Dan moet je op Venus zijn! Op Venus ben je namelijk om de dag jarig. En dan is het ook nog eens heel lang feest, want een dag op Venus duurt 243 aardse dagen! De aarde heeft 365 dagen nodig om een rondje rond de zon te maken.
De maan is een satelliet van de aarde: hij draait in een baan om de aarde. Omdat de aarde en de maan samen om de zon draaien, beschijnt de zon steeds een ander stukje van de maan. Voor ons lijkt het daardoor alsof de maan verandert van vorm. Ook zeggen we dat de maan schijnt.
Volgens de hedendaagse kennis is het zichtbare heelal opgebouwd uit grote groepen superclusters en clusters die, samen met slierten sterrenstelsels (filamenten), een draderig netwerk vormen waartussen zich enorme superholtes bevinden.
Omdat het zonlicht er niet wordt verspreid tot een blauwe hemel, ziet de ruimte eruit als een zwarte deken bezaaid met sterren. De ruimte wordt gewoonlijk gezien als helemaal leeg. Maar dat is niet waar. De grote ruimtes tussen de sterren en planeten zijn gevuld met enorme hoeveelheden dun uitgespreid gas en stof.
Het waarneembare heelal
Echter omdat het heelal al die tijd bezig is met uitzetten, is de diameter veel groter en die wordt geschat op 93 miljard lichtjaar. Het aantal sterrenstelsels in het waarneembaar heelal bedraagt naar schatting 2.000 miljard.
Op een bepaald moment is deze singulariteit begonnen met uitdijen en dat noemen wetenschappers de oerknal. De drijvende kracht achter de uitdijing van het heelal is donkere energie: een mysterieuze vacuümenergie die werkt als een soort anti-zwaartekracht.
Wanneer zo'n Big Freeze voor komt, zal na een tijdje alle energie in het heelal verdwijnen. Dat betekent dat sterren uitdoven, zwarte gaten al hun Hawking-straling verliezen en dus ook verdwijnen, en het universum vervolgens leeg is met enkel wat overgebleven quarks en neutronen.
Gitzwarte planeet slorpt 99,9% van het licht op
Volgens astronomen van het Harvard-Smithsonian Center for Astrophysics en de Princeton University 'slorpt de planeet tot 99,9 procent van het sterrenlicht op dat erop valt'. Daarmee heeft TrES-2b het record als donkerste van de bekende exoplaneten.
Als het helder is kan je ze goed zien als glinsterende puntjes in het donker, maar we zien maar één van die sterren alleen overdag. Dat is de zon. Heel groot en heel dichtbij. Toch is de zon maar een klein sterretje vergeleken met de andere sterren in het heelal.
Volgens meteorologen begint de ruimte overigens pas op 10.000 kilometer: daar eindigt namelijk de atmosfeer. Volgens sommige natuurkundigen begint de ruimte op 20 miljoen kilometer afstand: vanaf daar heeft de zwaartekracht van de aarde niet meer de overhand.
Het sterrenstelsel HD1 lijkt op zo'n 33,4 miljard lichtjaar afstand van de aarde te staan. Daarmee zou dit het verste object zijn dat ooit is gezien. De extreme helderheid ervan stelt astronomen voor een raadsel. Het sterrenstelsel HD1 is mogelijk het verste object dat astronomen ooit hebben ontdekt.
Hoe het heelal verder zal evolueren hangt af van het feit of de gemiddelde dichtheid van materie boven of onder de drempelwaarde van circa 3 waterstofatomen per kubieke meter ligt. In een heelal met een gemiddelde dichtheid die hoger is dan de drempelwaarde zal de gravitatie uiteindelijk de bovenhand krijgen.
Vrijwel tot aan de zogeheten waarnemingshorizon, op 13,8 miljard lichtjaar afstand. Langer antwoord: Hoe groter een telescoop is, hoe meer licht hij opvangt en hoe verder hij in het heelal kan kijken. Met het blote oog kun je niet verder kijken dan 2,5 miljoen lichtjaar - de afstand tot het Andromedastelsel.
We voelen vrijwel niets van het feit dat de Aarde roteert: we worden niet van de planeet af geslingerd, we vallen niet om en bomen groeien niet scheef. De reden hiervoor is dat het effect van de zwaartekracht door de grote massa van de Aarde veel sterker is dan dat van de centrifugaalkracht als gevolg van haar rotatie.
De maan cirkelt om de aarde en de hoge waterstand volgt de beweging van de maan. Als de maan er niet zou zijn, zouden de getijden niet helemaal verdwijnen – omdat de zon ook getijden veroorzaakt – wel zijn de getijden zonder inbreng van de maan tot wel 75 procent minder sterk. De getijden worden dus zwakker.
Nee, tenzij het een botsing met een andere planeet betreft. Langer antwoord: De aarde is een grote, zware planeet.
De kleur van een ster verwijst naar zijn oppervlaktetemperatuur. Een rode ster is relatief koel met een oppervlaktetemperatuur van minder dan 3.000 graden Celsius. Onze zon is een gele ster: op het oppervlak heerst een temperatuur van meer dan 6.000 graden. En blauwe sterren zijn de heetste, 10.000 graden en meer.
Op een ster kan er geen leven ontstaan, maar het leven op een planeet heeft wel de ster waarrond de planeet draait hard nodig. De ster zorgt namelijk voor licht, of meer algemeen, voor de energie die dat leven nodig heeft. De sterren "dienen" dus om dat leven mogelijk te maken en in stand te houden.
als de zon is opgebrand, dan zet-ie uit en slokt daarbij de planeten Mercurius en Venus op. Ook de aarde overleeft dit niet. Daarna krimpt de zon tot een kleine dwergster die heel langzaam afkoelt en uitdooft. Gelukkig is het voorlopig nog niet zo ver.
De gigant heeft de bijnaam Hyperion gekregen, naar een Titaan uit de Griekse mythologie. Hyperion is het grootste object dat we tot nu toe in het vroege heelal hebben waargenomen.
Uranus bezit de koudste atmosfeer van ons zonnestelsel, nog kouder dan de verder gelegen planeet Neptunus. In de atmosfeer van Uranus zakt de temperatuur tot een minimum van -224 graden Celsius. De gemiddelde temperatuur bedraagt er -196 graden Celsius.
Sterrenstelsels, zoals de Melkweg, worden door de onderlinge zwaartekracht bijeengehouden in clusters, en die vormen samen weer superclusters. Met een diameter van 1 miljard lichtjaar is de BOSS Great Wall het grootste object dat ooit is waargenomen.
Een lichtjaar is de afstand die licht in een jaar kan reizen - dat is ongeveer 9 460 000 000 000 kilometer! Licht heeft ongeveer 4,2 jaar nodig om de afstand naar de dichtstbijzijnde ster buiten ons zonnestelsel te overbruggen, daarom zeggen sterrenkundigen dat Proxima Centauri 4,2 lichtjaren van ons is verwijderd.
Het absolute nulpunt of nul Kelvin, is min 273 graden Celsius, de temperatuur waarop atomen in theorie volledig zouden moeten stoppen met bewegen. Met een temperatuur van 100 nanoKelvin zijn de BEC's in het ISS kouder dan de gemiddelde temperatuur in de ruimte, waar het zo'n 3 Kelvin is of -270 graden.
De mate waarin het heelal uitdijt, noemt men de Hubble-constante, en die bedraagt volgens de nieuwe berekeningen 73,2 km per seconde per megaparsec (3,26 miljoen lichtjaar). Dat is sneller dan het aanvankelijk berekende tempo, afgeleid van metingen van het universum kort na de Oerknal.