat soms wel bloed prikken vooral om andere aandoeningen, zoals reumatoïde artritis of ijzerstapelingsziekte (hemochromatose) zo veel mogelijk uit te sluiten.
De verschijnselen van een gekneusde enkel zijn: een plotselinge scherpe pijn, meestal aan de buitenkant van de enkel. De ergste pijn wordt na een paar minuten minder, waarna u vaak al weer voorzichtig kunt lopen. Het blijft wel een periode pijnlijk om op uw voet te staan.
Hoe kan het dat mijn enkel zo lang dik blijft nadat ik hem verzwikt heb? Het is normaal dat de enkel de eerste 10 dagen vocht blijft vasthouden. Meestal wordt vocht als een storend verschijnsel ervaren na een trauma. Echter is het te beschouwen als een functionele aanpassing.
In de voet en enkel zitten veel slijmbeurzen, één van de bekendste zijn de slijmbeurzen bij de achillespees, achter tegen de hak van de voet. Achter op de hiel bevinden zich twee slijmbeurzen en onder het hielbeen nog één.
Dit is meestal het gevolg van een enkel verzwikking (=trauma) en komt veel voor bij mensen die na een letsel te snel te zwaar belasten. Deze aandoening kan ook het gevolg zijn van overbelasting, zoals langdurig wandelen of rennen op een oneffen ondergrond etc.
De enkel is vaak erg gezwollen en een blauwe plek aan de buitenste onderzijde van de enkel is te zien, soms kan dit zelfs doortrekken tot het onderbeen. De behandeling is 1 week rust met krukken en daarna tape of brace behandeling voor ongeveer 4 weken.
Het duurt minstens 2 tot 4 weken voordat u weer kunt lopen en fietsen. U kunt dan met krukken lopen. Het kan een aantal maanden duren voordat u weer kunt sporten. Bij een (in)gescheurde enkelband kan een behandeling met een enkelbrace helpen bij het herstel.
Enkelbanden zijn op de normale röntgenfoto niet aantoonbaar. Om de mogelijke zwelling te laten slinken en de enkel tot rust te laten komen zal er een gipsspalk bij u worden aangelegd.
Met een gescheurde enkelband werken is afhankelijk van het type werk dat je verricht. Werk waar de voet nauwelijks inspanning verricht, is mogelijk om met een gescheurde enkelband uit te voeren. Met een gescheurde enkelband werken waarbij veel krachtsinspanning van de voet wordt vereist is niet mogelijk.